Costa Rica
1 t/m 27 november 1995
COSTA RICA is de enige goed functionerende democratie in Centraal-Amerika. Het is politiek stabiel, heeft een relatief hoge levensstandaard en een redelijk goede infrastructuur. Het heeft een zeer vooruitstrevend natuurbeschermingsbeleid met een uitgebreid net van nationale parken. Daarnaast heeft Costa Rica een positief imago vanwege de afschaffing van het leger. De export van bananen en koffie, het toerisme en de (goed bestede) ontwikkelingshulp zorgen voor een redelijk welvaartsniveau. Dit land kent niet de enorme tegenstellingen tussen rijk en arm, die kenmerkend zijn voor andere landen in Latijns-Amerika.
Costa Rica is qua oppervlakte iets groter dan Nederland en telt ongeveer drie miljoen inwoners. De bevolking bestaat uit blanken (95%), negers en mulatten (2%), indianen en mestiezen (1%).
Woensdag 1 novemberNaar San José
We hebben lekker lang vakantie en maakten hiervoor een rondreis door de Verenigde Staten. Beide reizen zijn door Baobab georganiseerd. Vlucht: zie Verenigde Staten.
Na de landing zoeken we onze koffers op (hoera, ze zijn er), wisselen wat dollars tegen colones ($ 100 = C 18.000 = ƒ 180). Met de taxi (pingelen) rijden we naar het hotel El Doral, waar we Jan Centen, de reisleider, ontmoeten. Na een korte kennismaking maken we een afspraak voor morgen en gaan we op onze kamer naar voetballen kijken. Dat hebben we in de Verenigde Staten wel gemist. Daar hoor je helemaal geen nieuws van buiten de VS.
Donderdag 2 novemberSan José
Na het ontbijt spreken we even met Jan. We hebben niet veel vragen; hij zegt alleen, dat we eigenlijk een muskietennet nodig hebben. We gaan daarom maar op zoek naar zo'n ding, want dat hebben we natuurlijk niet. We krijgen het adres van een tropenzaak, maar die verkopen ze niet. In heel de stad trouwens niet. Dat maken ze ons duidelijk bij het Informatiecentrum. Daarom kopen we 's middags een extra pakje muskietenkooltjes en hopen maar dat dat afdoende zal zijn.
We slenteren de stad wat rond. Het is even wennen aan het verkeer: de voetganger is hier vogelvrij, dus goed opletten met oversteken. Je moet ook dringen om ergens bij te komen; beleefd is anders.
Het begint om een uur of twaalf echter te regenen, steeds harder, zodat we besluiten om met een lekker warm broodje terug te gaan naar het hotel. Hier schrijven we alle nog te versturen kaarten en maken een pak van alle spullen die we achter kunnen laten. Later wordt het weer droog en gaan we de kaarten posten, kopen we een paar cerveza's en lezen een boekje in het hotel in afwachting van de groep die gaat komen.
Om 19:15 uur is beneden afgesproken en maken we kennis met zes anderen (een vrouw, vijf mannen); een man zou pas morgen komen, zodat we totaal met negen zullen zijn. Met z'n allen gaan we naar een cafeetje aan de overkant een paar biertjes drinken. Goed negen uur houdt iedereen het voor gezien.
Vrijdag 3 novemberVulkaan Poás
Ontbijt om 7:30 uur en goed 8:00 uur vertrekken we met de bus naar de vulkaan Poás, ten noorden van San José. anderhalf uur doen we er over. Het is een actieve vulkaan op 2.700 meter hoogte. Men verwacht dat hij deze eeuw nog uit zal barsten (een cyclus van veertig jaar en het waterpeil van het meer zakt). Het is het oudste nationale park van Costa Rica.Er is geringe activiteit van gas dat ontsnapt. We hebben mooi helder weer, maar soms zien we helemaal niets vanwege de laaghangende wolken. We maken een wandelingetje naar een tweede krater, die alweer begroeid is en ook een meer bevat. Er zitten veel eekhoorns en met wat moeite zie je enige kolibries. Op de terugweg stoppen we bij een waterval, waar mooie bloemen en koffieplanten staan. Er vliegen vrij grote vlinders rond.
