Vrijdag 9 maartNaar Bagan

Om 7:00 uur vertrekt de boot naar Bagan. We varen een half uur en liggen vervolgens twee uur stil. Waarom wordt ons niet verteld, maar waarschijnlijk komt het door de lage waterstand. Er zitten alleen toeristen op de boot. Bij Awa is het wel mooi en staat de hele kant vol met pagodes. De rivier is vrij breed en we zien amper wat van het leven op de kant. De hele tocht is erg saai. Je ziet niets en er is niets te doen. We hebben spijt dat we niet met de chauffeur en zijn auto zijn meegereden. Die komt 's middags om 14:00 uur al in Bagan aan.
Normaal doet de boot er tien uur over (we hebben de snelle boot), maar omdat we twee uur stil hebben gelegen, wordt het twaalf uur. Het is dan ook al donker als we aankomen. We zouden oorspronkelijk aanleggen in Oud-Bagan, maar door de lage waterstand en omdat het al donker is, kan dat niet en leggen we aan vlak bij Nyaung U. De steiger is echter te kort en haalt de boot niet. Geen nood. Een paar jochies springen in het water en verzetten de peilers en de planken. Ze maken er zelfs nog een reling naast. Ze krijgen applaus.
Het Bagan Golf Resort is vrij chique en heeft een oprijlaan van een kleine twee kilometer. Daardoor ligt het wel heerlijk rustig. We krijgen een lekkere ruime kamer waar we snel onze spullen neerzetten en onze handen wassen en daarna brengt KuYe ons naar een restaurant. Die zijn er hier veel meer dan in Mandalay en het is hier ook veel toeristischer. Veel restaurants liggen naast elkaar en KuYe heeft Pyi Wa uitgezocht dat zowel Chinees als Europees eten heeft. Na een goed uur haalt hij ons weer op. Het is goedkoop en lekker, maar de porties zijn niet erg groot.

Zaterdag 10 maartBagan

We lopen de lange oprijlaan af en zijn in 25 minuten in het dorp. We huren twee fietsen voor twee dagen. We schrijven onze naam en de naam van het hotel op en dan krijgen we de fietsen zo mee. Betalen doen we achteraf. We gaan meteen op pad richting Oud-Bagan. Een gebied van 40 km² is helemaal volgebouwd met duizenden tempels, pagodes en paleizen. Bij Htilominlo Guphaya Gyi stappen we af en gaan we naar binnen. Zowel van binnen als buiten mooi om te zien. Dat geldt ook voor de Ananda waar binnen vier enorme Boeddhabeelden staan. De Thatbyinnya Phaya is van binnen niets, maar van buiten wel indrukwekkend. De Shwesandaw kun je niet in maar wel op. Om boven te komen, moet je een hele steile trap beklimmen met hoge en smalle treden. Wat een geweldig overzicht hebben we hier. Aan alle kanten zien we pagodes, zover als je kunt kijken. Ook bij de Shwegugyi kunnen we naar boven. Deze is minder hoog maar we hebben wel mooi uitzicht.
Het is heerlijk ontspannen zo op de fiets. De fietsen zijn redelijk, maar we leggen geen lange afstanden af en de fietsen zijn goed genoeg. We lunchen bij Sarabha met soep en twee liter koud water. Daarna fietsen we terug naar het hotel en houden siësta en liggen we een poosje aan het zwembad.Zonsondergang, MyanmarDe zonsondergang bekijken we vanaf de Buledi-pagode waar ook een hele steile trap is en waar slechts een paar mensen zijn. De ondergang is niet veel, er zit teveel stof in de lucht.
We eten bij 'A Little Bit Of Bagan', het is twee keer zo duur als gisteren, maar de porties zijn wel groter. De gebakken vis is oké en de pizza is knapperig en smakeloos. Dit restaurant is een stuk duurder dan in de reisgids vermeld staat, terwijl bij anderen de prijs wel overeenkomt. Het is hier te duur vinden wij.
We fietsen langs bij de Shwezigan die mooi verlicht is.

Zondag 11 maartBagan

We hebben toch wat last van zadelpijn en we vinden dat we de belangrijkste tempels hebben gezien. We besluiten tot een dagje zwembad. Eerst liggen we een uurtje in de zon en de rest van de dag in de schaduw. Tegen vijven gaan we op de fiets naar het dorp en leveren de fietsen in. We betalen 6000 kyat wat neerkomt op 1 € per fiets per dag. We wandelen het dorp rond en belanden uiteindelijk bij het Tibetaanse restaurant. We zijn vroeg, de eersten, en nemen eerst op ons gemak een biertje. Bij het tweede biertje bestellen we een portie momo's. Die worden terplekke gemaakt en arriveren bij het derde biertje. Dan bestellen we meteen het hoofdgerecht en dat eten we op bij het vierde biertje.

