Ierland – Noord-Ierland

8 t/m 19 mei 2024

IERLAND en NOORD-IERLAND hebben prachtig heuvellandschappen met smalle landweggetjes, kusten met hoge kliffen en diepe baaien, gezellige steden en dorpen. Het heeft een rijke, roerige geschiedenis. Het land staat bekend om zijn vele regen en is dan ook erg groen. Maar de neerslag valt zeker in het voorjaar erg mee.
De Ieren zijn erg vriendelijke mensen. Ze zijn enorm muzikaal en delen hun muziek en gezelligheid graag met je in één van de vele gezellige pubs. Bekend zijn het donkere Guinness-bier en de Jameson-whiskey.
Céad míle fáilte, honderdduizend maal welkom!

Woensdag 8 meiNaar Dublin
Onze vlucht naar Dublin vertrekt om 9:45 uur. We hebben geen ruimbagage en een tijdslot voor de handbagagecontrole. Het is allemaal vroeg en daarom hebben we vannacht in het Ibis Schiphol geslapen.
We hebben alle tijd om in de lounge uitgebreid te lunchen. Een goed begin van onze reis door (Noord) Ierland.
Het weer is er prima: droog en warm genoeg om met een T-shirt de stad in te gaan.
We dwalen rond door Dublin dat in tweeën wordt gesplitst door de rivier de Liffey. Eerst naar St. Patrick’s Cathedral waar een grote rij voor de ingang staat. We lopen verder naar het Dublin Castle. Dit is heel groot, het wordt verbouwd en heeft harde kleuren voor het appartementendeel. Een mooie tuin ligt er voor. We lopen door naar het Trinity College waar de Book of Kells te zien zou zijn. We hebben echter al gelezen dat er een verbouwing bezig is waardoor de boeken niet te zien zijn. Bovendien blijkt er een demonstratie voor Pro Palestina bezig waardoor het hele terrein afgesloten is.
De Nationale Bibliotheek is een prachtig gebouw, maar binnen zien we alleen mooie mozaïeken op de grond.
Onderweg zien we overal mooi uitziende pubjes. Het zijn er heel veel.
Om 17:00 uur drinken we met de hele groep een welkomstdrankje in de Old Stand, ook zo’n typische Ierse Pub. Om de hoek staat het standbeeld van Molly Malone op Crafton Street, de meest bezongen vrouw van Ierland. Het lied staat bekend als ‘cockels and mussels’, het onofficiēle volkslied, dat veel te horen is in de pubs.
Daarna gaan we met z’n tweeën eten in de Duke Dublin, één van de oudste pubs in Dublin. We zitten aan de bar en drinken een Ierse ale bier. Standaard krijg je hier een halve liter. We wagen ons (nog) niet aan het donkere Guinness.

Donderdag 9 meiDublin, Newgrange
We gaan vandaag naar Newgrange, waar een ondergronds neolithisch ganggraf van zo’n 5.000 jaar oud ligt. We zijn aan de vroege kant en daarom maken we eerst een sightseeingtour door de stad. Mooi om allerlei gebouwen te zien en we hadden al besloten om er vanmiddag een paar naderbij te bekijken. Naar Newgrange is het een klein anderhalf uur rijden. Als we daar om 11:15 uur aankomen voor de twee uur durende rondtoer blijkt dat we voor 16:00 uur geboekt staan. Zowel de reisleidster als elk groepslid heeft 11:45 uur doorgekregen. Erg slordig. Iedereen besluit om ergens in een kasteel te gaan lunchen en te wachten tot 16:00 uur, wat inhoudt dat ze vanavond pas tegen achten terug in Dublin zullen zijn. Wij hebben daar geen zin. We willen Newgrange graag zien, maar Dublin zelf zien we nog liever. We zijn er pas een paar uur geweest. Samen met Coen wordt voor ons een taxi terug geboekt (op kosten van Djoser). Om 13:15 uur zijn we weer terug in de stad. Wat zonde van de tijd.
Wij dwalen heerlijk door de stad. We zien de Spire, het oudste postkantoor van Ierland, de Temple Bar Pub, de Ha'penny Bridge, het gerechtsgebouw. In de Michan’s Church maken we een rondleiding door de crypte waar mummies van honderden jaren oud liggen. Fascinerend. Op de terugweg komen we langs de Christ Church Cathedral die een mooie boog heeft waar een weg onderdoor loopt.
Overal, maar dan ook overal, zijn kroegjes. We kiezen er eentje uit om wat te drinken. Het lijkt aan de buitenkant of er veel dicht zijn, maar dat is schijn. Gezellig.
Even een uurtje rust op de hotelkamer en dan trekken we er weer op uit.
We hebben dicht bij het hotel een pub gevonden waar ze een redelijke menukaart hebben. Er is gelukkig een tafel voor ons en drinken eerst een biertje. In de pub hebben ze een wand waar kastjes in zitten met in elk afgesloten kastje een fles whiskey. We denken dat sommige mensen hier een eigen fles hebben staan. De sleutel hebben ze waarschijnlijk zelf.
Het wordt ondertussen heel druk binnen. Het is zulk lekker weer dat de mensen zelfs buiten staan te drinken. Bij het prima eten nemen we nog een biertje en, omdat we tenslotte in Ierland zijn, een Irish Coffee.

