Caraïben: Sint Maarten / Saint Martin – Saba – Sint Eustatius – Saint Kitts & Nevis – Antigua & Barbuda – Dominica – Martinique

24 januari t/m 25 februari 2015

Alle eilanden in de Caribische Zee worden tot de CARAÏBEN (ook Antillen genaamd) gerekend, met uitzondering van de Bahama's. De Antillen worden onderverdeeld in Grote Antillen en Kleine Antillen. De Kleine Antillen worden op hun beurt onderverdeeld in Bovenwindse en Benedenwindse Eilanden. Verwarrend hierbij is dat in het Nederlands de zogeheten SSS-eilanden als Bovenwindse Eilanden en de ABC-eilanden als Benedenwindse Eilanden worden beschouwd, terwijl in het Engels deze begrippen precies andersom worden gebruikt.
SINT MAARTEN is een land binnen het Koninkrijk der Nederlanden.
SABA en SINT EUSTATIUS zijn bijzonderde gemeenten van Nederland.
SAINT KITTS & NEVIS, ANTIGUA & BARBUDA en DOMINICA zijn onafhankelijke eilandstaten en behoren alle drie tot het Britse Gemenebest.
SAINT MARTIN en MARTINIQUE zijn overzeese gebieden van Frankrijk.

Falmouth Harbour - Antigua, Caraïben

Route in de Caraïben.

Zaterdag 24 januariNaar Schiphol
Morgenvroeg om 9:40 uur vertrekt het vliegtuig naar Sint Maarten. Dat houdt in, dat we om 5:00 uur op zouden moeten, vervolgens naar het station zouden moeten lopen (rond die tijd rijden er nog geen bussen) en dan met de trein naar Schiphol. Daarom hebben we besloten om een dag eerder te vertrekken en hebben we hotel CitizenM geboekt, dat op enkele minuten loopafstand van de incheckbalie ligt. Gezien het weer van vanochtend en het feit, dat er tot het middaguur geen treinen reden, vinden we dit wel zo relaxed.
Het hotel heeft kleine, maar grappige kamers. De douche en wc zijn met grote ronde schuifdeuren af te sluiten en er is een tablet waarmee we alles kunnen regelen: de gordijnen, de televisie, de kleuren en de felheid van de lampen. Erg leuk. Omdat we een gratis drankje krijgen, besluiten we hier in de bar te gaan zitten. Op het grote televisiescherm aan de achterkant van het bed kijken we op onze kamer naar Studio Sport, voordat we gaan slapen.

