Maandag 21 oktoberGjirokastër - Përmet - Leusa – Korçë
Een zonnige dag vandaag. ’s Morgens nog wat frisjes, later gewoon lekker in een T-shirt.
We rijden door een prachtige vallei naar Korçë en maken onderweg een paar stops.
In Përmet drinken we eerst koffie. Overal zitten mannetjes gewoon op een bankje te zitten of in een cafeetje met koffie en water voor zich. We rijden met terreinwagens omhoog naar het dorpje Leusa. Een onverharde smalle weg vol met kuilen. Boven ligt het middeleeuwse kerkje van de heilige Maria. Deze is binnen helemaal beschilderd en behangen met fresco’s en iconen. Maar dan ook helemaal. Geen leeg plekje te zien. Het plafond, alle koepels, muren, bogen, nisjes, randjes. Prachtig.
Weer op weg stoppen we om gliko te proeven, de plaatselijke lekkernij. Het is gekonfijt fruit dat er erg kleurrijk uitziet en minder zoet smaakt dan we verwachten. We kijken even in de bedrijfsruimte en zien o.a. grote vaten met fermenterend fruit en een hele voorraad met grote en kleine potjes.In Petran lunchen we met een lekkere gebakken forel op een mooi terras met uitzicht op de Vjosa-rivier.
De weg naar Korçë is smal en vol bochten en dus gaat het niet snel. De plaats ligt op 850 meter in het oosten van het land. Op het meest zuidelijkste stuk van vandaag rijden we langs de Sarantaporos-rivier. Aan de overkant ligt Griekenland. De telefoon geeft opeens weer de Griekse tijd aan, we zitten er zo dichtbij.
Soms loopt er een paard op de weg of een kudde schapen. We rijden over een pas van ruim 1.100 meter. Sommige bomen krijgen al herfstkleuren. Onderweg maken we een korte koffiestop waar ze forellen kweken.
In Borovë bekijken we het oorlogsmonument ter herdenking dat de nazi’s het hele dorp (107 mensen) hebben uitgemoord.
Ons hotel in Korçë ligt midden in de stad. We eten in het hotel.
Dinsdag 22 oktoberKorçë - Voskopoje – KorçëHet is fris buiten, een paar graden boven nul. Wel wolkeloos. Tijd voor een trui.
We gaan eerst naar Voskopoje dat hoger in de bergen ligt. Ooit woonden hier Aroemenen. Nooit van gehoord. Het waren mensen die vanuit de Balkan en Griekenland hier naartoe kwamen. Op het hoogtepunt woonden hier 60.000 mensen en eind achttiende eeuw was het de één na grootste stad van Zuidoost-Europa. Toen stonden er nog vierentwintig kerken, nu nog maar zeven. Er zijn nog zo’n 2.000 inwoners. We bekijken twee oude kerkjes waar we binnen niet mogen fotograferen. De deuren worden speciaal voor ons open gemaakt. Het is wat donker binnen, want er gaan geen lampen aan. Onze ogen wennen wel snel en we zien prachtige fresco’s. Er worden stiekem een paar foto’s gemaakt.
Buiten in het zonnetje drinken we koffie. We zitten op ruim 1.200 meter en de thermometer geeft maar 10° aan, maar het voelt zo warm dat de truien uit gaan.
Weer terug in Korçë bekijken we de nieuwe orthodoxe kathedraal en we wandelen over de boulevard naar de oude bazaar. Daar gaan we lunchen. Als toetje krijgen we een glaasje raki.
Vervolgens lopen we naar het Nationaal Museum voor Middeleeuwse Kunsten waar duizenden iconen hangen. Er hangen o.a. kostbare werken van Onufri, een zestiende-eeuwse iconenschilder.
We lopen terug naar het hotel. Korçë is een gezellige plaats met veel kleine winkeltjes en weinig toeristen.
Een mooie zonnige dag.
's Avonds gaan we eerst bij de Irish Pub een biertje drinken. Buiten staat een grote doorzichtige tent met een grote brander in het midden die de tent verwarmd. In de tent wordt gewoon gerookt. We besluiten binnen in de pub te gaan zitten. Ze hebben geen bier van de tap. We snappen het wel: we zijn de enige toeristen en de lokalen drinken vrijwel allemaal koffie of thee. Bij ons bier krijgen we een haffeltje olienootjes/handje doppinda's. Daarna eten we lam bij een lokaal eettentje.
Woensdag 23 oktoberKorçë - Pogradec - Lin - Elbasan – Tirana
Korçë ligt op ruim 800 meter en de temperatuur lag vannacht tegen het vriespunt. Het is zonnig waardoor het snel warmer wordt.
