Dinsdag 12 septemberVia Uplistsikhe naar Gori
Vandaag gaan we naar Gori. Het is zwaar bewolkt, maar wel droog. Volgens Omar is het koud voor de tijd van het jaar. Zo vroeg in de ochtend maar een graad of drie.
We rijden dezelfde weg terug naar het zuiden, want er is maar één weg. Onderweg zien we wel dat men bezig is met de aanleg van een tunnel. Over een paar jaar is die klaar en hoef je niet meer over de Jvari-pas.
We zien grote kuddes schapen in de bergen of de weg oversteken, wat koeien op de weg, een enkel dorpje in de bergen. Veel vrachtwagens waarvan op sommige Nederlandse namen en telefoonnummers staan.
Het gaat licht regenen en het wordt wat mistig, maar na de pas trekt die weer weg. Als we de bergen uit zijn en naar het westen rijden, wordt het warmer. Het landschap is vrij saai, kaal, kleurloos.
In Gori bezoeken we het Stalin-museum. Jammer dat de teksten alleen in het Georgisch en Russisch zijn. Indrukwekkend. ‘Zijn’ trein is gered van de stort en geschonken aan Gori, de geboorteplaats van Stalin.
Het hele museum is een verheerlijking van hem en bij de uitgang is een klein kamertje met aandacht voor de strijd met Rusland. Hier is ook een foto die aandacht schenkt aan de dood van Stan Storimans, de Nederlandse cameraman die hier in 2008 omkwam door de Russen. Het museum doet ons denken aan het cadeautjesmuseum in Noord-Korea inclusief een paar klompjes uit Nederland.
UplistsikheUplistsikhe is al sinds de 5de eeuw voor Christus een belangrijk handelscentrum aan de zijderoute. Er liggen ruïnes van een uit rotsen gehouwen stad uit de ijzertijd. Via trappen komen we in grotwoningen, tempels en wijnkelders. Er zijn hier vier soorten gaten in de vloer, voor het opslaan van water, wijn, om te koken en om gevangenen in op te sluiten. We proeven ook maar wat wijnen uit de streek. De rode is het lekkerst.
De zon is gaan schijnen en het is weer 20°.
Even buiten de stad ligt de Ateni Sioni-kerk aan de Tana-rivier. Hij stamt uit de 7de eeuw en is gemaakt van grijsgroen zandsteen dat rood kleurt als het oud wordt. Binnen hangt hij vol met fresco’s en iconen uit de 11de eeuw. Twee priesters zijn samen in gebed en gezang. Er zijn geen andere bezoekers.
Terug in Gori zien we het fort op een heuvel boven de stad liggen.
We willen wat gaan drinken, maar cafés zijn er niet. Dan maar in een restaurant. We zitten eerst buiten in een grote tuin tot het te fris wordt. Boven is nog een groot restaurant. We zijn de enige gasten. Het personeel spreekt geen Engels. De kaart is in het Georgisch, Russisch en Engels. Maar van dat Engels snappen we bar weinig, het personeel zegt het ook niets en er zijn ook geen plaatjes vandaag. Als we dingen proberen uit te spreken, wordt het soms ineens duidelijk. Zo staat er bijvoorbeeld een gerecht ‘free’ op de kaart dat zeven lari kost…. Na enige bestudering van de rest van kaart, denken we dat het frieten zijn. We bestellen ze samen met forel van de bbq en champignons met kaas. De mevrouw komt boven met haar telefoon en laat ons via de spraak van Google Translate in het Engels weten dat er geen bbq is, wel forel uit de pan. En of we champignons met of zonder kaas willen. Het gerecht heet toch echt ‘champignons met kaas’. Wij zeggen ‘met’. De frieten komen het eerst. Als die op zijn, komen de andere gerechten. Wel champignons zónder kaas.

Woensdag 13 septemberVia Chiatura, Bagrati en Gelati naar Kutaisi
Katskhi-kerkWe gaan verder naar het westen. Chiatura is een oud mijnstadje waar het vervallen verleden van de Sovjet-Unie goed zichtbaar is. Overal zien we resten van roestende treinstellen, vervallen fabrieken en huizen. De mijn is nog deels in gebruik en zo ook de oude kabelbanen die de kloof overspannen. Alles is er vies en zwart van de uitstoot.
Iets verderop staat de Katskhi-kerk. Hoog op een uitstekende rots staan een kerk en een boom. Veel meer past er niet op. Er woont één monnik.
De kathedraal van Bagrati ligt op een heuvel boven Kutaisi. Deze is afgevoerd van de Unesco-lijst vanwege de wijze waarop restauraties zijn uitgevoerd.
Het klooster van Gelati staat een stukje buiten Kutaisi, in een beboste omgeving. Deze is wel een Unesco-monument. Jammer dat de hele kathedraal vol staat met steigers zodat we weinig zien van de vele fresco’s. In een bijgebouw zijn ze wel te zien. Vanaf het dak van ons hotel zien we deze gebouwen mooi liggen.
Kutaisi is het einddoel van vandaag, de tweede stad van het land en een paar eeuwen lang was het ook de hoofdstad. Kutaisi is nu een prettige plaats met een oud centrum. We zien een prachtige muurschildering van een oude vrouw die brood aan het bakken is. We lopen over de enorme overdekte markt en kijken onze ogen uit. De Colchis-fontein op het grote centrale plein schittert mooi in de zon. Hij bestaat uit een aantal beelden van dieren. Dichtbij ligt de Opera met grote standbeelden op het dak.
Het is de hele dag mooi weer, 22°, 23°. Tegen de avond regent het wat, maar dan zijn we al terug in het hotel.
We gaan een biertje drinken dichtbij het hotel. Het is weer droog, maar je weet maar nooit. We rekenen € 4,80 af voor vier biertjes. We denken dat ze de helft vergeten zijn.
We gaan eten bij Sisters, een restaurant dichtbij het hotel. Ze vertellen dat het vijftig minuten kan duren voordat het eten komt. We bestellen een biertje, en nog één, en na negentig minuten stappen we op. Zonder zicht op eten en zonder te betalen voor het bier. Het moet niet gekker worden. Bij een stalletje kopen we wat broodjes die we op de hotelkamer op eten.

