Maandag 19 septemberNaar Zamora (Spanje)
Na het ontbijt pakken we onze spullen, nemen we afscheid van de Schavuiten en gaan met de metro naar het vliegveld om onze auto op te halen. We hebben nog kaartjes en treffen het met een snelle verbinding. Kosten voor het parkeren is € 26 voor 4x 24 uur.
Dan vertrekken we naar Spanje. We hebben een hotel in Zamora geboekt voor vanavond. Daarna zien we wel weer.
We rijden via Pinhão aan de Douro. Vanaf Sabrosa is het een mooie weg met veel bochten. We hebben prachtig uitzicht op de vallei met z'n vele druivenstokken, die vol hangen met witte en blauwe druiven. Overal staan qinta's, wijn- en of porthuizen. De weg is erg rustig.
In Pinhão parkeren we de auto en wandelen het dorp door. Er ligt een oude Romeinse brug. Het is er heel rustig en na een francesinha (Portugese sandwich), een broodje tonijn en twee cola gaan we weer verder. We merken aan de prijs, dat we de grote stad uit zijn. We zijn voor de lunch € 8,60 kwijt.
We zien nergens druivenplukkers of plukmachines, maar wel veel vrachtwagens met grote bakken vol met druiven.
De grensovergang is, net als op de heenweg, alleen herkenbaar aan het blauwe bord van de Europese Unie met daarop España. De weg wordt nog rustiger. Er rijdt bijna niemand.
Zamora is een onverwacht mooie plaats. We hebben er nog nooit van gehoord en gisterenavond op goed geluk een hotel geprikt, puur omdat deze op de route ligt en we daar aan het eind van de middag aan zullen komen.
Ons hotel ligt aan de rand van het centrum en we kunnen gratis parkeren. Men spreekt hier geen Engels. Zamora is een oude vestingstad waarvan de muren, het fort en de kathedraal bewaard zijn gebleven. We wandelen er heen en zien de mooie kathedraal. We zien water glinsteren, lopen naar de rivier de Douro en zien een hele brede oude Romeinse brug die prachtig in het water weerspiegelt. Aan de rand van de rivier zien we een paar huisjes met kruizen op de top. We lopen er nieuwsgierig heen. Het blijken Aceñas de Olivares, watermolens uit de 15de eeuw te zien. De houten raderen zijn nog aanwezig. Ook deze weerspiegelen mooi in het water. Op het centrale plein drinken we een biertje op een van de vele terrassen. Het is er gezellig druk met grote groepen bustoeristen (op een ander terras) en veel plaatselijke bevolking. Het is er iets frisser dan we gewend zijn de afgelopen weken, maar met een vest kun je prima buiten zitten.
We willen tapas eten en gaan op zoek. De tweede tent die we bezoeken is erg leuk. Iedereen, allemaal plaatselijke bevolking, eet hier saté. Grote satés aan een metalen prikker. Wij ook. Het is erg lekker en goedkoop. Twee satés, bloedworst met appel en vier bier voor € 8,50.
Dinsdag 20 septemberNaar Ezcaray
Tijdens het uitstekende ontbijtbuffet besluiten we om een nacht in Ezcaray, in de rioja-streek te boeken.
Het is bewolkt en slechts 13° buiten! Dat is even wennen.
Het in 300 kilometer rijden en die gaat over de grote, stille autoweg. Beetje saai landschap.
We zien veel gele, droge velden met net gemaakte strobalen. Enorme pakken zien we overal liggen. En enkel veld met late zonnebloemen.
Bij Burgos gaan we de snelweg af en zoeken kleine rustige wegen op. Nu komen we door piepkleine pittoreske dorpjes met schattige huisjes.
Het weer wordt niet echt veel beter. Af en toe zon, maar fris blijft het.
Zo mooi en leuk als gisteren Zamora was, zo levenloos is Ezcaray. Op de vele foto's die we er van gezien hebben, zag het plein in het centrum er erg gezellig uit. Het is een stuk kleiner dan het lijkt en het is leeg. De meeste tentjes zijn gesloten. We zien een enkele verdwaalde toerist. Er zijn wel heel veel hotels en appartementen voor al die niet aanwezige toeristen.
We gaan lunchen in een leuke tent en eten eigenlijk te veel. 's Avonds hebben we niet echt honger meer en we besluiten om de supermarkt met een bezoek te vereren. We kopen kaas, ham, zalm, brood en wijn en eten dat in het appartement op. We besluiten tevens om het hier in de buurt voor gezien te houden en morgen naar Frankrijk te gaan. We willen twee nachten in Tours blijven, maar uiteindelijk wordt het één nacht in Saint Patrice en één nacht Blois. Dan hebben we een dag te tijd om de kastelen in de Loire-streek te bezoeken. We hebben wel eerst gekeken hoe het weer daar is: een graad of 24 en in ieder geval droog.