Vrijdag 10 meiVia Rock of Cashel naar Cork
We gaan vandaag op weg in een enorme bus waar wel 50 man in kan. We zijn met 22. Er is wifi aan boord en oplaadpunten. Handig.
Eerst gaan we naar Rock of Cashel, zo’n twee uur rijden. Niet echt een ‘Long Way to Tipperary‘, de county waarin dit ligt. Er staan overblijfselen van een grote kasteelmuur met daarbinnen een ronde toren, een kathedraal en een kapel. De meeste delen zijn uit de 12de eeuw. Het ligt op een heuvel en is op grote afstand al te zien. Er liggen veel graven met Keltische kruisen er op. Indrukwekkend.
We rijden door naar Cork de één na grootste stad. De rivier de Lee stroomt er dwars door. We bekijken eerst de St. Anne's Church uit 1722. Daarna lopen we via gezellige straten naar de English Market die al sinds 1788 bestaat. De markt is allesbehalve Engels; ze verkopen veel traditionele specialiteiten zoals bloedworst en varkenspootjes. Veel groente en fruit, brood, kaas.
We bezoeken ook het Elizabeth Fort. Je hebt er een mooi uitzicht over de stad als je over demuren een rondje loopt. Van binnen is het niet veel bijzonders.
Ook hier in de stad weer veel pubs, o.a. de Old Town Whiskey Bar. Het is zonnig en lekker warm vandaag. Overal zien we volle terrassen. Alle pubs hebben veel tapbieren en een enorme hoeveelheid flessen sterke drank.
We overnachten in Carrigaline, vijftien kilometer verderop in een groot hotel waar veel tourbussen komen. We lopen het plaatsje in, maar er zijn niet veel pubs. We vinden er wel eentje die er gezellig uitziet, maar het is ondertussen 18:15 uur en je kunt er maar tot 18:00 uur eten. Het moet niet gekker worden. We kiezen een moderner restaurant, ook weer met een enorme bar met een enorme keus aan drank. Gezellig en prima eten.

Zaterdag 11 meiCork, Killarney
Vandaag rijden we met wat omwegen naar Killarney.
Eerst naar Blarney Castle dat bijna 600 jaar geleden werd gebouwd door de grote hoofdman Cormac MacCarthy. De belangrijkste reden om dat gebouw te bezoeken is de Blarney Stone. Door deze steen te kussen zou je volgens de legende de gave van welsprekendheid en overredingskracht krijgen, oftewel 'the gift of the gab'. De vele theorieën, verhalen en mythes over de oorsprong van de steen lopen nogal uiteen. Het zou bijvoorbeeld een geschenk zijn van de godin Clíodhna of een beloning voor het redden van een verdrinkende heks. Er wordt zelfs gezegd dat de steen een stuk van de Schotse Stone of Destiny is. Deze blauwe steen is ingemetseld in de borstwering. We zijn vroeg en passeren de bordjes met 'nog een uur' en 'nog een half uur' in een paar minuten. Pas bij het naar boven klimmen gaat het wat langzamer en boven kunnen we genieten van het uitzicht over het landschap en van de kussende mensen. Gelukkig kust niet iedereen en zijn we snel aan de beurt. Je gaat met je rug naar de muur zitten en gaat achterover liggen. Je pakt met je handen twee stangen vast en laat je bovenlichaam door een gat naar beneden zakken. Iemand helpt je daarbij. Je ziet vervolgens een steen die je kunt kussen. Vervolgens hijs je jezelf weer op en gaat weer staan. Ondertussen heeft een tweede persoon een foto van je gemaakt die je later kunt kopen. Na het kasteel kunnen we een hele tijd in het prachtige park eromheen rondwandelen. Mede door het mooie weer en de voorjaarsbloesem is dat geweldig.
We rijden door naar het Charles Fort uit 1682 in Kinsale. Het is een vijfhoekig fort aan de kust met mooi uitzicht op Kinsale. Wij vinden het niet heel bijzonder. Daarna lopen we het plaatsje in. We zien veel zeer kleurrijke huizen in het centrum. Sommige knallen er helemaal uit. Mooie kerkjes, pleintjes, pubs, winkels. Het ziet er allemaal erg gezellig uit. Het weer werkt daar ook goed aan mee. Op een terrasje in de zon is het heerlijk genieten van een koud biertje. Wat wil een mens nog meer.
Daarna rijden we door naar Killarney waar we de komende drie nachten zullen slapen.
We zitten dicht bij het centrum en met een paar minuten lopen zitten er tal van pubs en restaurants. Het is zaterdagavond en wellicht is het hierdoor vrij druk. Ook is er veel livemuziek waardoor je binnen elkaar amper kunt verstaan. We komen in een soort western restaurant. Prima eten en lekker bier. We proberen steeds andere Ierse merken. Vandaag is dat het plaatselijke Killarney-lager. Lekker.