Indonesië - Molukken: Papoea - Aru - Kei - Banda - Lease - Ambon
13 november t/m 1 december 2013
Nieuw-Guinea is, na Groenland, het grootste eiland ter wereld. De linker helft valt onder Indonesië en is onderverdeeld in de provincies PAPOEA en West-Papoea (voor 2000 samen Irian Jaya). Van de bijna 2,5 miljoen inwoners zijn 1 miljoen Papoea’s en 1,5 miljoen Indonesiërs van andere eilanden. De Papoea’s zijn de oorspronkelijke bevolking. Er zijn meer dan 230 verschillende stammen, die 200 verschillende talen en 800 dialecten spreken. Vanwege het klimaat leven de Bergpapoea’s op een heel andere manier dan de Kustpapoea’s. Bij de Bergpapoea’s is het hoofdvoedsel zoete aardappelen of cassave. De Kustpapoea’s leven van sago en vis.
ARU, KEI, BANDA, LEASE en AMBON horen bij de Molukken (Maluku) wat een eilandengroep van ruim 1000 eilanden in het oosten van de Indische Archipel is, gelegen tussen (met de klok mee) Celebes, de Filippijnen, Nieuw-Guinea en Timor. De Molukken behoren geografisch tot Melanesië, maar politiek tot Indonesië. De Molukse eilanden kennen een grote variatie aan natuur, cultuur en landschap. Vrijwel alle eilanden zijn bergachtig met mooie zandstranden en omgeven door mooie koraalriffen. Ze worden ook wel de specerijeilanden genoemd.
Route Indonesië Papoea
Woensdag 13 novemberNaar Sanur (Indonesië)
We maken een unieke bootreis in de voetsporen van de beroemde Britse ontdekkingsreiziger, antropoloog, bioloog en geograaf Alfred Russel Wallace. Met een comfortabele boot maken we een tocht van de Asmat-stam in Papoea naar de Molukken. Dimsum heeft deze veertiendaagse reis (eenmalig) georganiseerd.
Om enigszins aan het tijdsverschil en het klimaat te wennen, gaan we eerst een paar dagen naar Bali, voordat we naar Timika op Papoea vliegen.
Daarna gaan we, omdat we twee weken te kort vinden voor zo’n lange vliegreis, Down Under. Eerst naar Australië: Red Centre, over land van Sydney naar Melbourne en vervolgens door naar Tasmanië. En omdat we toch in de ‘buurt’ zitten, ook meteen maar naar Nieuw-Zeeland.
In totaal zijn we drie maanden onderweg.
We vliegen op een mooie tijd: 's middags om 12:00 uur, zodat we op de gewone tijd op kunnen staan. Op Utrecht Centraal moeten we even wachten tot het 8:55 uur is, voordat we inchecken. Pas dan is het treinvervoer goedkoper. We zijn niet de enige die daar op wachten. We moeten even doorlopen, want de trein vertrekt 3 minuten later. Het gaat allemaal voorspoedig en we zijn snel ingecheckt. De paspoortcontrole mogen we zelf doen. Dat hadden we nog niet eerder meegemaakt, terwijl die apparatuur toch al anderhalf jaar in gebruik schijnt te zijn.
We vliegen eerst naar Kuala Lumpur in bijna twaalf uur.
Donderdag 14 novemberNaar Sanur
Daar halen we de instapkaarten op voor Denpasar en twee uur later vliegen we de laatste drie uur naar Bali. Alles gaat voorspoedig en om 12:00 uur landen we op Bali. We halen een visum, pinnen geld, gaan door de douane en pikken onze bagage op. En dat alles binnen een half uur. Lekker. Eenmaal buiten gaan we naar de taxistandplaats waar je een kaartje naar een plaats koopt, je krijgt een taxi toegewezen en dan ga je. Vroeger waren er veel ongeregeldheden bij de taxi's en werden veel mensen afgezet. Door het op deze manier te regelen, is iedereen tevreden.
We hebben zeven uur tijdsverschil. Het weer is warm, vochtig, maar droog.
Onze eerste indruk van Bali: overal staan tempels, offerplaatsjes met parasolletjes erboven en totempalen. Voor alle winkels ligt wat en ook in onze taxi ligt een offertje op het dashboard. Men rijdt vrij georganiseerd. In een half uur zijn we in hotel Tamukami in Sanur. Rond het zwembad liggen kamers gegroepeerd. De onze ligt op de eerste en tevens bovenste verdieping. We hebben grote ramen waardoor we op het zwembad met het vele groen en bloemen, vooral orchideeën, er omheen kijken. Een grote ruime kamer met een heel groot bed en een enorme badkamer. Lekker.
We krijgen een welkomstdrankje, leggen de spullen in de kamer en gaan twee uur slapen.Daarna lopen we het dorp door. Terrassen, hotels, restaurants, soms een winkeltje, boekingskantoren. Allemaal zij aan zij, de hele straat lang. Veel meer is het niet. Het is een en al toerisme, maar toch schijnt het hier nog een stuk rustiger te zijn dan in Kuta en Legian. Kun je nagaan hoe het daar moet zijn.