Zondag 25 januariNaar Sint Maarten/Saint Martin
Vandaag vertrekken we dus echt. Als we een volgende keer weer vroeg vertrekken, boeken we weer hier een hotel. Dit is ons erg goed bevallen.
Op de valreep kopen we bij de Hema op Schiphol twee zakken stroopwafels voor Sandra en Marc Antoine Thevenet, twee Fransen die Martijn van het Joomla-vertaalteam kent (alleen via Skype) en die op het eiland wonen.
In een paar minuten zijn we bij de incheckbalie. We leveren onze rugzakken af, gaan naar de gate. We zitten bijna achteraan in een groot vliegtuig waar ruim 400 mensen in kunnen. Het zit vol. De meeste mensen zullen echter doorvliegen naar Curaçao. Naar Sint Maarten is het acht uur vliegen en alles gaat volgens planning. Het is hier vijf uur vroeger dan in Nederland. Het is 28° buiten, zoals elke dag hier. Er staat wel een lekker windje. 's Zomers staat er geen wind en dan is het pas echt warm. De enige variëteit in het weer is de mate van bewolking en de, in deze tijd van het jaar, weinige neerslag. Dat zal hier het praatje dus niet worden.
Sint Maarten en Saint Martin delen het eiland. Sint Maarten is het kleinst met 34 km², het Franse deel meet 53 km². Alle internationale vliegtuigen landen op het Nederlandse deel. Op het Franse deel is een klein vliegveld voor sportvliegtuigjes. Op het vliegveld staat een gehuurde auto klaar, een kleine, witte Hyundai. We hebben geen internationaal rijbewijs hier nodig en de regels zijn hetzelfde als bij ons. Wel handig. Men praat ook gewoon Nederlands. Dat blijft toch wel een beetje vreemd: zo ver weg en zo'n andere cultuur en dan Nederlands praten.
We rijden naar Grand-Case wat op het Franse deel ligt. De afstanden zijn minimaal. Voor we er erg in hebben, zijn we de 'grens' gepasseerd. Omdat we er op bedacht waren, zagen we langs de kant van de weg een bord, dat we in Frankrijk waren. We hadden het bijna gemist. In Hotel Hevea hebben we een ruime kamer van ongeveer zes bij zes meter. Het ziet er gezellig uit en buiten zijn allemaal zitjes. Lekker voor 's avonds.
We sturen Sandra en Marc Antoine een berichtje, dat wij zijn aangekomen en maken een afspraak voor morgen. We zullen Joomla-T-shirts dragen, zodat we elkaar zullen herkennen.
Grand-Case - Saint Martin, CaraïbenWe lopen het dorp in. Langzaam wandelen we langs terrasjes en restaurantjes. Het dorp ligt pal aan zee en veel uitbaters hebben terrassen aan het water. Het water is groen en ziet er helder uit en er liggen verschillende bootjes. Aan het strand is het niet druk. Sommige restaurantjes zijn al redelijk bezet met etende mensen. Het is drie uur 's middags.
Het dorp is niet groot en binnen het uur hebben we het meeste wel gezien. Bij de supermarkt kopen we wat te drinken en gaan daarna terug naar het hotel.
Tegen vijven gaan we een biertje drinken. Omdat we voor morgen bij Calmos Café hebben afgesproken, gaan we daar nu ook naar toe, omdat eilandbewoners wel zullen weten waar ze moeten zijn. Het is een gezellige tent aan het water. Er staan picknicktafels op verschillende verdiepingen, allemaal buiten, en overal ligt zand op de vloer. Pal aan de waterkant staan ligstoelen en er is een vlonder boven zee met daarop ook tafels. Het is er vrij druk, maar de meeste mensen blijven niet lang zitten. Ze nemen een drankje en wat tapas en gaan dan weer. De lege plaatsen worden snel weer ingenomen. Qua bier kunnen we kiezen uit Heineken of Presidente. En ze hebben ook Carib-bier, dat je met een schijfje citroen drinkt, een soort Corona. Ze zijn even duur, maar het Heinekenflesje is kleiner. Om 19:00 uur begint een bandje lekkere muziek te spelen. De zon gaat langzaam onder achter de bergen. Gezellig.
Voor de kust ligt een Friese tweemaster. Aan boord zitten een hoop trainees die tegelijkertijd bij ons in het vliegtuig zaten. De Friese vlag met de pompeblêden hangt fier in top.
Er zijn veel restaurants van allerlei klasse. Van goedkoop tot duur. Wij kiezen voor Lolo, wat wij de markteettent noemen. Ook hier weer picknicktafels; sommige langs de kant van de weg. De bediening is aardig, het eten lekker en goedkoop en het bier is ook niet duur. Gewoon lekker buiten zitten zonder jas. Wat wil een mens nog meer. Men eet hier niet zo laat. Het drukst is het tussen 19:00 en 19:30 uur. We verbazen ons weer over de (soms hele) dikke konten van de vrouwen. Niet iedereen heeft die, maar de meeste wel.
Terug bij het hotel, gaan we nog even buiten zitten om zo laat mogelijk naar bed te gaan. Om 21:30 uur gaan we slapen. Het is dan al 2:30 uur in Nederland en zodra ons hoofd het kussen raakt, zijn we weg.

