Donderdag 5 decemberNaar Kings Canyon, Watarrka N.P.

We vertrekken om 8:15 uur. We moeten helemaal terug naar Alice Springs, want de Mereenie Loop Trail is nog steeds gesloten. We moeten naar Kings Canyon en hadden een heel stuk af kunnen steken, omdat we 4WD hebben, maar helaas, niets aan te doen.
Het is slechts 20° buiten, wat voor hier koud is.Rood, Australië In Alice Springs kopen we brood en beleg en tanken we de auto vol. Zoveel pompstations zijn hier niet de omgeving. Soms zien we borden, dat de volgende pomp over 184 kilometer is.
We rijden over de Stuart Highway naar het zuiden. Hier rijden soms hele lange vrachtwagens met twee aanhangers er achter. En als snel zien we onze eerste kangoeroe: dood met een grote roofvogel er bij die heerlijk zit te eten. We kunnen een stuk afslaan door de Ernest Giles Road te nemen, een onverharde weg waar je alleen met 4WD over mag. Deze is wel open. Een prachtige rode weg van 100 kilometer lang. En dat rood is echt dieprood. Als we uitstappen, genieten we van alle kleuren: het rode zand, de witte auto, de groene pollen, de zwarte boompjes, de witte en gele bloemen en de blauwe lucht. We zien een bord waar op staat dat we op Aboriginalland zitten en dat we niet van de weg af mogen.

Bij een picknickplaats is een waterkraan die een beetje lekt. Een hoop mooi gekleurde zebravinken zit daar lekker te drinken samen met een diamantduif.
We zitten in het Kings Canyon Resort, een soort containers naast elkaar staan, die ingericht zijn als kamers. Ze zijn best groot en zien er wel aardig uit. De airco en de koelkast maken alleen veel herrie en zetten we 's nachts uit. We verkennen de buurt en ook hier is helemaal niets in de omgeving. Het is een leeg land.
Wel een restaurant en een bar waar we een jug bestellen. Daar zijn we goedkoper mee uit als losse biertjes. We eten in het restaurant. Je moet bestellen en betalen aan de bar en dan krijg je een standaard met een nummer mee. Als het eten klaar is, wordt het gebracht. De drank moet je zelf in de bar gaan halen. Heel apart, maar het werkt goed. Het is er vrij druk; er zijn een paar grote groepen. We eten Bushman-pizza en barramundi, wat een lekkere vis blijkt te zijn.

Vrijdag 6 decemberNaar Yulara, Uluru – Kata Tjuta N.P.