Woensdag 21 septemberNaar Saint Patrice (Frankrijk)
Om 9:00 uur vertrekken we. Het is zonnig, maar frisjes, 4°, maar na een kilometer of twintig wordt het mistig.
We zitten in de rioja-streek en overal zien wij druivenboomgaarden met kleine wijnhuizen daarop. De druiven schijnen net voor de pluk koude nachten nodig te hebben. Dan zit het dit jaar wel goed.
Na een lange tunnel schijnt de zon ineens weer en de temperatuur loopt op naar 23°. Dat blijft het de rest van de dag. Het is in Frankrijk drukker op de weg dan in Portugal en Spanje. Veel vrachtverkeer, vooral in de buurt van grote steden. Maar we kunnen overal door rijden.
Tegen half zes komen we in Saint Patrice aan. Het b&b Le Clos des Bérengeries is prachtig. We hebben een hele ruime kamer, te bereiken via een buitentrap en er is een grote tuin. Het dorpje is vrij klein. Het restaurant dat op Google staat, is gesloten. We zouden wel kunnen eten bij Chãteau de Rochecotte, maar dat is veel te duur naar onze zin. In Saint-Michel-sur-Loire, vijf kilometer verderop. kunnen we wel eten. En dat doen we dan ook. Het is er vrij druk en ons valt vooral het aantal alleenstaande mannen op. Wat moeten die hier?
Terug op de kamer drinken we de fles witte wijn op, die we uit Porto hebben meegenomen.
Donderdag 22 septemberNaar Blois
Gisteren hebben we een selectie gemaakt van de mooiste kastelen in de buurt. Vandaag rijden we naar Blois, slechts 110 kilometer verderop met de bedoeling onderweg een aantal kastelen te bekijken cq bezoeken. We beginnen in Langeais, slechts 19 kilometer verderop. Het château staat midden in het dorp. We lopen de ophaalbrug over en bekijken de achterkant en de tuin.
Het kasteel in Rigny-Ussé spiegelt in de rivier de Indre. Mooie brug ervoor en wat groene bomen: een prachtig plaatje. We gaan naar binnen. Het kasteel heeft veel torens en in één daarvan slaapt Doornroosje. Vooral mooi om te zien zijn de vele kleine kamers, smalle gangen, vele trappen, de oude rommelzolder. Verschillende kamers zijn ingericht met poppen in klederdracht uit de hoogtijdagen. Ook zijn er een kerk, paardentuig, koetsen en een mooie tuin.
Het kasteel van Azay-le-Rideau heeft grote grachten om het gebouw, zodat het mooi weerspiegelt. Alleen jammer, dat het helemaal in de steigers staat. Dus gaan we niet naar binnen.
Villandry staat bekend als het kasteel met de mooie tuinen. Tussen de bomen door werpen we een blik op het château en geloven het wel. We gaan voor het bekendste en tevens mooiste kasteel (zegt men): Château Chenonceau. Het is heel apart, omdat het gebouwd is over de rivier de Cher. De Italiaanse Catharina de Medici (ooit koningin van Frankrijk) heeft hier ooit nog eens gewoond. Het is er vrij druk en als we de grote groepen vermijden, is het goed te doen. Indrukwekkend.
Ons hotel in Blois staat zo dicht bij het Château Royal de Blois, dat we onze auto daar in de parkeergarage zetten. We lopen het centrum in, richting Loire. Maar op het eerste het beste terras drinken we eerst een biertje. We eindigen de reis zoals we begonnen zijn: met een Grimbergen. Van achter de huizen stijgen twee luchtballonnen op. Als we over de brug naar de overkant van de rivier lopen, hangt er eentje net boven de kathedraal. Ook hier spiegelt alles mooi in de rivier. Aan de andere kant van de brug zien we mooie kleurende wolken achter de St. Nicolas-kerktorens. Een mooie afsluiting van de vakantie.
Vrijdag 23 septemberNaar huis
Het is nog 650 kilometer naar huis.
We hebben drie weken mooi weer gehad en slechts één dag slecht.
Totaal hebben we 5.830 kilometer gereden.
Hier staan wat extra foto's in de fotogalerij.
De reis hebben we zelf via Internet geregeld.