Vrijdag 28 aprilLijiang
We gaan eerst naar de markt, die vol staat met kippen, groenten, mooie vrouwtjes.
Op de markt in de oude stad zien we een vrouw met een prachtige grote zwarte kap. Ze komt uit een bergdorp en is hier aan het winkelen. Heel apart.
In de oude stad kun je naar boven lopen waar je prachtig uitzicht hebt over de stad. We lopen daar naar toe waar we de Wan Gou Lou-pagode willen beklimmen. We weten alleen een vaag pad dwars door het bos, maar we komen er. We klimmen helemaal naar de top en kijken uit over de oude stad. We zien helaas niet de besneeuwde bergen. Als we teruggaan zien we een mooie trap die we naar beneden nemen. Hij houdt echter ergens op bij een gesloten poort. Dan maar weer dwars door het bos.
Ondertussen gaat het regenen en vinden we nog een markt. We besluiten dat het droog zal worden onder het eten. En jawel, even later schijnt de zon en wordt het goed warm, wat ook de rest van de middag zal blijven. We gaan nog een tijdje op ons plekje op de markt zitten en gaan dan siësta houden. Dan zien we ineens de besneeuwde, meer dan 5.500 meter hoge pieken van het Yulong-gebergte. Prachtig.
We doen inkopen voor de volgende dag: een hele dag bussen gevolgd door een nachttrein.
De fietsenverhuurder vereren we nogmaals met een bezoek, maar hij wil ons niets terugbetalen. Nou, dan niet en we houden de sleuteltjes voor ons plakboek.
's Avonds eten we weer lekker. Dit keer sweet and sour en pizza bij het Raggae-café. We blijven ons verbazen over de lage prijzen.
Zaterdag 29 aprilNachttrein naar Chengdu
Vroeg op. Een van de weinige keren deze reis. We vertrekken op tijd. Het eerste stuk is mooi. Veel bochtenwerk, rijstterrassen. Ook veel stro op de weg waar de bus overheen moet rijden. Dat scheelt de mensen werk. Maar of het nou zo fris is. Langzamerhand wordt het warmer. We hebben wat broodjes gekocht, een soort cinnamon-rol, voor onderweg. Lekker.
Het laatste stuk rijden we door een vies industriegebied. De dorpjes en steden waar we langs komen, zien er vies en somber uit. De lucht is er ook smerig. Om 16:00 uur bereiken we het treinstation in Jinjiang. Jacqueline heeft een reservering voor de trein van 18:27 uur. Ze is nu achter de tickets aan. Hopelijk lukt dat. Wij kopen ondertussen bakjes met mie en frisdrank. We wachten in de wachtruimte. Het is hier een vreselijke klerezooi op de grond. Iedereen gooit alles gewoon neer. Er wordt ook weer volop gerocheld. We wennen hier wel langzamerhand aan. De trein van 18:27 uur is verzet naar 19:24 uur. Als om 18:45 uur iets wordt omgeroepen, raken alle Chinezen in paniek en rennen naar de toegangspoort. Ze klimmen over stoeltjes en wringen en duwen om maar vooraan te staan. Er zijn genummerde plaatsbewijzen, maar voor de hard seats worden er meer verkocht dan dat er plaatsen zijn. Dus wordt het voor hen hollen. Wij hebben hard sleapers. Er staat een grote thermosfles met warm water en we gaan meteen mie eten. We gooien alle kruidenzakjes erin en water. Ze zijn lekker, maar wel erg pittig. We slapen redelijk. Martijn ligt in het bovenste bed (er zijn er aan beide kanten drie boven elkaar), zodat hij zijn benen uit kan strekken. Alle Chinezen lopen onder zijn voeten door. Het licht en de muziek gaan om 23:00 uur uit. De trein stopt 's nachts regelmatig.
Zondag 30 aprilChengdu
De dag begint met consternatie. Wim heeft zijn bril op het kleine afvalblad gelegd, zodat hij niet van het tafeltje zou rollen. Ook de sigaretten van Gerda liggen erbij. Helaas is 's avonds dat bakje leeg gemaakt. Bril weg. Hij heeft wel een reservebril, maar blij is hij niet. Omdat bij de bril ook een grote (lege) fles brandy ligt, wil Carlo op zoek gaan in de afvalcontainer. Snel vindt hij de fles en jawel, vlak in de buurt ligt de bril.
Langzamerhand ontwaakt ook de rest van trein. Een zacht muziekje klinkt er en de eerste mensen zitten alweer rochelend achter de mie.
We komen om 10:00 uur aan in Chengdu. Het is hier afgelopen met het Engels en westerse toeristen. Voor de Culturele Revolutie was Chengdu beroemd om zijn 'uitgaansleven' in de theehuizen, waar men onder het genot van een kopje thee vertier zocht met schaken en mahjong spelen. Tijdens de Culturele Revolutie werden de theehuizen gesloten, maar de oude traditie is weer in ere hersteld.