Maandag 12 maartNaar Pyay

We bezoeken een palmbomenplantage. Uit de olie en pinda's die daar ook groeien worden snoepjes gemaakt en sterke drank gestookt. Heel erg sterk, proeven we.
We komen bij Mount Popa, een alleenstaande berg met bovenop een aantal kloosters en pagodes. Een hele lange trap en wederom moeten we op blote voeten. Wat een eelt hebben we ondertussen. Veel trapvegers vragen om een donatie, de enige plek waar we dat meemaken. Maar laat ze eerst eens wat doen, zodat wij niet over die vieze vloer hoeven. Bovenaan is het weer allemaal goud wat er blinkt. Er zijn veel Birmese mensen en als we naar beneden lopen, wordt het heel druk met mensen die omhoog gaan. Nu komen er ook andere toeristen. We waren net op tijd.
Dan rijden we door naar Pyay in acht uur. Het landschap is vrij droog en overal zien we karren met grote tonnen water. Dichter bij de rivier is het weer groener. We eten in een kleine plaatselijke tent met alleen een Birmese kaart. Lekkere noedels hebben ze. Inclusief twee flessen water koste het 3900 kyat.
Het Mingalar Garden Resort ziet er erg leuk uit. Overal huisjes en terrassen boven water. Ons huisje is Japans ingericht met bedden op een verhoogde vloer en Japans servies. Het restaurant is boven het meer. Het is niet echt goedkoop, maar ook niet zo duur.

Dinsdag 13 maartPyay

KuYe brengt ons overal waar we heen willen. Hij heeft hier toch niets te doen. In andere plaatsen moet hij soms naar een plaatselijk kantoor. We willen graag naar de Shwemyetman Paya, een grote zittende Boeddha met een enorme bril. Maar deze is in onderhoud en ingepakt zodat daar momenteel niets te zien valt. Jammer.
We gaan naar Thayekhittaya, een oude stad uit de vijfde tot negende eeuw. De toegang is US$ 5, kyats worden niet geaccepteerd. En weer zijn er geen andere toeristen. Bij aankomst in Awa stikte het van de paard-en-wagens om je rond te laten rijden. Hier moeten ze eerst op zoek naar een ossenkar. Voor 3000 kyat laten we ons vijf kwartier rondrijden. Op de platte wagen ligt een laag stro en daarover heen een aantal matten. We zitten vrij comfortabel, beter dan in de paard-en-wagen die hele smalle bankjes had. De rijder spreekt zelfs redelijk goed Engels en vertelt ons van alles onderweg. De kar is open en we zitten dus in de zon. Het is knap stoffig en de warmte valt zo 's morgensvroeg mee. Langzaam hobbelen we over het smalle pad langs de velden. Hier zijn overal boeren die groenten en bloemen kweken, die in Yangon verkocht worden. Het water wordt uit diepe putten gehaald en alles wordt twee maal per dag begoten. Ook liggen hier de oudste pagodes van Myanmar, die heel anders van vorm zijn dan we tot nu toe gezien hebben. Het is lekker ontspannen zo te rijden en de mensen aan het werk te zien. We genieten.
We bezoeken de Shwesandaw Paya in Pyay zelf. We gaan met de lift (!) naar boven zoals iedereen. Alle Birmezen worden samen in een lift gepropt, wij mogen met z'n tweeën in de andere. Men zegt dat hier een originele tand van Boeddha ligt. Veel offerplaatsjes. Het uitzicht over de plaats is mooi.
De Payagyi Paya is een vreemd gevormde pagode met drie terrassen. Vrouwen mogen niet op het bovenste komen. Dan is er nog een pagode aan de andere kant van de rivier. Voor de Birmezen is dit een belangrijke plaats, wij vinden hem niet zo mooi.
Lunchen doen we met noedels en kiploempia's die erg lekker zijn.
Daarna gaan we terug naar het hotel voor siësta. We wandelen wat rond op het terrein van het hotel en bewonderen de vele bloemen waaronder verschillende orchideeën. Na het bezoek aan de avondmarkt rijden we naar een restaurant aan het water.
's Avonds is het overal erg druk met eters; alleen Birmezen, geen toeristen. We zitten in een bierhal waar de opgeschoten jeugd ook zit. Die komen op brommers die allemaal keurig netjes in een rij staan geparkeerd. Hier wordt het donker bier gemixt met water en whiskey. We eten chips met stokjes. We zitten op plastic kuipstoeltjes, maar voor Martijn vertrouwen ze het niet en hij krijgt een extra stoel, zodat er twee in elkaar staan. Later op de avond treden er allemaal zangeressen op. De plaatselijke bevolking koopt in een winkeltje bloemen die ze aan hun favoriet geven.