Dinsdag 21 januariNaar Tongariro
Het regent nog steeds. Of alweer. Dat kan ook. Toch besluiten we om naar Wai-O-Tapu te gaan. Dit is een vulkanisch gebied ten zuiden van Rotorua met veel geisers, borrelende potjes, zwavelmeren en gekleurde rotsen. We rijden eerst naar de modderpoel waar overal pruttelende modder uit de plassen opborrelt. Je mag vooral niet van het pad af; het water kookt vaak.
Daarna bekijken we de Lady Knox Geiser die elke trouw om 10:15 uur begint te spuiten. Hij wordt wel wat geholpen met een zakje zeep, maar het is toch indrukwekkend. Als ze die zeep niet zouden gebruiken, zal zij ook spuiten, maar niet regelmatig. En dat is natuurlijk, commercieel gezien, niet leuk voor de toeristen.
Daarna wandelen we het merengebied rond. Er zijn drie wandelingen aangegeven, die we alle drie doen. In de regen. Jammer, maar het is niet anders. Ondanks die regen is het erg mooi. Prachtige kleuren rots (rood, geel, oranje, zwart). Tussen al die groene planten steken die mooi af. Het water is overal erg helder en borrelt op veel plaatsen. Soms grote borrels, soms kleine belletjes. Een klein deel van het water is knalrood. Heel apart. En het laatste meer is helgroen. Een hele rare lichtgevende lichtgroene kleur. Bizar.Als ze zon schijnt, ziet het er allemaal nog mooier uit.
We rijden naar Tongariro N.P., een van de eerste nationale parken ter wereld. Een groot park met drie vulkanen. Af en toe vangen we een glimp van ze op tussen de flarden mist. Op de Ruapehu ligt sneeuw.
's Middags zijn er buien. Het verschil met de regen van vanochtend is, dat het toen de hele tijd regende; nu is het soms vijf minuten droog.
Als we bij Chateau Tongariro aankomen, lijkt het alsof we gevolgd worden door een stuk of twintig Morgans. Van de lage open ouderwetse karretjes (hoewel het volgens ons allemaal nieuwe exemplaren zijn). We zagen hen al in Auckland, in Bay of Islands, in Coromandel, in Rotorua en nu hier weer. Volgens borden op hun wagens maken ze een reis door Nieuw-Zeeland. Leuk.
We checken in. Ja, in dat kasteel met ouderwetse Engelse grandeur. Er is een restaurant, maar gelukkig ook een eenvoudigere bar en restaurant, want binnen is het ons te chique.
Tussen de buien door lopen we naar het nabij gelegen Visitor's Centre om een wandeling voor morgen uit te kiezen. De weersvoorspelling is niet al te best. We zitten op ongeveer 1000 meter hoogte.
Bij een campingwinkel kopen we een brood, beleg hebben we nog, want we willen niet voor NZD 22 (€ 15) p.p. in het hotel ontbijten.
Woensdag 22 januariTongariro
We checken het plaatselijke weerbericht en vertrekken om 8:00 uur. Volgens dat bericht zou het tussen 9:00 en 10:00 regenen, tot 13:00 uur de zon schijnen en daarna weer gaan regenen. Het klopt niet erg. Het eerst uur is mooi. Wisselend bewolkt met mooie uitzichten. Soms zien we een vulkaan liggen en het chateau schittert regelmatig in de zon. Daarna is het een half uur bewolkt en de rest van de tijd is het mistig. Erg mistig en droog. Dat dan wel weer gelukkig. Maar verder geen zon gezien. We wandelen naar twee meren, maar door die mist hebben we alleen het eerste, zeer blauwe, een beetje wazig in de verte zien liggen. Halverwege het tweede meer keren we om en het eerste meer is dan helemaal in de mist verdwenen. Jammer. Het had zo mooi kunnen zijn. Maar wij hebben tenminste iets gezien. Al die mensen die wij op de terugweg tegen komen, zullen helemaal niets zien.
We hebben zeventien kilometer gelopen in vierenhalf uur.
We gaan in de grote zaal van het hotel zitten in lekkere zachte leunstoelen. Overal zien we mensen high tea's bestellen. Ze krijgen een etagère met enorm veel gebak. Veel vragen na afloop een doosje om het restant mee te nemen.
Na tweeën klaart de mist zowaar wat op. Niet dan we nu de vulkanen zien, maar een paar heuvels worden zichtbaar.
