Zondag 26 februariNaar Kunming via Xingmeng
Omdat we vorige keer het (enigszins Europese) ontbijt niks vonden, slaan we dat over en eten in de stad. Tegenover het hotel is een aardige, vrij drukke tent en we gaan daar zitten. Men wijst ons het bord met de verschillende mogelijkheden. Allemaal in het Chinees. Wij nemen wat iedereen heeft en dat blijkt later 'across the bridge noodles' te heten. Ieder krijgt een klein formaat braadpan met kokende bouillon. Daarnaast een schotel met allerlei kleine schoteltjes met verschillende gerechtjes zoals eitjes, groente, vlees, mie, kruiden, die je naar believen daar in kunt gooien. Lekker. Het wordt er snel drukker en mensen worden bij elkaar aan de toch al kleine tafeltjes gezet. Er ontstaat zelfs een wachtrij.
We hebben gisteren besloten om hier in Jianshui vanochtend wat tijd door te brengen in plaats van meteen naar Kunming te gaan en daar wat te gaan doen. De chauffeur en gids zijn daar helemaal blij mee.
We dwalen door de stad die langzaam tot leven komt. We bekijken winkeltjes en lopen door naar de oude poort. Die staat nu helemaal in de steigers waardoor de mannen met de vogelkooitjes naar het gras en de bomen zijn verbannen. In een oud straatje zitten oude mensen die wat goederen verhandelen. Even verderop is een markt met heel veel groente die er erg goed uit ziet.
We rijden naar Kunming over de snelweg in drie uur. Op de vluchtstroken lopen mensen en men verkoopt er mandarijnen. Ook wordt die vluchtstrook geveegd met een paar houten bezems.
Onderweg bezoeken we Xinmeng, een dorp waar Mongolen wonen die 750 jaar geleden uit Binnen-Mongolië zijn gekomen. Zij dragen nog steeds klederdracht en spreken een dialect. Beide zijn echter niet meer hetzelfde als in hun thuisland.
De lunch bestellen is niet altijd even makkelijk. Wij willen vaak combinaties zoals paddenstoelen met groente. Dat kan niet. Paddenstoelen horen bij varkensvlees. Hoe we het ook proberen, men wijkt daar niet van af. Meestal wijzen we maar één ingrediënt aan en dan moeten ze er maar wat van maken.
In Kunming nemen we afscheid van mr. Zen, onze chauffeur, die morgen alweer een andere klus heeft. In de buitenwijken van de stad worden enorme flatgebouwen gebouwen. Rij na rij. Wijk na wijk. Het blijkt dat ze allemaal leeg staan en dat de mensen ze kopen als investering.
We zitten weer in Green Lake View Hotel. We zetten de bagage in onze kamers en lopen langzaam richting het meer. Het stikt er van de meeuwen en mensen die ze aan het voeren zijn. Ook varen er van die bootjes waar Chinezen zo dol op zijn. Op verschillende plekken maken oude mannen muziek. Klinkt erg vrolijk. We drinken een biertje op een terras en zien een paar toeristen. Men spreekt hier ook wat Engels. Waar wij 's avonds gaan eten niet, maar ze hebben wel een plaatjesboek, zodat we gerechten kunnen aanwijzen. We bestellen o.a. eend, die erg vet blijkt.
Maandag 27 februariNaar Lijiang
We trekken onze fleecejassen aan, want we gaan ontbijten. We weten van de vorige keer nog hoe koud het daar was. Iedereen zit er met zijn jas aan te kleumen.
Als we naar de Yuangtong-tempel lopen, komen we weer door het Lake View Park. Hele lanen vol met roze bloeiende perzikbomen. Daar tussen door zijn veel mensen bezig met allerlei oefeningen. Prachtig gezicht. De tempel is nog in bedrijf; we zien echter geen monniken, maar alleen toeristen. Vooral Zuid-Koreanen die we meteen herkennen aan hun krulhaar en de grote zonnekleppen die ze dragen. We bekijken de verschillende hallen en de plaatsen waar kaarsen en wierook geofferd word en veel mensen steken wat aan; niet alleen de oude, maar ook de jonge.