Maandag 26 januariSint Maarten/Saint Martin
We nemen de auto en gaan over het eiland toeren. Het eiland is maar klein dus de afstanden zijn het niet. Maar zonder auto kom je nergens, hoewel er wel een bus rijdt tussen de grotere plaatsen. Of je zou die enorme limousine moeten huren die we hier in het dorp zien staan.
We rijden eerst naar Cul-de-Sac waar de ferry naar Ilet Pinel vertrekt. Daar zou je mooi kunnen snorkelen. We gaan vandaag niet mee, maar een van de komende dagen. We gaan op een bankje zitten en kijken naar alle mensen die wel vertrekken. Daarna bezoeken we allerlei standjes: Anse Marcel, Baie Orientale, Le Galion, Coralita Beach. Op veel plaatsen staan enorme resorts of grote hotels. Lelijke plekken in het mooie groene landschap. De wegen naar het strand zijn daardoor afgesneden en kun je er alleen lopend komen. En er worden nog steeds meer resorts gebouwd. Mooi zijn de grote vlinders met knalrode vleugels die op gele bloemen zitten. Twee grote leguanen steken de weg over waardoor we even moeten wachten. De een is knalgroen, de ander bruinrood. Prachtig.
Ongemerkt komen we weer in het Nederlandse deel en we rijden naar Philipsburg, de Nederlandse hoofdstad. We hebben moeite om een parkeerplekje te vinden en later horen we, dat er meer auto's dan mensen in het land zijn, wat door alle huurauto's voor de toeristen komt.
In Quartier d'Orléans hebben we wat euro's gepind, op het Franse deel de gangbare munt, in Philipsburg halen we Amerikaanse dollars. Dat ze hier geen euro's hanteren komt door de vele gigantische cruiseboten waar heel veel Amerikanen op zitten. Er is geen beginnen aan om die allemaal hun dollars om te laten wisselen voor euro's. Momenteel liggen er vier boten, maar soms zijn het er zes. De mensen spenderen hier een dagje en varen dan weer verder. Er zijn veel belastingvrije winkels en eettentjes. Een boulevard scheidt de grote, hoge hotels en het strand. In de straten achter de boulevard liggen de oudere, houten huizen. Eigenlijk is dat een veel gezelligere buurt.
We worden, uiteraard, in het Engels aangesproken, maar antwoorden in het Nederlands. Dat spreekt men ook en een man wil ons met een bier op het terras zetten. Als wij zeggen, dat we niet met drank op mogen rijden, zegt hij: 'hier wel'. Dat wordt onze standaard uitdrukking. We zien mensen al telefonerend autorijden: hier mag dat. We zien jongeren alcohol drinken: hier mag dat.
Grand-Case - Saint Martin, CaraïbenWe rijden terug naar Grand-Case. Het is erg druk op de weg en soms zitten we zelfs in een file. Veel auto's hebben geen remlichten en lang niet iedereen geeft richting aan. De meeste rijden niet hard en bij files laten ze snel andere auto's er door.
Bij Calmos Café is het vandaag een stuk rustiger. Het weekend is altijd drukker, zegt Sandra Thevenet die we daar ontmoeten. We hebben het mooie zitje boven het water ingenomen. Martijn en Sandra dragen hetzelfde shirtje wat de herkenning gemakkelijk maakt. Wel erg grappig, zo'n afspraak met iemand die je alleen van Skype kent. We zitten een tijdje te kletsen en overhandigen haar de door ons in Nederland gekochte stroopwafels. Bij Joomla-gebruikers is het namelijk de gewoonte als je naar een buitenlandse conferentie gaat om stroopwafels mee te nemen. We laten er door de bediening foto's van maken en plaatsen die op Facebook. Een mooie foto met een mooie ondergaande zon. We krijgen er veel reacties op.
We eten weer bij de markt, maar nu bij een andere uitbater. Ze hebben ongeveer dezelfde gerechten en het bier is nog goedkoper: € 1,50 voor een fles tegenover € 2 gisteren en € 3 bij Calmos. € 3 is de gangbare prijs.

Dinsdag 27 januariSint Maarten/Saint Martin
We rijden naar Cul-de-Sac waar we de eerste ferry naar Pinel-eiland nemen. Een retourtje kost € 10 p.p. 'Ferry' is een groot woord; het is meer een grote open sloep met een aantal banken waar een man of vijfentwintig in kan. Elke half uur vaart deze heen en weer. Het is maar een klein stukje. Alle mensen van de boot rennen gelijk richting restaurant; wij gaan de andere kant op waar een snorkelgebied is uitgezet. Misschien dat het door de vrij stevige wind komt, maar veel vis zien we niet. Het enige bijzondere is een rog met lange staart. Het is heerlijk water: niet te koud en niet te zout.
Er zijn twee strandtenten op het eiland en bij de ene drinken we een bakje espresso voordat we een wandeling over het eiland gaan maken. We gaan op zoek naar leguanen die hier veel zouden zitten. We zien een felgroene op een steen en een grote grijze midden op een strand. We horen veel geritsel in de bosjes, maar meer zien we niet. De natuur is niet zo geweldig, maar we hebben wel prachtig uitzicht op de kustlijn met alle verschillende kleuren water, boten, surfers en kanoërs. Na een uurtje zijn we terug en gaan in de andere strandtent wat eten en drinken. Leguaan - Saint Martin, CaraïbenBijna iedereen hier eet kreeft. Wij niet. Als we terug lopen naar de boot om terug te gaan naar het hotel, komt er iemand met een mand groenteafval aan. Hij gooit die op de grond en van alle kanten komen overal leguanen te voorschijn. Kleine felgroene, grote grijze, zwarte en bruine met grote keelkwabben en grote rugkammen met stekelvormige schubben Geweldig! We kunnen ze tot vrij dicht naderen. Ze kunnen maximaal vier meter lang worden. De grootste hier is een meter of twee.
Eenmaal terug in het hotel spoelen we alle zwem- en snorkelspullen af en houden een uurtje siësta.
Als we naar Calmos lopen, zien we in de straat dat er overal kraampjes worden opgebouwd. Grand-Case - Saint Martin, CaraïbenZes weken lang is er elke dinsdagavond een soort braderie. Bij Calmos zien we veel boten in de baai liggen en met kleine bootjes komen de mensen aan wal. Het is overal hartstikke druk. De markthallen hebben de hele straat en een stuk van de pier met extra tafels en stoelen gevuld en het zit helemaal vol. Op grote bbq's ligt een indrukwekkende partij vlees. De kraampjes verkopen voornamelijk eten, drinken en sieraden. Een grote brassband met drie prachtige danseressen maken het feest compleet. Het is overal erg gezellig en relaxed.