We rijdenlangs de oostgrens naar de hoofdstad van Albanië, Tirana of Tiranë zoals ze hier spellen. We stoppen in Pogradec, een stadje aan het meer van Ohrid, het diepste meer van de Balkan. De plaats staat op de Unesco-lijst. Het heeft een klein museum met een mooie collectie. We krijgen een rondleiding met een vrij langdradig verhaal. We wandelen langs het meer en het park naar een plaats voor hang-ouderen: allemaal mannetjes op bankjes, sommige spelen schaak of domino. Er staan een paar mooie standbeelden in het park en er hangt een motor in een boom met kleine witte kinderschoentjes op de voetsteunen. Aan de overkant zien we de bergen van Noord-Macedonië.
We drinken koffie bij het park langs het meer, heerlijk in de zon.
Langs het meer van Ohrid rijden we naar het vissersdorpje Lin, een dorpje met veel oude huizen. We lopen een stukje omhoog naar de ruïne van een basiliek. Op straat staan verschillende kleine kraampjes waar ze van alles verkopen: fruit, honing, uien, knoflook, jam, broden. Bij één van de huizen is een vrouw raki aan het stoken. We mogen even kijken.
De basiliek ligt op een hoog punt met uitzicht naar alle kanten. Er is niet veel van over, maar wel een mooie mozaïekvloer die even open ligt zodat wij hem kunnen zien. We hebben mooi uitzicht over de baai en het dorpje.
We lunchen aan de oever van het meer. Als de zon weg is, voelt het aardig fris. We hebben een nieuw merk bier: Stela. Ook lekker.
In Elbasan stoppen we voor een korte wandeling door het oude centrum. De stad wordt wel gezien als het centrum van de islam in Albanië. We zien de koningsmoskee, waarvan de bouw begon in 1492. We mogen hier binnenkijken. De Mariakerk is echter dicht, zoals altijd de laatste jaren, horen we.
Tirana ligt een stuk lager op ongeveer 100 meter en het is hier weer een stuk warmer.
Onze kamer kijkt uit op het Skanderbegplein. Op het plein staat een reuzenrad, een draaimolen en spelen muzikanten.
We gaan de stad in op zoek naar een tapbiertje. We komen in een straat met allemaal tentjes. Overal zit iedereen aan de koffie. Uiteindelijk vinden we een bar met tapbier. Het is een grote open ruimte met dicht dak en meerdere televisieschermen. We bestellen een biertje en kijken om ons heen. Op steeds meer lege tafeltjes wordt een blikje fris gezet. Voor reclame, denken we. Bij navraag blijkt dit een reservering te zijn. Het is nu 19:30 uur en om 21:00 uur wordt de wedstrijd Bayern München tegen Barcelona gespeeld. Blijkbaar zijn de plaatsen daarvoor gereserveerd. Er komen regelmatig mensen binnen en sommigen mogen gaan zitten, anderen niet. We gaan beter opletten en merken dat mensen mogen gaan zitten als ze bier gaan drinken. Dat levert natuurlijk meer op dan dat mensen de hele avond op één kopje koffie zitten. Er komen alleen maar mannen binnen. Op een gegeven moment zitten we er met ongeveer zestig, zeventig mannen. Lia is de enige vrouw in de tent. Tegen negenen gaan wij weg om op de hotelkamer naar Feyenoord te gaan kijken. We zijn nog niet opgestaan of onze stoelen zijn al bezet.
Donderdag 24 oktoberTirana - Bektashi - TiranaDe hele dag bekijken we Tirana. Het is een nieuwe stad, pas een of 100 jaar oud. Daarom zijn er niet veel oude gebouwen. We lopen het Skanderbegplein op, het centrale plein. Hier hangt een mooie mozaïek die de verschillende eeuwen uitbeeldt. De Et’hem Bey-moskee ligt aan het plein. Deze werd in 1841 afgebouwd en is één van de oudste gebouwen van de stad. Binnen zijn een prachtige koepel en mooie fresco’s te bewonderen.
Onderweg naar de Piramide van Tirana zien we veel gekleurde gebouwen, veel mannen op bankjes en af en toe zowaar een paar vrouwen. De piramide van Tirana is een museum aan het Moeder Teresa Plein uit 1988. Het gebouw is ontworpen door de dochter en schoonzoon van de vroegere communistische leider Enver Hoxha. Bovenin zit een glazen koepel. Ernaast zit het archeologische museum met voorwerpen vanaf de neolithische tijd, ongeveer 11.000 jaar geleden, tot de vroeg-middeleeuwen.
Het Nationaal Historisch Museum is helaas gesloten.