Langzaam wandelen we terug naar het hotel, waar we om 12:30 uur opgewacht worden door Michael die ons naar het vliegveld brengt voor onze vlucht naar Lijiang. Die vertrekt om 15:05 uur. Er zijn geen files onderweg en binnen een half uur zijn we er. Bij de binnenlandse vluchten sluiten we aan bij de wachtende rijen. Onze vlucht blijkt gewijzigd, echter alleen het nummer; de rest is hetzelfde. Misschien zijn er twee vluchten samengevoegd. Het is niet zo'n nette rij en als er van balie veranderd moet worden, omdat 'onze' balie problemen heeft, wordt het een chaos. Gelukkig is Michael nog bij ons die ons kan vertellen wat er aan de hand is. Nu stapt Martijn met zijn lange benen snel over allerlei bagage, zodat we vrij vooraan komen te staan. Het wordt een lichtelijke puinhoop met (voor)dringende mensen. Even later moeten we weer een balie opschuiven en dan staan we ineens vrij vooraan. We dringen zelf een beetje en houden anderen achter ons. Dit is hier dé manier om aan de beurt te komen. We nemen afscheid van Michael en gaan door de incheckbalie.
Het is maar vijftig minuten vliegen en onze bagage is er erg snel. We worden door een auto met chauffeur naar Lijiang gebracht. Aan de rand van de oude stad laden we de bagage over in een kleine bakfiets. Gemotoriseerd verkeer is verboden in de kleine smalle straatjes. We zitten niet helemaal midden in het centrum, maar meer wat aan de rand in Zen Garden Hotel. We worden uiterst hartelijk ontvangen met thee en zoete hapjes. Men spreekt een paar woorden Engels. Een leuk, klein hotel helemaal in oude stijl met oog voor detail. Erg mooi.
We nemen een biertje mee voor op onze kamers boven en drinken dat voor de deur op het terras op. We kijken uit over de daken van het oude Lijiang. Het is zonnig met nogal wat wind, die niet al te warm is.
We zoeken dicht bij het hotel naar een eettentje. Er zijn talloze winkeltjes die allemaal hetzelfde verkopen. We zien een handvol westerse toeristen; de rest zijn Chinezen en een paar Naxi-vrouwen. We gaan eten bij een tentje, dat alleen Chinees eten verkoopt en kiezen wat uit het Engelstalige menu. Petra bestelt o.a. een glas witte wijn en krijgt een heel leuk klein kruikje. Alleen niet met wijn, maar met enorm sterke drank. We wisten wel, dat wijn hier voor alcohol staat, maar dit hadden we toch niet verwacht. We moeten blijkbaar echt 'bordeaux' bestellen. Het eten smaakt prima. We weten tot nu toe steeds gerechten te kiezen, die we nog niet eerder hebben gehad. Het is ook niet zo duur als we verwacht hadden: 115 yuan met z'n drieën.
We wandelen nog een stukje rond en zijn immens geschokt als we op de centrale markt aankomen. Hele hordes mensen; je kunt over de hoofden lopen. Alle huizen in de hoofdstraat zijn doorgebroken en zijn verbouwd tot grote cafés. Overal knetterende muziek, discolampen en Chinese toeristen. Afschuwelijk. We zijn hier twaalf jaar geleden geweest en dit deel is onherkenbaar veranderd. Hier zijn de prijzen een stuk hoger. We gaan een barretje binnen in het rustige deel, maar daar zijn de prijzen ook achterlijk hoog en de muziek staat zo hard, dat je elkaar amper kunt verstaan. We vertrekken weer en halen bij ons hotel wat bier. In onze hotelkamers horen we de muziek denderen tot daar om 23:30 uur abrupt een einde aan komt.
's Avonds koelt het erg af, we zitten op 2424 meter, en we zijn blij met de elektrische dekens.
Dinsdag 28 februariLijiang
We hebben vandaag een vrije dag ingepland en we gaan Lijiang bekijken. Na het lekkere ontbijt gaan we meteen op weg om de toeristen vóór te zijn. Op de markt zitten een paar Naxi-vrouwen en Martijn gaat er gezellig naast zitten. Er komen steeds meer vrouwen en even later gaan ze dansen. Er ontstaat een hele discussie over de pasjes en het duurt even voor ze het eens zijn. Niet al die (oude) vrouwen zijn even soepel. De oude mannen zijn van hun plaats op de markt verdreven, waarschijnlijk vinden ze het veel te druk geworden, en zitten nu net buiten de oude stad op een bankje. Mooie koppen met witte sikjes. We dwalen door de smalle straatjes, langs kleine stroompjes en zien steeds meer winkels met stoffen, armbanden, zilverwerk. We kunnen ons niet voorstellen, dat ze hier van kunnen leven. Regelmatig zien we besneeuwde toppen boven de huizen uitkomen. We komen bij de enorme markt waar alle goederen er goed uit zien.