Donderdag 23 januariNaar Wellington
De temperatuur ligt tegen het vriespunt, maar de zon schijnt zowaar en de top van de Ruapehu zien we mooi liggen. Er ligt wat sneeuw, maar veel is het niet. De andere vulkanen blijven in nevelen gehuld en zullen we niet te zien krijgen. Jammer.
We rijden naar Wellington, de hoofdstad van Nieuw-Zeeland. We dalen vrij snel af en de temperatuur loopt vrij snel op. Iedere honderd meter hoogteverschil scheelt één graad. De zon verdwijnt en het blijft droog, maar het gaat hard waaien.
De weg is erg bochtig en heuvelachtig, vooral het eerste stuk als we nog niet op de snelweg zitten. Aan beide zijden van de weg liggen uitgestrekte weilanden met bomen en schapen. Overal zien we schapen. Op een paar farms zitten enorme kuddes samengepakt in een wei. Zou het vandaag slachtdag zijn?Op de kaart staan verschillende dorpjes aangegeven. Die stipjes zijn allemaal even graat. De ene dorp bestaat uit drie huizen en een benzinestation, het andere is een groot dorp met winkelcentrum. In Foxton wordt reclame gemaakt voor een Nederlandse markt. Er staat een echte Hollandse molen, genaamd De Molen. Hoe origineel. Binnen verkopen ze tal van typische Nederlandse producten zoals drop, speculaas, stroopwafels, lange vingers, koffiepads van AH. Wij kopen een pakje roggebrood om eens wat anders te eten dan dat slappe brood. De eigenaars komen uit Nederland en vinden het leuk om even Nederlands te praten. Ze klagen, dat het hier maar geen zomer wil worden.
Met behulp van de GPS en een kaart rijden we feilloos naar ons motel midden in de binnenstad van Wellington. Ze hebben gratis parkeerplaatsen en daarom was onze keus op hen gevallen. We sjouwen het centrum door, maar er is niet zo veel te zien. Leuk zijn de cafés met grasvelden en zitzakken buiten. Iedereen loopt met zakken te sjouwen voor een lekker plekje in de zon. Grappig.
Het Arirang-restaurant is wat wij denken dat het is: een Koreaan. Voor de broodnodige verandering gaan we hier eten. Niet zelf barbecueën, maar wel lekkere, typische Koreaanse gerechten.
Vrijdag 24 januariNaar Picton
Goed zeven uur zitten we al in de auto om naar het vertrekpunt van de ferry te gaan. Vandaag verruilen we het noorder- voor het zuidereiland. We hadden eigenlijk de ferry van 10:30 uur besproken, maar vorige maand kregen we mailtjes, dat die boot kapot was en niet meer op tijd gemaakt zou kunnen worden. We zijn naar 's morgens 08:00 uur overgeboekt en later wijzigde dat in 9:00 uur.
Het is zonnig en de wind is gaan liggen. We hebben een zeer rustige overtocht. Je kunt op de boot van alles eten en drinken. Ze komen zelfs rond met trolleys met warme scones. De hele dikke mensen nemen die bijna allemaal samen met een flinke kluit boter en een grote lepel room. Zouden ze het zelf gek vinden, dat ze dik zijn?Vooral de aankomst bij het zuidereiland is mooi. We varen door de Marlborough Sounds, een groot fjordengebied met stranden, bossen, heuvels, inhammen. We varen eerst door Tary Channel en dan door Queen Charlotte Sound. Prachtig. In de verte zien we zelfs een besneeuwde bergtop. Na drie uur komen we in Picton aan.
Nadeel van het vroege vertrek is dat we te vroeg zijn om in het hotel in te checken. Voordeel is dat we tijd hebben om over de Queen Charlotte Drive te toeren. Een zeer bochtige smalle weg met prachtige doorkijkjes op de fjorden. Overal zien we het mooie water met de kleine witte bootjes. We rijden een stuk de Kenepura Road op en komen bij de Mahau Sound en de Kenepuru Sound. Na anderhalf uur beseffen we, dat doorrijden alleen maar meer dezelfde beelden op zullen leveren en we draaien om en rijden terug naar Picton.
Onze kamer ligt wat hoger, heeft een terras met openslaande deuren en we kijken uit op de haven. Het is nog steeds mooi weer. Lekker.
Zaterdag 25 januariNaar Kaikoura
Een hele mooie dag vandaag. Zowel wat het landschap als het weer betreft.