Terug in San José gaan we naar de bank om cheques te wisselen. We redden het net binnen het uur, wat vrij snel is, horen we later. Het gaat er allemaal langzaam en bewerkelijk aan toe.
Na een broodje gaan we op zoek naar een volgend adres voor muskietennetten. Dat vinden we vrij snel (we hebben zowaar keus) en voor ƒ 22,50 kopen we een tweepersoons. We zijn trouwens de enige niet: nog drie anderen van de groep hebben er ook geen.
Ondertussen begint het weer te regenen en we hebben niets bij ons. Stom natuurlijk. We zijn dicht bij de overdekte markt en kijken daar wat rond. Later op de middag kopen we met veel moeite een zakmes. Terug op de hotelkamer pakken we alles weer uit- en in, want we nemen maar spullen voor drie dagen mee. De rest gaat met de chauffeur mee naar huis.
's Avonds eten we met z'n allen in een restaurant waar je tegen betaling muzikanten bij je tafel kunt laten spelen. Ze komen het vijf keer vragen (verschillende mensen).
Zaterdag 4 novemberNaar Tortuguero N.P.
We maken kennis met het laatste lid van de groep, dat de vorige avond laat is aangekomen.
Om 7:00 uur vertrekken we met de bus naar het oosten. Onderweg drinken we een keer koffie (thee is er niet). Na zo'n drieënhalf uur komen we in Limón aan, een havenplaats aan de Caribische kust. Hier kijken we even rond en rijden dan door naar Moín, waar de boot al ligt te wachten. Daarmee varen we door de kanalen naar Tortuguero N.P. toe. Vanuit de boot hebben we mooi uitzicht op het dierenleven in de bomen langs de oevers. We zien erg veel vogels (mooie gele en rode), een aalscholver, een krokodil die snel het water inschiet, een luiaard ondersteboven in een boom (die komen slechts eenmaal per week naar beneden voor de ontlasting die ze bij dezelfde boom deponeren), vier kleine vleermuizen onder elkaar aan een boom, brulapen, slingerapen, grote blauwe vlinders, veel verschillende kleurige bloemen. Onderweg stoppen we om een hapje te eten (vlees met rijst, bonen, salade en banaan, lekker). Om 16:00 uur precies komen we bij Tropicale Lodge in de buurt van Tortuguero. We slapen in eenvoudige cabina's, die op palen staan. Voor we naar bed gaan, moeten we eerst kijken of er geen schorpioenen of spinnen in ons bed zitten. We hangen het muskietennet op, Lia gaat douchen en Martijn ligt ondertussen in een hangmat een koud biertje te drinken. Het ziet er allemaal leuk uit.
's Avonds doen we niet veel. We eten goed en slapen onder het muskietennet.
Zondag 5 novemberTortuguero N.P.
De hele nacht heeft het geregend, soms zacht, soms hard. We willen om 8:30 uur weg om de Cerro Tortuguero, een oude vulkaankegel, te gaan beklimmen. Een tocht van zo'n half uurtje omhoog. Het is droog. Er is ons verteld, dat we het beste een korte broek aan kunnen doen, want we zullen vies worden. En dat worden we ook! Het is een smal pad, vrij steil omhoog en erg glibberig. Bij iedere stap zak je in de modder weg: baodrab! Het is vaak zoeken naar een plek om je voet neer te zetten. Martijn is een keer uitgegleden en is verschrikkelijk vies. Op de top (een goeie honderd meter) heb je uitzicht over de zee en het kustgebied. Je ziet zo mooi hoe de kanalen door het land kruisen. Wegen zijn er niet. Halverwege de terugweg begint het te plenzen. Het maakt eigenlijk niet uit. We zijn al doorweekt van de vochtige lucht en de inspanning. Het wordt slechts een beetje erger door de regen. Iedereen wordt doodgestoken door de muskieten. Die steken gewoon door je kleren heen. We gaan eerst naar het hotel om te douchen en droge kleren aan te trekken en vervolgens kijken we wat in het dorp Tortuguero wat rond: eigenlijk niets te beleven.Na de lunch regent het niet meer en het zal de hele middag droog blijven.