Na een douche wandelen we de stad in. We gaan eerst ergens eten. Rijst met sweet and sour varkensvlees en rijst met een onbestendig prutje. Inclusief bier: ƒ 1,80 p.p.
We wandelen verder door een nog oud deel van Chengdu. Er is hier een markt, waar ze slang, schildpad, inktvis, hond, kikker e.d. verkopen. We kijken onze ogen uit. Ook de vele fietsers hebben onze aandacht. We zien ook weer rijen flats met van die dicht getraliede balkons. Het ziet er niet uit. Alle oude buurtjes worden platgegooid en in hoog tempo vervangen door lelijke flats. Zonde.
Uiteindelijk komen we uit bij het boeddhistische Wenshu klooster. Erg druk. Veel mensen met kaarsen en wierook. Er is een beeld van witte jade uit Myanmar te zien. Het herbergt het grootste theehuis van de stad en het is er volgens het boek altijd vol. Nu ook. We slenteren door de verschillende zalen en parken.
Hierna willen we ergens een biertje gaan drinken, maar dat kennen ze niet. Je gaat naar het theehuis voor thee en naar een restaurant om te eten. Aangezien een theehuis geen bier verkoopt, gaan we naar een restaurant. We leggen uit dat we alleen bier willen en geen eten. Ze vinden ons erg raar, maar we krijgen wat we willen. We krijgen er zelfs een schaaltje pinda's van het huis bij. Die eten we op met stokjes.
Met Carlo en Gerda eten we in Chengdu Restaurant. Van buiten ziet het er chique uit, van binnen valt het mee. De prijs in ieder geval. We bestellen vijf verschillende schotels die op het grote ronde plateau komen te staan. Vooral de vis heeft een heerlijke saus. Met de stokjes zit iedereen lekker te peuzelen.
Maandag 1 meiNaar Xi'an
We hebben nog twee bakjes mie over en willen die opeten. Het water is echter lauw en Lia gaat op zoek naar warm water: meo. Niet dus. Daarom gaat ze wat broodjes en cake kopen en zetten we een kopje thee.Met een busje gaan we naar het Wolong-pandareservaat. Sichuan is het leefgebied van de panda's, hoewel er niet veel meer van over is. In China leven er nog maar zo'n honderdvijftig in het wild. Buiten China is er nog een aantal in dierentuinen, maar dat wordt steeds minder. Ze eten alleen speciaal bamboe. En waarschijnlijk gedijen ze gewoon niet goed. In Sikkim schijnen nog wat rode panda's in het wild te leven.
Wat zijn ze leuk! Ze zijn erg actief: kauwen op een appel waar ze verbazend lang over doen en eten bamboe. Ze liggen er al etend erg lui bij. De eerste die we zien, zijn de reuzenpanda's. Hierna gaan we naar een kleiner soort. Deze zijn zwart met wit en bruin. Ze liggen lekker in de bomen. Even laten zien we een reuzenpanda met een tweeling. Wat een schatjes. Ze zijn slecht zes maanden oud. Ze zijn erg speels en lopen steeds achter elkaar aan. Ook klimmen ze in bomen, waar ze dan even vrolijk weer uitzakken. Boven op elkaar. Ze zijn nog erg onhandig en klungelig. Heel leuk. Als een panda wordt geboren (een of twee tegelijk), zijn ze niet groter dan een hand en kaal.
Tussen de middag bestellen we met Gerda en Carlo drie porties momo's, twee porties groente met vlees, dat we op een andere tafel zien staan en drie flessen bier. We krijgen zes porties momo's, waarvan we er een terug geven. De rest gaat wel goed en gaat helemaal op.
Met de vliegtuigbus worden we naar het vliegveld gebracht waar de vlucht naar Xi'an om 15:20 uur staat gepland. Met de openbare bus rijden we naar Xi'an en hier gaan we verder met drie taxi's naar het hotel. De chauffeur van Martijn z'n taxi vergeet de weg en het hotel en ze maken een sightseeing toer. Na een half uur komen ze eindelijk opdagen.
Dinsdag 2 meiXi'an
Xi'an is een historische stad. Het was meer dan duizend jaar de hoofdstad van elf keizerlijke dynastieën en van de zevende tot de tiende eeuw (Tang-dynastie) de grootste stad ter wereld met ongeveer 2 miljoen inwoners.
De stad was het beginpunt van de beroemde zijderoute waarlangs goederen per karavaan tussen China en het westen vervoerd en verhandeld werden. In die tijd was de stad omgeven door een vijfendertig kilometer lange muur met daarin dertien stadspoorten.
Vanwege 1 mei heeft heel China een week vrij. Zo hebben ze meteen tijd om geld uit te geven. Het is dan ook druk, druk, druk. Onvoorstelbaar druk. Op de voorpagina van de plaatselijke krant staat zelfs een foto van het treinstation, waar het een enorme grote puinhoop is geweest. Iedereen wilde met de trein mee en kroop en klom over elkaar heen om maar een stoel te bemachtigen.