’s Middags gaan we naar het Wereldcentrum van Bektashi, het spirituele hoofdkwartier van de bektashi-orde. Dit is een soefistische stroming binnen de islam. Ze interpreteren de regels van de sharia niet streng, maar meer als leidraad om dicht bij de waarheid te komen. Het is een mooi complex met een paar kleine tekkes, graftombes van overleden baba’s, een eretitel, zoiets als ‘oude wijze man’. Eind september heeft Albanië de stichting van het kleinste landje ter wereld aangekondigd voor soefi-moslims. Slechts tien hectare groot, vier kleiner dan Vaticaanstad, nu het kleinste land. Zie dit artikel in de Volkskrant: https://www.volkskrant.nl/buitenland/albanie-kondigt-stichting-aan-van-kleinste-landje-ter-wereld-voor-orde-van-soefi-moslims~bc4d4440
's Avonds gaan we weer een biertje drinken bij de bar van gisteren. We worden verwelkomd met twee vingers in de lucht, ofwel twee bier. We zijn bekend. Er hangen vier schermen waarop voetbal wordt getoond. Allemaal dezelfde wedstrijd. We vragen in de rust of er op een van de schermen Ajax kan worden getoond. Tijdens de tweede helft is vervolgens op alle schermen Ajax te zien.
Vrijdag 25 oktoberTiranaNa het uitgebreide ontbijt gaan we naar de House of Leaves, een huis dat ooit door de geheime dienst bewoond werd. Overal in de huizen werd afluisterapparatuur geplaatst. Dat kon zijn in een fotolijstje, een handtas, een raamkozijn, een hak van een schoen. Zij moesten overal van op de hoogte zijn. Voor het huis ligt een schuilkelder met een stevige betonnen deur.
Daarna dwalen we samen door de stad. We hebben een route samengesteld langs muurschilderingen en komen op deze manier door gezellige oude wijken. We lopen de orthodoxe kathedraal binnen en daarna de hippe wijk Blloku in. Het eerste stuk zijn gewone straten, daarachter liggen straten vol met cafés en kleine winkeltjes. Het is er heel druk en wij gaan op een terrasje zitten om naar de mensen te kijken. Een kopje koffie kost hier € 1,60. Het is er druk met lokale mensen. De islam is hier de grootste godsdienst, maar we zien opvallend weinig vrouwen met een hoofddoek.Er zitten er verschillende hier in het café hoewel de mannen in de meerderheid zijn. Die kunnen uren op één kopje espresso en een glaasje water blijven zitten.
Daarna wandelen we verder, zien het vroegere huis van Enver Hoxha, een beeld van Moeder Teresa en verschillende muurschilderingen, de één uiteraard mooier dan de anderen. Op weg naar de Pazari i Ri ligt de Tanners’ Bridge, een Ottomaanse voetgangersbrug uit de achttiende eeuw. De Pazari i Ri is een gerenoveerde bazaar met vooral toeristenkraampjes.
Onze laatste avond in Tirana besteden we in ons standaard kroegje, waar we weer ontvangen worden met twee vingers de lucht in voor twee bier. Daarna richting bazaar voor het avondmaal. 's Middags zagen we restaurant Oda, dat er wel leuk uitzag, maar nu horen we harde livemuziek. Te toeristisch voor ons. Een ander restaurant met meer lokale gasten blijkt achteraf een goede keus.
Zaterdag 26 oktoberTirana - Lezhë - Fishte – ShkodërVandaag rijden we naar Shkodër, ook wel de hoofdstad van het noorden genoemd. Het is 100 kilometer rijden. De eerste helft is snelweg. Na 50 kilometer gaat deze over in een goede tweebaansweg waar we goed door kunnen rijden. Het is niet druk op de weg. In Lezhë maken we een stop. Er is een orthodoxe kerk, een fort, een brug. Meerdere vrouwen dragen dezelfde, hoofdzakelijk zwarte, kleding met een vlecht in het haar.
We bezoeken een boerderij in Fishte waar restaurant Mrizi I Zanave zit, een soort sterrenrestaurant. We krijgen een rondleiding en een gigantische traditionele lunch. We krijgen veel verschillende gerechten en hapjes. Alles komt uit eigen tuin. Ze maken er ook wijn, raki, kaas, jam. Het is er erg druk. Wij eten binnen, buiten zitten ook groepen.
In de bus kunnen we uitbuiken tot we bij de werkplaats van Venetiaanse maskers van kunstenaar Edmond Angoni komen. Hier worden carnavalsmaskers gemaakt en naar Venetië geëxporteerd. Alles gebeurt met de hand; een zeer intensief proces. Er hangen veel maskers, van heel groot tot heel klein.Tot slot rijden we naar de Mesi-brug iets ten noordwesten van Shkodër. Deze is nog helemaal intact en de best bewaarde Ottomaanse brug in Albanië. Hij is ongeveer 100 meter lang. We hebben mooi zicht op de Kir-rivier met de bergen op de achtergrond.