Woensdag 28 januariSint Maarten/Saint Martin
Vandaag is het markt in Marigot, de Franse hoofdstad, en die willen we wel zien. Er zijn meer mensen die dat willen en het is moeilijk om een parkeerplekje te vinden. Uiteindelijk parkeren we de auto aan de andere kant van de grote weg en moeten zo vijf minuten extra lopen. Het begin van de markt heeft alle souvenirproducten die we overal zien. De 'echte' markt waar ze groente en vis verkopen is erg klein.
Welgeteld één groentekraam en drie viskramen. Veel kreeften, rode en blauwe vissen. Niet iets bijzonders en zeker niet de moeite waard om daar veel voor om te rijden.
Op het strand naast het Juliana-vliegveld is het heel erg druk met mensen. Maho-strand - Sint Maarten, CaraïbenDit is dan ook attractie nummer 1 voor de toeristen: de laag vliegende vliegtuigen die pal overkomen om op de er naast gelegen baan te landen. Het mooiste is het KLM-vliegtuig, want dat is de grootste dat hier landt. Alleen niet vandaag, want die vliegt maar drie keer in de week. Het schijnt, dat als die over komt scheren, je zowat van het strand geblazen wordt.
Via de westkant rijden we om de Simpson Baai heen. Hier is een heel goed voorbeeld hoe je een eiland kunt verpesten. Zowel aan de Nederlandse als aan de Franse kant staan hoge hotels. Grote gebouwen die detoneren in het landschap. Verderop liggen de grote villa's met privéstranden, waar dus niemand kan komen. Zowel om de hotels als om de villa's staan hoge muren. Er is dus helemaal niets te zien, alleen die muren. Zelfs geen water dat aan beide kanten van de weg zou moeten liggen. Als je hier logeert, kun je ook niets. Er zijn geen restaurants of winkeltjes.
Daarna rijden we naar de Pic Paradis. Met onze kleine auto redden we het net om in z'n één boven te komen. Het laatste stuk is zo smal, dat je niet kunt passeren. Het is gelukkig niet druk en soms is er wel een inham. Boven moeten we vijf minuten lopen om bij twee uitzichtpunten te komen. De ene kijkt naar het oosten waar we de kustlijn met z'n vele stranden zien, Philipsburg met de cruiseschepen en Saint Barts in de verte. Aan de andere kant kijken we op Marigot, de Simpson Baai en het vliegveld. Prachtig uitzicht.
Daarna gaan we terug naar het hotel voor een siësta.
We hebben heel wat over het eiland rond getoerd en zijn tot de conclusie gekomen, dat we niet beter hadden kunnen zitten dan in Grand-Case. Een leuke, gezellige, kleine plaats zonder hoogbouw, strand, veel eettentjes.