We willen dichtbij het hotel de openbare bus nemen naar het Stenen Leger. Het hele busstation is afgeladen vol, maar geen bus dus. We proberen een busje te huren, maar er is niets te krijgen. Ook de taxi's willen niet rijden, want die komen alleen maar in een file te staan. En dan verdienen ze niets, want de prijs gaat per kilometer. Jacqueline zal proberen voor morgen iets te regelen. We zullen het wel horen.
Vandaag gaan we met z'n vijven de stad in. We lopen naar de beltoren, zo'n vijftig minuten. Onderweg is er veel te zien. Vanaf de beltoren hebben we mooi uitzicht. Het is vandaag blauw. 's Middags helder warm, windstil. Lekker dagje dus.
In de Zhong Lou, de klokkentoren, is een klein optreden van een muziekgroepje. Leuk. Van de toren heb je mooi zicht op het verkeer. Een grote chaos is het. Fietsers en voetgangers zijn vogelvrij. Als een auto linksaf wil, doet hij dat gewoon. Niks uitkijken, gewoon je auto voor de aanrijdende stroom zetten. Het werkt wel. Vaak is het millimeter werk.
Hierna willen we wat gaan drinken. Het terras dat we zien, zit echter helemaal vol. Maar boven is ook nog een terras en dat is helemaal leeg. Het zal wel aan de prijzen liggen. Op tafel staat een Chinese kaart en even later krijgen we een Engelse. Het valt ons op dat de prijzen niet overeen komen en gaan op de Chinese kaart op zoek naar cola en bier. Het is moeilijk vooral omdat de kaart handgeschreven is. We vinden het wel en de cola op de Chinese kaart kost 8 yuan en op de Engelse 15.
Vanaf dit punt tot het einde van de vakantie is het mis. Iedereen probeert je van alle kanten te belazeren. Als je vooraf niet vraagt wat je eten of drinken kost, wordt er veel te veel berekend. Ze proberen je jiao's terug te geven in plaats van yuans. Bij de wc's willen ze helemaal geen wisselgeld geven. Betaal je met 5 jiao moet je echt zeuren voor het wisselgeld. Ook toegangskaartjes proberen ze voor meer te verkopen, terwijl de prijs er op staat. We maken er een sport van om de juiste prijzen betaald te krijgen. We betalen voor een cola nooit meer dan 3 yuan.
We gaan de moslimwijk in waar het wat minder druk is. Het is een wirwar van smalle straatjes rondom de Grote, in Chinese stijl gebouwde, Moskee. Veel eet- en souvenirstalletjes. De Chinezen zijn aan het winkelen in de gewone winkels, niet op de markt. We wandelen er rustig rond en iedereen klampt ons aan om wat te verkopen. We eten een soort dubbele pannenkoek met groenten ertussen. Lekker. Hierna wandelen we naar de stadsmuur. Bij de ingang wordt een briefje van vijftig niet geaccepteerd. Ze zeggen dat hij vals is. Terwijl hij alleen maar oud, vies en gescheurd is. Als Martijn boven een T-shirt koopt, is dat briefje dan ook geen probleem.
We willen met een fietstaxi terug naar het hotel, maar die doen dat niet. Waarschijnlijk mogen ze de wijk niet uit. We nemen een taxi met een meter. Op elke taxi staat op de achterruit de kilometerprijs: kleine taxi's zijn goedkoper dan grote. Voor 5,60 yuan zijn we terug in het hotel. Voor we gaan douchen, nemen we een koud biertje in de bar.'s Avonds gaan we met z'n vijven fonduen op de markt. Lekker buiten. Het is nog warm genoeg zonder trui. Het is geweldig. In het midden van de tafel zit een gat waar een grote pan met bouillon in wordt gezet. Onze pan heeft alleen een milde soort bouillon. Aan andere tafels zit er in de pan een schot en is er een hetere bouillon bij. Er worden twee soorten sausjes bij geserveerd: een hete en een wat mildere. Ook staat er weer een aantal wc-rollen. Toch wel handig. Wij zitten daar op kleine, lage krukjes omheen. Er is een kraampje met allerlei satéstokjes die 2 jiao per stuk kosten. Aan elke stokje zit een aantal stukjes; hoe duurder iets is, hoe kleiner de stukjes. We krijgen een plastic mandje en dat vullen we met verschillende soorten vlees, worst, vis, krab, groenten, paddestoelen en wat ondefinieerbare dingen. Ook nemen we een schotel met vleesrolletjes. Telkens gooien we een hoop van die stokjes in de pan en alles is snel klaar. We genieten er op ons gemak van. De Chinezen zijn binnen een mum van tijd klaar. De tafel naast ons wordt drie keer bezet. Wij doen er lekker de hele avond over. We laden het mandje nog eens vol en bestellen nieuwe flessen koud bier. Gelukkig is aan de overkant een openbare wc, zodat we af en toe wat bier kunnen lozen. Aan het eind wordt er bij het afrekenen het aantal stokjes geteld. Wij hebben er honderdzes. Kosten incl. (veel) bier: 100 yuan (ƒ 6 p.p.).