Om 7:00 uur staan we op en eten ons meegebrachte ontbijt.
We gaan naar Kings Canyon in het Watarrka National Park waar we de Rim Walk gaan lopen. Het is nu nog niet zo warm en dat blijft het eigenlijk ook door de best stevige wind die er staat. Die heeft bovendien als voordeel, dat de vliegjes wegblijven. Er is tijdens de hele wandeling geen schaduw en we nemen veel water mee om te drinken en wat chocolade om te eten.
We wandelen drie uur. Eerst een stevige klim van zo'n twintig minuten omhoog. Prachtige rode rotsen, vreemde formaties, soms plasjes water met kikkervisjes, hagedissen, heel aparte torren, kleine fel gekleurde vlinders, wat vogeltjes. Een hele mooie tocht. Halverwege lopen we een stuk naar beneden naar de Garden of Eden, een plas water waar de rode rotsen schitterend in weerspiegelen. Het laatste stuk gaat langzaam naar beneden. Een heel prettige wandeling die goed staat aangegeven.
Kings Canyon Garden Of Eden, AustraliëHet is ondertussen 29°. Weer een relatief koele dag. Normaal kan het nu makkelijk 40° worden.
We klimmen in de auto, we blijven hem erg groot vinden, en rijden naar Yulara, dicht bij Uluru, Ayers Rock. Onderweg zien we onze tweede kangoeroe. Ook dood.
Het landschap is de hele weg zo'n beetje hetzelfde: erg rood zand met zwarte boompjes, groene pollen, soms gele bloembedden, wat heuveltjes met lage boompjes.
Mount Conner ligt helemaal verlaten in het landschap. Het is een tafelberg en erg belangrijk voor de Aboriginals, die hem Atila noemen.
We rijden Yulara binnen, dat een groot resort blijkt te zijn. Verschillende soorten hotels, campings, een winkelcentrum, politie en brandweer. Wij zitten in Outback Pioneer Hotel, het enige fatsoenlijke hotel, dat een beetje betaalbaar is. We krijgen een ruime kamer. We gaan met de auto naar de supermarkt voor brood voor het ontbijt van morgenvroeg (een ontbijt in het restaurant kost AUD 25) en gaan dan relaxen. We zetten de airco aan en drinken een sapje. We werken het verhaal bij en zetten de roaming van de wifi aan. Dat kost ons via de telefoonlijn (Vodafone) € 2 per 24 uur. Als we dat hier willen doen, moeten we € 10 per uur betalen. Die keus is niet zo moeilijk.
Er ligt een folder op onze kamer met de mededeling, dat er door de regen van de afgelopen dagen nogal veel vogels en insecten zitten. Dat hadden we al gemerkt. Er zitten ook spitskuifduiven.
Om 18:00 uur vertrekken we naar de Sunset Viewing Area om naar de Uluru oftewel Ayers Rock te kijken. Door de zonsondergang krijgt deze een prachtige kleur. Uluru zoals de Aboriginals hun heilige plaats noemen, is hét symbool van de Australische Outback. Het is de grootste monoliet ter wereld en is 3,6 kilometer lang en 348 meter hoog. Het is geen mooie gepolijste rots, maar erg pokdalig met veel kloven, gaten en grotten. Het is toch wel een erg vreemde pukkel in het verder zo lege landschap.
Kata Tjuta, AustraliëVijftig kilometer verderop ligt Kata Tjuta (De Olga's) en een stukje terug zagen we Mount Conner. Verder is het vlak. Er groeit wat laag groen gewas en wat kleine boompjes. Geen bebouwing zo ver je kunt kijken. We zijn vrij vroeg en er is plaats genoeg. Er is een aparte plaats voor bussen en eentje voor auto's. Zij aan zij staan we geparkeerd, maar er zijn meerdere vakken die zo liggen, dat het lijkt alsof je daar maar met een paar auto’s staat. Langzaam zien we de Uluru verschillende kleuren rood worden. Een fascinerend gezicht.
Op de terugweg naar het resort zien we in de verte Kata Tjuta liggen, wat 'veel hoofden' betekent. De lucht kleurt daar een beetje, maar niet veel.
Terug op het resort gaan we naar het BBQ-restaurant. Je kiest daar je vlees, betaalt en grilt vervolgens je eigen vlees op grote barbecues. Je krijgt er brood bij en je mag van de saladebar gebruik maken. Erg leuk. Een groep Japanners weet zich hier geen raad mee. Een stel kijkt hoe wij het doen en vragen hoe lang het vlees op de BBQ moet. Deze mensen zijn zeer ondernemend voor Japanners. Meestal doen zij alles in de groep en schieten ze het eerste het beste Japanse restaurant binnen. Maar dat hebben ze hier niet. De reisleider vertelt hen wat ze moeten doen en ze krijgen een papiertje met de vertaling van de verschillende vleessoorten daarop. Ze gaan allemaal aan de gang en het blijkt ze wel te bevallen. Sommige vragen bij de bar om stokjes. Lastig om daar een biefstuk mee te snijden.
Het is er gezellig druk en wij blijven een poosje zitten.

Zaterdag 7 decemberUluru – Kata Tjuta N.P.

Walpa Gorge, AustraliëDe zonsopkomst om 5:30 uur geloven we wel en om 7:30 uur vertrekken we pas richting Uluru. We maken de volledig vlakke wandeling rondom de rots. We zien de vele gaten en kloven. In deze periode mag je de rots niet beklimmen vanwege de warmte, maar dat zijn we ook helemaal niet van plan. Voor de Aboriginals is het een heilige plaats en zij lopen ook niet op de rots en dus doen wij dat ook niet. Er zijn ook plaatsen die je niet mag fotograferen. Een beetje saaie wandeling en behalve de rots zien we niet zoveel. Een paar kleine vogels, een hagedis en wat vlinders. Ook bij de permanente waterplaats is verder niets te zien.
We lopen drie uur in de zon en zijn blij als we terug bij de auto komen.
Bij de supermarkt doen we wat boodschappen en daarna is het tijd voor siësta.
Aan het eind van de middag gaan we naar Kata Tjuta. De Valley of the Winds is gesloten vanwege de hoge temperatuur. Zodra die boven de 36° komt, gaat hij dicht. De Walpa Gorge wandeling zou het mooiste zijn in de namiddagzon. Helaas is er geen zon. Bij het uitzichtpunt van de zonsopkomst kijken we naar de prachtige partij rotsen. Af en toe krijgen we een glimp van de zon te zien. Ook zonder zon zijn ze heel mooi. We maken de wandeling, die erg makkelijk is en niet bijzonder. De rotsen zelf zijn van heel ander materiaal dan de Uluru. Dat is één grote rotspartij. Hier bestaan de rotsen uit heel veel kleinere stenen. De wanden lopen bijna kaarsrecht omhoog en zijn overweldigend. Wij voelen ons hier heel klein.