Met de boot maken we een tocht van twee uur naar Caño Palma, een van de mooiste smalle kanalen in dit gebied. Tijdens deze tocht zien we veel vogels: reigers, witte en een bonte soort, een grote toekan, gieren, gele 'kanaries', grote, dunne spinnen en verschillende schildpadden, een groene leguaan (een Jezus Christ, zo genoemd vanwege het feit dat hij over water kan lopen) en een paar kaaimannen. Een is enorm groot. Bijna zo'n twee meter, wat wel het maximale is voor een kaaiman.
We stoppen nog even bij een ecologisch centrum. We zien ook veel mooie bloemen; bloemen die bij ons niet voorkomen of alleen veel kleiner in de vensterbank. Al bij al een mooie dag en veel vogels en beesten gezien. Terug bij de lodge zien we een vrij grote vogel met een witte buik, oranje poten, ogen en snavel. Mooi.
's Avonds (19:30 uur) maken we een nachttoer, maar die valt tegen. We zien slechts enkele vogels en ogen van kaaimannen.
Maandag 6 novemberTortuguero N.P.
Om 6:45 uur vertrekken we voor een kanotocht. In Tortuguero stappen we over in twee kano's en beginnen we te peddelen. Het begint gelijk te plenzen. Af en toe zou het droog worden, af en toe gieten. We zien veel jacana's, blauwe reigers, zwarte en groene ibissen, veel toekans (er zitten hier drie soorten die we allemaal gezien hebben), een aap en rode gifkikkers. Dat zijn hele kleine kikkertjes die als je ze oppakt in je hand moet schudden, omdat ze dan niet bijten. Daar zijn ze dan te misselijk voor. Grappig.
We lopen nog een stuk door het regenwoud, waar we worden doodgestoken door de muskieten. Tegen halftwaalf zijn we terug bij de logde. Daar zien we vier zeldzame grote groene ara's overvliegen. Er schijnen nog maar dertig paren over te zijn in Costa Rica. 's Middags luieren we in de tuin van de lodge. Er staat een soort vlinderboom, waar de vlinders vrij eenvoudig blijven zitten. Bij een boom gaan we allemaal op een rijtje zitten, omdat dat daar enorm veel toekans in zitten. Die komen allemaal op de bessen af. Prachtig gezicht. Soms zie je er wel vijf tegelijk. 's Middags schijnt de zon, zodat de was van gisteren kan drogen.
's Avonds spelen we een aantal potjes hartenjagen.
Dinsdag 7 novemberNaar La Fortuna
We zitten om 7:00 uur alweer in de boot die ons terug naar de bus zal brengen. Het weer ziet er goed uit, maar zoals dat hier kan gebeuren, slaat het snel om en worden we verrast op een ware hoosbui. Iedereen neemt een bootcape en is na afloop toch goed nat. Lia is zo verstandig haar eigen regencape te nemen en blijft droog.
Onderweg zien we verscheidene apen en bij de koffiestop een neusbeertje (tam) en een slingeraapbaby, waarvan de moeder doodgeschoten is.
Om 11:00 uur vertrekken we met een andere, ruimere bus naar La Fortuna, waar we om 16:30 uur aan komen. Een rit van tweehonderd kilometer. Gelukkig regent het niet, anders had het veel langer geduurd. Onderweg hebben we uitzicht op de vulkaan Poás, waar we eerder geweest zijn.
In het hotel Las Colinas zit een elektrische douche. 's Avonds eten we in een mooi restaurant met een groot rieten puntdak.