We hoeven ’s avonds niet meer te eten, maar lusten nog wel een biertje. Dicht bij het hotel ligt de boulevard met allerlei restaurantjes. We hebben op de kaart een café gevonden met tapbier en die vinden we in de hippe uitgaansstraat. We zitten in de opening van het pand met zicht op de straat. Tegen acht uur, half negen wordt het druk. Allemaal jongelui, veel stelletjes en opvallend veel vriendinnengroepjes. De vrouwen zijn allemaal hip gekleed met erg korte rokken en veelal naaldhakken. Wat heel erg opvalt, is de kledingkleur: 80% van de kleding is zwart, 18% is wit en slechts 2% heeft een kleurtje (blauw van de spijkerbroeken). Bizar. Wat verder opvalt, is dat hier iedereen, maar dan ook werkelijk iedereen, aan de drank zit: bier, wijn, cocktails. Geen koffie te zien. Er wordt ook door bijna iedereen gerookt.
Zondag 27 oktoberShkodër – KrujëHoog boven de stad zien we het oude Rozafa-kasteel. We rijden naar de ruïne die er over is en op een 230 meter hoge rots ligt. Het laatste stuk moeten we omhooglopen. Er zijn wat muren en wallen bewaard gebleven.
Er is een legende over dit kasteel. Drie broers wilden een kasteel bouwen, maar de overdag gemetselde muren stortten ’s nachts telkens weer in. Een oude man adviseerde ze om één vrouw te offeren. Om te beslissen wie dat zou zijn, kwamen de drie broers overeen dat de eerste vrouw die de volgende dag de lunch zou brengen, degene zou zijn die geofferd zou worden. De jongste broer, die net getrouwd was met Rozafa, hield het plan geheim zoals afgesproken, in tegenstelling tot zijn oudere broers die het hun vrouwen vertelden. Rozafa was de eerste die arriveerde, waarmee haar lot bezegeld was. Ze stemde in en vroeg om ingemetseld te worden met één borst bloot om haar babyzoon te voeden, één oog om over hem te waken, één hand om hem te strelen en één voet om zijn wiegje te wiegen.
Prachtig uitzicht over de stad, de Buna-rivier en daarachter het meer van Shkodër. Aan de overkant ligt Montenegro.
Weer terug wandelen we door de stad. Op de boulevard is het hartstikke druk. In het midden staan tafels en stoelen onder parasols. Veel mensen drinken koffie of lopen te flaneren. Opvallend veel gezinnen met kinderen. Wij drinken ook koffie en krijgen van Noyan er een lekker koekje bij.
Het Fotomuseum hangt vol met zwart-witfoto’s en oude camera’s van de fotograaf Marubi. De foto’s zijn van het begin van het fototijdperk, half achttiende eeuw. Ze zijn vooral van adellijken, geestelijken en ambachtsmensen; de meeste in mooie klederdracht.
Als we verder wandelen, zien we verschillende muurschilderingen. Bij de Shën Shtjefnit, de Franciscaanse kathedraal, staat een beeld voor de martelaars. Het museum binnen is gesloten.
Er komt een vuilnisman op de fiets langs die de troep van de straten haalt en sorteert in allerlei verschillende zakken.
Daarna rijden we naar Krujë. Dit ligt niet ver van het vliegveld vanwaar we morgenavond naar huis zullen vliegen. Ook nu is de weg rustig, het is zondag, en we komen om een uur of vijf aan.
We drinken ’s avonds wat in het hotel. Net zoals de meeste groepsleden doen. Ook vandaag hoeven we niet meer te eten na de overdadige lunch.
Maandag 28 oktoberKrujë – Naar huisVandaag is het net als de laatste dagen weer een mooie zonnige dag met temperaturen van 22-25°.
We wandelen door Krujë en komen bij het kasteel. Skanderbeg, de nationale held, woonde hier in de vijftiende eeuw. Hij hield stand tegen drie belegeringen door de Ottomanen. Prachtig uitzicht over de stad.
In het etnografisch museum hangen de muren vol met schilderingen en er zijn prachtige houten stoelen.
De bazaar is een smal keienstraatje dat bestaat sinds de zeventiende eeuw. Vijf eeuwen daarvoor was het een tussenstop voor karavanen die naar het noorden trokken. Er zitten veel kleine winkeltjes met handgemaakte spullen, zoals tapijten, tassen, folkloristische kleding. Allemaal toeristenspul. Het is er niet druk; einde seizoen.
Met de bus rijden we helemaal omhoog naar 1.100 meter, een stijging van zo’n 500 meter. Er is ook een pad waar pelgrims over naar boven lopen. Daar is een grot met een offerplaatsje.
Bij de afscheidslunch nemen we allebei een biertje en hebben dan 10 lek/€ 0,10 over. We hadden niet beter uit kunnen komen.
Tegen vijven komen we op het vliegveld aan voor de vlucht naar huis. Die gaat voorspoedig.
Hier staan extra foto's in de fotogalerij.
Deze reis is georganiseerd door Parsaban.