WWe zien zowaar een aankondiging met daarop de intocht van Sinterklaas met z'n Zwarte Pieten. Grappig. Hier is dat blijkbaar geen probleem.
Overal liggen offertjes op de stoep: een gevouwen stukje bananenblad met wat rijst, groente, een koekje, een bloemetje. Ziet er wel heel leuk uit. Iedereen is erg aardig en vriendelijk. We worden overal wel naar binnen gepraat, maar men is niet hinderlijk. Het is niet meer dan een handgebaar en wat woorden. Niet agressief.
Woorden van Nederlandse afkomst vallen ons op: pos polisi, koperasie, radiostasion, parkir gratis, bensin, ballen gehakt, notaris, kontrak, rekening. Grappig.
Het is overal happy-hour en we belanden op een terras. Al die terrassen zijn overdekt, maar wel helemaal open aan de voorkant, zodat je het idee hebt, dat je buiten zit. We gaan voor de Bintang besar, een grote fles Indonesisch bier. We krijgen daar zo'n koel-houd-bekertje omheen.
We moeten even wennen aan het geld. Het lijkt heel veel als ergens iets 5.000 rupiah duurder is, maar dat is maar € 0,33. Bier, een grote fles van 0,67 liter, kost ongeveer 30.000 rp (€ 2), anderhalve liter water 5.000 rp en eten kun je heel goed voor 15.000 rp (€ 1). In het restaurant waar wij zitten, kost het wel veel 30.000. Arm zullen we daar niet van worden.
Om 10:00 uur liggen we in bed en vallen als een blok in slaap.
Vrijdag 15 novemberSanur
Het regent. Niet hard, maar toch. Er zitten mensen bij het zwembad onder een parasol; dus het valt mee.
We gaan eerst ontbijten beneden bij het zwembad. We kunnen kiezen uit Amerikaans en Indonesisch ontbijt. Martijn gaat voor het brood met eieren en Lia voor de noedels met natuurlijk ook een ei. Lekker vers fruit en vers sapje erbij. En zoveel koffie als je wilt.
De eigenaar is een Belg, wat misschien de Frans sprekende toeristen aan een ander tafeltje verklaart. Fransen gaan meestal alleen maar naar Franssprekende landen. Hoewel dat de laatste jaren wat beter schijnt te worden. We horen hier in Bali sowieso heel veel Nederlands, zoals overal trouwens.
Het houdt snel op met regenen en soms komt de zon tevoorschijn. Het is meteen weer een stuk warmer. We wandelen langs de zee. Daar is niet zo makkelijk te komen als het lijkt. Er zijn maar weinig wegen naar toe. Het is een smal wandelpad, zodat het erg rustig is. We zien wat bootjes, de vulkaan en amper toeristen. Er zijn meer verkopers en de hele dag zullen we ‘transport’ en ‘massage’ horen. We komen bij het kruispunt wat ooit de toegang was tot het oude dorp. Midden op de kleine rotonde staat een groot beeld met totempaal. Het heeft wel wat.
Langzaam raken we een beetje doorweekt van het zweet en als we terug op de kamer in het hotel zijn, breekt het pas echt los. Snel zetten we de airco aan. We doen een klein dutje en gaan dan naar het zwembad. Beetje zwemmen, beetje lezen. Lekker relaxen, want tenslotte zitten we daarvoor op Bali.
Om 18:30 uur wordt het donker. Tegen achten gaan we ergens eten. Wat luxer dan gisteren en dat is meteen te merken aan de prijs. We zijn 230.000 rp kwijt. Bij de rekening komt vaak taks die kan verschillen van 10, 15 of 21%. Ze snappen hier ook het duim-wijsvingergebaar voor afrekenen. Kennen ze bijna nergens. Heerlijk gegeten trouwens met grote garnalen en een grote vis in zoetzure saus.
Zaterdag 16 novemberSanur
Nog een ontspannen dag in Sanur. Lekker ontbijten, op ons gemak wat tutten. Het is zonnig vandaag en meteen erg warm. We laten ons daar niet van weerhouden om het dorp in te lopen. We wandelen langzaam helemaal naar het andere eind waar het oude dorp is. Hier vinden we nog smalle straatjes en oude huizen. Langs het strand wandelen we terug. We zweten als een otter en zijn dan ook blij als we terug zijn op de kamer. Lekker de airco aan en even bijkomen. We zijn volgens ons nu natter geworden, dan dat je van de regen van gisteren zou worden. Verder doen we niet zo veel.
's Middags wordt het bewolkt en gaat het zelfs onweren en regenen. Het koelt af tot een aangename temperatuur. We zitten mooi op ons overdekte terras te relaxen en te acclimatiseren.
We drinken een biertje bij de sportbar en gaan in hetzelfde restaurant van de eerste avond eten. We nemen een grote snapper en een barracuda-filet, die veel op zwaardvis lijkt. Lekker.
Dicht bij het hotel regelen we een taxi voor straks naar de luchthaven. Hiermee zijn we de helft kwijt, dan wat ze in het hotel aanbieden voor een ritje naar het vliegveld. We pakken alles in, douchen en zitten onze tijd uit. Om 23:30 uur rijdt de taxi voor om ons naar het vliegveld te brengen voor de vlucht naar Timika op Papoea.