We rijden door naar het uitzichtpunt van de zonsondergang. Daar is net een buslading toeristen gearriveerd, ieder met een eigen klapstoeltje. Er wordt een tafel neergezet, bedekt met een spierwit tafelkleed, echte glazen, mousserende wijn en hapjes. Even denken we er om om aan te schuiven. Niemand heeft eigenlijk belangstelling voor de rotsen. Nou kleuren ze niet echt rood door gebrek aan de zon, maar als die wel even doorbreekt, staan wij foto's en video te maken en zien zij het niet eens.
Bij het resort gaan we weer voor de BBQ. Dit keer nemen we een buffelburger en krokodil-sateetjes. Je moet tenslotte alles een keer proberen. Ook dit smaakt prima. Maar ja, wat lusten wij niet.
Bij het bestellen van bier moeten we de sleutel van de kamer laten zien voordat we wat mogen kopen. Het is blijkbaar alleen mensen van dit resort bestemd. Vreemd toch? Wij zouden denken: handel is handel.

Zondag 8 decemberNaar Alice Springs

Het plan was om naar Kata Tjuta te rijden om de rotsen in de zon te zien liggen. Maar omdat het bewolkt is, doen we dat niet. Vandaag zullen we ze niet meer gekleurd zien dan gisteren.
We vertrekken tegen half negen naar Alice Springs. We tanken eerst een beetje diesel. Niet te veel, want de prijzen zijn hier een kwart hoger dan in Alice, maar we moeten natuurlijk wel genoeg hebben om daar te komen. Het is ongeveer 450 kilometer. We willen geld pinnen, maar daar moet je hier overal voor betalen; dat varieert van AUD 3 tot AUD 5. Zonde van het geld. We komen hier met wat we hebben wel tot Sydney Airport en pinnen daar wel gratis. Echte Nederlanders, niet waar.
Het is, zoals hier overal, erg rustig op de weg. Af en toe zien we een tegenligger. En zowaar een fietser. Omdat die op de weg moet fietsen, draagt hij zowel voor als achter duidelijk flikkerende lampjes.
We zien dezelfde dode kangoeroe weer liggen. We hebben nog geen levende gezien.
Overal staan borden langs de kant van de weg: overstekende kangoeroes, paarden, koeien, kamelen. We zien precies één koe.
De zon komt steeds vaker door en het wordt steeds warmer. We zullen vandaag de 41° bereiken. Deze temperatuur hadden we eigenlijk elke dag hier verwacht in deze periode, maar we hadden wat koele dagen (onder de dertig). Daar hoor je ons niet over klagen. Bij elke stop houden we veel last van de klote vliegjes. We zullen ze straks missen als kiespijn.
Het landschap blijft redelijk hetzelfde. Wel mooi, maar al die kilometers achter elkaar wordt wel wat saai.
Australische Havik, AustraliëIn Alice Springs doen we boodschappen voor het avondeten. We zitten vandaag in een B&B buiten de stad, richting vliegveld, en verwachten daar niet te kunnen eten. Omdat het zondag is, kunnen we geen alcohol kopen. Snapt iemand dat? Zou men hierdoor minder drinken? Alle winkels zijn open behalve de drankwinkels. Dat zijn dus aparte winkels waar je alcohol koopt. In de supermarkt hebben ze dat niet.
In Pathdorf B&B worden we door Uwe verwelkomd. We zijn vandaag de enige gasten. We krijgen een mooi appartementje en hij leidt ons rond over zijn terrein. Een vrij uitgestrekt gebied, helemaal door hem zelf aangelegd met paden en allerlei planten. Er zitten heel wat vogels en vlinders. We hebben goed gegokt wat eten betreft en zetten alles in de koelkast. Daarna rijden we naar het vliegveld waar we de auto in moeten leveren. Dat gaat ons wel een beetje van het hart, want het is en blijft een hele mooie auto. Bij de Hertz-balie is geen personeel aanwezig en we dumpen de sleutels in een box en dat is het. Hoe makkelijk kan het zijn!
We bellen, volgens afspraak, Uwe die ons op komt pikken. Het vliegveld is op dit moment totaal verlaten en een taxi is nu niet te krijgen. Die staan er alleen als er een vliegtuig aankomt en dat gebeurt niet zo vaak op een dag.
Terug op de kamer kopen we van Uwe een sixpack bier. Omdat we die ijskoud aangeleverd krijgen, nemen we er meteen maar een. De rest gaat in de koelkast.
Het blijft heel lang warm, zodat we niet zoveel vogels in de tuin zien. Later als het wat afkoelt, komen er meer. We zien Inka-kaketoes overvliegen. Die zie je altijd in paartjes die hun leven lang bij elkaar blijven. Deze zijn wit met wat roze. Ook zien we kleine zwarte vogeltjes die omhoog vliegen en dan neerdwarrelen als papiertjes. In de ondergaande zon kleuren hun onderkanten fel rood op. Verder zien we Australische ringnekparkieten, spitskuifduiven, een Australische havik, grijstuitrollers en witpluimhoningeters.
's Nachts koelt het behoorlijk af. Lekker.