's Middags houden we het rustig, zitten in de zon en lezen een boekje. Aan het eind van de dag lopen we het dorp in naar boven om over de daken van het oude Lijiang te kijken. Dat valt nog niet mee. Overal waar uitzicht is, staan hoge muren. Elke spleet tussen twee huizen is dicht gemetseld. Alleen vanaf terrassen van hotels kun je wat zien. Wij willen daar echter geen geld aan besteden (of je moet toegang betalen of een duur drankje drinken) en lopen naar beneden. Ergens staan wat poorten open en zien alsnog de daken met hun typische dakbedekking liggen.
We willen bij New Amsterdam wat gaan drinken, maar dat café is gesloten. We belanden bij een Tibetaan en drinken een fles witte wijn (echte wijn). Smaakt goed. Bij een Tibetaan bestellen we een fles witte wijn en krijgen Tibetaanse wijn. Een beetje vreemd, maar wel lekker (168 yuan).
Daarna gaan we ergens hotpotten. We bestellen een kleine pot met jak-bouillon en een paar extra schotels met paddenstoelen en groente. Erg lekker allemaal.
In de supermarkt kopen we anderhalve liter water, een grote fles bier, een klein flesje cola en een klein flesje sterke drank voor € 2,75, die we op de kamer op drinken.
Woensdag 29 februariLijiang, Naxi Sanduo-festival
We rijden vijftien kilometer naar het noorden voor het Sanduo-festival. Onderweg passeren we een hotel waar het complete personeel buiten netjes in rijen naar een (pep)talk staat te luisteren. We hebben al veel van zulke bijeenkomsten gezien; ook bij supermarkten gebeurt dit.
Het is vandaag bewolkt en er staat een frisse bries. Trui, fleece en windjack aan.
Het festival vindt plaats in de middle of nowhere op een open veld. Er ligt wel een soortement tapijt en vooraan staat een podium met veel rijen stoelen ervoor. De eerste rijen worden ingenomen door bobo's die achter tafels met een hapje en een drankje zitten. Daarachter zit het 'plebs'. Dat bestaat uit verschillende minderhedengroepen die vooral aan de hoofddeksels te herkennen zijn; zoals Dai (met zwarte kunstvlechten), Lisu (zwarte band met gekleurde kraaltjes voor de ogen), Naxi (zwarte banden met blauwe lappen), jonge Naxi (gele schorten), Dongba (met Boeddhistische kappen), (andere) Bai (gelaagde lapjes en een ronde zwarte cirkel op de wang van 5 cm).
Door verschillende groepen worden op het podium zang- en dansvoorstellingen gegeven. Soms onder begeleiding van een heel orkest. Heel mooi. Iedereen in de omgeving van Lijiang is een paar dagen vrij en dit festival is voor de Naxi het belangrijkste van het jaar (voorouderverering). Het is er druk. We kijken nog een poosje naar de voorstellingen en zijn benieuwd hoe lang dat doorgaat. Dat blijkt maar liefst drie dagen. Daar gaan we niet op wachten. We lopen naar de Yufeng Si (Jade Peak Monastry), een klooster dat een paar honderd meter verder en hoger ligt. Hier is het nog drukker. Veel drukker. Iedereen offert een paar staven wierook en werkt zich over de smalle trappen het klooster in.
Als we willen vertrekken, komen we in de bekende opstopping te zitten. Elke automobilist is zo eigenwijs en zet zijn auto dwars op de weg om zich ergens tussen te kunnen wringen. Dat het tegemoetkomende verkeer er dan niet langs kan, zal ze een zorg zijn. Maar dat is het eigenlijk wel, want zolang zij daar staan, kan helemaal niemand verder. Verderop blijken zowaar een paar agenten te staan die het verkeer proberen te regelen. Niemand wil echter achteruit rijden; dat is immers gezichtsverlies. Met behulp van die agenten duurt het 'slechts' drie kwartier voor we er uit zijn.
Tijdens de lunch valt er zowaar een klein buitje regen; het sneeuwt in de Jade Dragon Snow Mountain (Yulong Xueshan, zoals de Chinezen zeggen).
In Jihu bezoeken er het huis waar dr. Rock jarenlang gewoond en gewerkt heeft. Die heeft 24 jaar lang de mensen, de talen en de flora in Yunnan bestudeerd. Baisha bekijken we een broderiewerkplaats, waar ze hele mooie, zeer fijn geborduurde werken maken en verkopen. Vooral een stenen-leger-soldaat is erg mooi. We vinden hem echter te duur, zelfs als er de helft van de vraagprijs afgegaan is en kopen niets. Dicht bij het huis van dr. Ho (waar we heel even binnen zijn en meteen omdraaien) zitten oude mannetjes lekker te mahjongen. Heel ontspannen. Bij allerlei kraampjes langs de kant verkoopt men (te) veel oude spullen. Het valt ons op, dat elk kraampje dezelfde spullen heeft en niet weinig ook. We twijfelen steeds meer aan het 'oud'.