Donderdag 14 septemberVia Martvili en Tsalenjikha naar Mestia
Naar MestiaMestia in Svaneti is vandaag het doel. Het ligt in het noorden dichtbij de Russische grens.
In de buitenwijken van Kutaisi staan superlelijke oude sovjetflats. Al snel komen we in een andere regio met andere, vrijstaande grote huizen met buitentrappen naar de woonverdieping. We zien vruchtbare vlaktes waar voor de verandering eens geen druiven groeien. Ook anders zijn de overstekende dieren; vandaag zijn dat varkens.
Het is een onbewolkte dag.
We nemen de route via Tsalenjikha. We maken een boottochtje en een wandeling bij de Martvili-kloof. Omdat de zon schijnt, kleurt het water mooi blauwgroen. Het is erg helder en we zien de vissen zwemmen. Er zijn mooie watervallen.
We rijden verder naar het noorden. Nu lopen er veel geiten en koeien op de weg.
Als we de voet van de bergen bereiken, komen we bij het enorme Inguri-stuwmeer. Hier is de zevende grootste stuwdam ter wereld en deze is 271,5 meter hoog. We bekijken een video van de bouw. Het water kleurt mooi blauw in de zon.
De kloof wordt smaller, de bergen hoger, de weg slingert alleen nog maar. We komen door kleine dorpjes met kleine oude huisjes. We volgen de rivier.
Een stuk verderop zien we de eerste besneeuwde bergtoppen. Het is een prachtige weg.
Nog wat verder verschijnen de eerste dorpen van de Svan. Overal zien we de beroemde torens die vroeger elke familie bouwde als bescherming tegen zowel aanvallers als tegen lawines. We zitten in een familiehuis waar ontbijt en diner inclusief is. We wandelen Mestia door wat groter is dan we verwacht hadden. We proberen een mooi plekje te vinden met in de zon staande torens en de besneeuwde bergen op de achtergrond. Dat lukt aardig en al snel belanden we bij de Biergarten. We zitten nu op 1.400 meter en het is nog steeds 20°. Lekker buiten in het zonnetje drinken we een biertje. Een halve liter bier van de tap kost € 2,50.
Het valt ons op dat de mannen hier elkaar begroeten met een kus. Alleen als het goede bekenden zijn. Anders krijgen ze een hand. Vrouwen krijgen ook een hand.

Vrijdag 15 septemberUshguli, Mestia
UshguliVandaag rijden we met een auto met vierwielaandrijving de dalen van Svaneti in. De weg is in het begin nog redelijk goed, maar later wordt duidelijk waarom we met zo’n auto moeten. Er wordt overigens wel hard aan de weg gewerkt, dus over een paar jaar..... De omgeving is overigens geweldig. Dit gebied staat op de Unesco-lijst, vanwege de combinatie van ongerepte natuur en de middeleeuwse dorpen met hun eeuwenoude torens. Een groot deel van de torens is door de Russen gesloopt, toen ze hier hun 'vooruitgang' kwamen brengen. Onderweg beklimmen we een toren van binnen, de Tower of Love. Via smalle houten ladders, waar we net op passen, lukt het ons op de bovenste verdieping te komen.
In het dorp Ushguli, op 2.100 meter hoogte, wandelen we naar een heuvel vanwaar we een schitterend uitzicht op de besneeuwde toppen hebben. Er naast staat een klein kerkje dat van binnen mooi is beschilderd. We bezoeken een oud huis dat nu als museum is ingericht. In het dorp staan nog een heel stel eeuwenoude torens.
We lunchen hier met een lokaal Svonetisch gerecht, een plat brood gevuld met vlees, kubdari. We kopen plaatselijk mutsje zoals dat door mannen gedragen wordt. We nemen de zwarte, de witte is voor feestdagen.
Terug in Mestia bezoeken we het museum dat diverse aspecten van deze streek toont. Uiteindelijk wandelen we vanaf het museum terug naar ons hotel. Overal zien we het hout voor de komende winter al klaar liggen langs de weg.
De mensen in Svaneti hebben een eigen taal die de rest van de Georgiërs niet verstaat. Volgens Omar maken de mensen hier geen grapjes, lachen ze nooit. Ze hebben meerdere lokale gerechten.