Ons doel is vandaag Kaikoura, dat wat meer naar het zuiden aan de oostkust ligt. We kiezen de weg langs de kust en op niet elke kaart die we hebben loopt die weg door. We zien wel. Het is een schitterende weg met uitzicht op de Marlborough Sounds, de prachtige fjorden. De weg is smal en bochtig. Op een gegeven moment houdt het asfalt op en begint de gravelroad, die goed te berijden is. Er is weinig verkeer en hetgeen wat er is, zijn auto's met een boot op de aanhangwagen die vrij hard rijden. We zien schapen, schapen en schapen. En hele mooie uitzichten op zee. Dichter bij Blenheim zien we de druivengaarden met de sneeuwbergen op de achtergrond. We zijn in het Flaxborne-district. Wij drinken altijd die witte wijn van AH (een aanrader). Als je de andere kant op kijkt, zie je de zee met de prachtig gekleurde klippen. Bij Ohau is een uitzichtpunt met talloze zeehonden. De meeste zijn vrouwtjes, want ze hebben bijna allemaal een jong aan hun zij. Die kleintjes moeten nog goed leren zwemmen in een kleine poel.
Geweldig!
We zijn te vroeg in Kaikoura om in te checken. We rijden door naar Point Kean waar we de auto parkeren. Het is het uiterste puntje van het schiereiland waarop Kaikura ligt. Overal noemt men dit het noordelijkste punt, maar volgens ons is het het oostelijkste punt. In de zee liggen tal van rosten en daarop en in het water zitten en zwemmen zeehonden. Daartussen zitten meeuwen en sternen. Een kleine stern met gevlekte vleugels roept om eten. We maken een wandeling over de kliffen. Wat een schitterende uitzichten. Dat komt natuurlijk ook door de zon, die lekker schijnt, maar het is helemaal geweldig. Elke nieuwe baai die we zien, is mooier dan de vorige. Soms moeten we via een houten trapje over afrasteringen kruipen en door weilanden lopen. We zien kleine bruine vogeltjes met felgele kop, zwarte scholeksters, ganzen, reigers, nog meer zeehonden. We lopen ongeveer drie uur en waarschijnlijk niet meer dan een kilometer of acht. Maar we blijven overal stil staan om te genieten! Daarna rijden we naar ons appartement, Waves on the Esplanades. We hebben een enorm appartement met twee slaapkamers. We lopen het centrum in en drentelen wat rond. Dicht bij het hotel zit een restaurant met een gezellig terras, Sonic Pacific Seafood Restaurant & Bar. Het is bijna vol en wij nemen het laatste tafeltje buiten in. We gaan voor de Hop Rocker, het plaatselijke bier. Smaakt goed. Het eten valt zo goed in de smaak, dat we besluiten, dat we hier morgen terug zullen komen. Een aanrader!
Op ons eigen balkon drinken we wat witte wijn. We hebben net een nieuw pak van drie liter ingeslagen, omdat het vorige al ver op is. Zo'n pak kost NZD 27, ongeveer € 5 per liter. Niet echt goedkoop, maar we hadden al gezegd, dat de Nieuw-Zeelandse wijn hier erg prijzig is. Maar wel lekker!
Zondag 26 januariKaikoura
We hebben een rondvaart geboekt om naar walvissen te gaan kijken. Op ons gemak lopen we naar het kantoor. En dan zien we: alles afgelast, vanwege de ruwe zee, wordt verteld. Wij (en niet alleen wij, maar vele andere ook) kijken ongelovig naar buiten. Het is wel bewolkt, maar windstil en we zien een vlakke oceaan zonder schuimkopjes. Hoezo ruwe zee? Het is te gek voor woorden.
Later op de dag gaat het inderdaad meer waaien en zien we een wat wildere zee. Maar zo erg ziet het er allemaal niet uit, vinden wij. En als het 's middags waait, kunnen ze 's morgens toch varen, niet dan?
We pakken de auto en toeren wat rond. Zien een stel zeeleeuwen, sommige zo dichtbij, dat je ze kunt aanraken. Ze zitten lekker te schurken en te gapen. Nog wat zeevogels, maar niet echt wat bijzonders. Er staan heel wat auto's geparkeerd. De meeste zijn wit, grijs of lichtblauw van kleur. Er staat één rode en die zit onder de vliegen. Op de andere auto's zitten er geen. Vreemd.
's Middags houden we het lekker rustig. Doen de was, kijken naar de Tour Down Under en lezen wat.
Het regent af en toe wat druppels. In de bergen lijkt er meer water te vallen.
Als we 's avonds zitten te eten, heeft de zee een heel aparte lichtgroene kleur. Mooi.