Donderdag 1 maartNaar Shaxi
Onze chauffeur die ons in twee dagen naar Dali zal rijden, is vroeg en heeft een blad papier bij zich met de naam Ria Post. Wij denken, dat de naam telefonisch is doorgegeven en dat men heeft aangenomen, (bijna geen enkele Chinees kan de letter R zeggen), dat Lia Ria moet zijn.
Vandaag zullen we tot Shaxi rijden over de oude weg van Lijiang naar Dali.
We stoppen bij een mooi uitzichtpunt op de Yulong en Haba Snow Mountains. Daarna rijden we in drie uur naar Shibaoshan, waar oude grotten te zien zijn. We kopen een kaartje voor 50 yuan p.p. en rijden vervolgens nog een heel stuk verder met de auto. Op 2500 meter beginnen we aan de ellenlange trappen naar beneden. Het gaat maar door. We bedenken ondertussen dat we straks al die trappen weer omhoog moeten. Het landschap is prachtig. Veel groen. We lopen de Shizhong-grotten voorbij, omdat er niets staat aangegeven. Nog een paar honderd treden verder omlaag tot we bij een brug over de rivier komen op 2411 meter. Aan de andere kant gaat het net zo hard omhoog. Uiteindelijk komen we bij een tempel van de eerste koning waar in een grot beelden zijn uitgehakt. Helaas op slot. De deuren staan wel iets open en met wat kunst en vliegwerk kunnen we wat foto's maken. We komen iemand van de organisatie tegen en die vertelt, dat de Shizhong-grotten veel mooier zijn en wijst ons de weg. Helemaal terug. Honderden trappen af en daarna weer op. De grotten zijn inderdaad mooi. Veel beeldhouwwerk en soms zie je heel vaag wat kleuren. Daarna weer alle trappen op naar de auto.
We denken dat we het gehad hebben, maar de chauffeur stopt bij de Boaxiang-tempel. 500 trappen omhoog en later ook weer naar beneden. Pfff. En wij zijn niet helemaal tot bovenaan geweest. Dit is een meer nieuwe tempel die her-/gebouwd wordt. Een deel is in de rotsen uitgehakt en er lopen bruggen van de ene naar de andere tempel. Ook is er een groot gouden Boeddhabeeld en een liggende Boeddha te bewonderen. Erg mooi. Er zitten veel apen en overal staan borden dat je die vooral niet moet voederen. We kennen ondertussen de Chinezen: ze weten het allemaal zelf beter en ze worden volop gevoederd. Eigenwijs!!!
In Shaxi logeren we in een eenvoudig hotel, volgens Henriette die onze reis geregeld heeft. Onze kamer is de meest luxueuze van deze hele reis. Een grote zitkamer, grote badkamer en een slaapkamer. Bovendien hebben we buiten een zitje, waar we tegen de avond lekker in de zon zitten.
Shaxi is een oude stad langs de oude thee- en zouthandelsroute. Er staan veel traditionele oude houten huizen, straatjes met oude klinkers. In het midden liggen brede stenen, daarnaast kleine keitjes die erg glad worden als het regent. Op het mooie dorpsplein staan een oude tempel en een 300 jaar oud theater. We wandelen wat rond, kopen een paar cakejes bij wijze van lunch en drinken een biertje bij River Inn. Veel te duur, blijkt achteraf. We waren van plan geweest om daar te gaan eten, maar dat doen we nu dus niet. We lopen wat verder het plaatsje in en zoeken naar een eettentje waar we binnen kunnen zitten. Het is veel te koud om buiten te eten. Dat valt nog niet mee. Bij de meeste tentjes is de voorkant open en dat vinden wij (de dames) te koud. Overal zitten mensen met jassen aan te eten. Dat is toch een rare gewoonte! Wij kunnen er maar niet aan wennen. Wij hebben nog nooit een vakantie gehad waar ze zoveel gegeten hebben met jassen aan. Uiteindelijk zien we er een met een kamer aan de achterkant. We lopen naar binnen en wijzen wat in de vitrine aan. De mevrouw begint Chinees tegen ons te praten en wij praten Nederlands terug. We wijzen nogmaals en gaan gewoon in de kamer zitten en wachten af wat we krijgen. Dat blijken drie schotels met hele lekkere gerechten, rijst en thee. En goedkoop: 36 yuan met z'n drieën.