Donderdag 29 januariNaar Saba
Vandaag vertrekken we naar Saba. Van Grand-Case op Saint Martin moeten we naar het Juliana-vliegveld op Sint Maarten rijden. Over de tien kilometer doen we drie kwartier. Het eerste stuk is het erg druk op de weg. Het lijkt wel of iedereen naar Marigot wil, de hoofdstad waar we langs moeten rijden.
Voor we de auto inleveren, moeten we de tank vol gooien. De benzine kost hier € 0,93. Wat een verschil met Nederland. Op het vliegveld is het erg rustig. Er zijn nergens mensen voor ons: niet bij het inchecken, niet bij de douane (we gaan van Sint Maarten naar Nederland), niet bij de bagagecheck. We stoppen onze euro's weg en pinnen Amerikaanse dollars, de gangbare munt op Saba en Sint Eustatius.
We vliegen met Winair in een klein vliegtuigje met elf passagiers. Er zouden er nog een paar bij kunnen. We vertrekken tien minuten te vroeg en na een kwartier zijn we er al. Saba is niet meer dan een rots in de oceaan. Landingsbaan - Saba, CaraïbenHet eiland is ongeveer 4,5 kilometer in doorsnee en heeft ongeveer 2.000 inwoners.
Er zijn slechts vier dorpjes op het eiland die door de enige verharde weg zijn verbonden. The Bottom is de hoofdstad. Er zijn geen stranden, maar steile kliffen. De landingsbaan van het vliegveld is slechts 400 meter lang waardoor de landing spectaculair is. Het is een van de gevaarlijkste landingen ter wereld. De landingsbaan is het enige rechte stukje weg van het eiland.
We nemen een taxi die over de slingerweg omhoog rijdt naar Windwardside waar wij in Selera Dunia Boutique Hotel zitten. Dat ligt wat buiten het dorp, omhoog de berg op. Het is zes minuten lopen naar het centrum, het dubbele terug.
We maken kennis met de eigenaar en die biedt aan om 's avonds ons gratis op te halen uit het centrum na het eten. Het hotel heeft twee enorme kamers (vijf bij tien meter), de onze Aziatisch ingericht. Het ziet er heel leuk uit. Buiten hebben we een balkon met stoelen en kijken daar uit op Windwardside met daar achter Mount Scenery. Met z'n 887 meter is dat de hoogste berg van Nederland.
We lopen het dorpje in en zien allemaal witte huizen met rode daken. De huizen zien er allemaal een stuk beter uit dan op Sint Maarten/Saint Martin. Libel - Saba, CaraïbenWel zijn ze allemaal ongeveer hetzelfde. Er zal geen ander bouwmateriaal te krijgen zijn. Er zijn een paar winkels, een bank, wat restaurantjes en een VVV-kantoor. We kijken uitgebreid rond, halen een kaart van het eiland en gaan koffie drinken. We zitten lekker buiten op een terras in de schaduw en kijken en luisteren naar de mensen om ons heen. Grappig dat iedereen Nederlands praat. Het gaat er allemaal gezapig aan toe, lekker ontspannen. We kijken uit op Mount Scenery, waarvan de top soms een beetje in de wolken ligt, soms helemaal vrij.
We lopen terug naar het hotel, goed voor onze kuitspieren en gaan op het balkon zitten. Voor ons staat een grote boom met eet- en drinkbakjes voor vogels. Kleine vinkjes en kolibries vliegen af en aan. Er is een vijvertje met fontein en daar vliegen grote rode libellen. We zien kleine zwarte, groene en paarse kolibries. Er schijnen ook grote te zitten, maar die laten zich niet zien.
Lekker rustig dagje vandaag. Ineens komt er mist opzetten, die de berg grotendeels aan het zicht onttrekt. Het duurt niet zo lang, voordat het weer helder wordt. Het wordt wel wat frisser en Lia trekt een lange broek en trui aan. De enige keer deze vakantie.
Bij het café van Juliana's Hotel gaan we een biertje drinken. Het is happy hour, maar wij zijn de enige die er zitten. Het is uitzicht is wel mooi over de zee en later tijdens de zonsondergang kleurt de lucht mooi geel. We eten bij Brigadoon. Eigenlijk moet je overal reserveren, wat wij niet gedaan hebben, maar ze hebben nog wat tafeltjes vrij. Men eet hier veel vis, ribbetjes, kip en steaks. Maar ook friet met mayonaise. En ze hebben vaak pindasaus, die ongetwijfeld vanuit Oost-Indië via Nederland naar West-Indië is gebracht. Dat is het wel zo'n beetje. Op de markt in Grand-Case waren we € 10 kwijt voor een hoofdgerecht, hier kost het € 15-€ 20. Martijn krijgt heerlijke ribbetjes en Lia heeft tenderloin met (veel) blauwe kaas besteld. De kok heeft z'n best gedaan en is zeer overdadig geweest met de kaas. We hebben hem persoonlijk bedankt. Na het voorgerecht wordt gevraagd om 'het zilver' apart te houden: het bestek is van goedkoop spul.

Vrijdag 30 januariSaba
Ontbijt is inbegrepen en we krijgen dat op onze kamer geserveerd. Een groot bord met bruin brood, roerei, spek, tomaat, kaas, jam, banaan, yoghurt, vruchtensapje. Dat gaat er prima in.
Meteen daarna vertrekken we voor een wandeling. Op de kaart die we gisteren gekocht hebben, staan allerlei routes en wij kiezen de Sandy Cruz Trail. Als we vertrekken, biedt Hemmie, de hoteleigenaar ons zijn wandelstok aan. Lia gaat hem gebruiken. Beneden in het dorp kopen we wat water en iets te eten en gaan dan op weg. We moeten eerst naar Hell's Gate waar de wandeling begint. Dat dorpje ligt een stuk verderop en we lopen over de grote weg er naar toe. Er is geen andere weg. De weg wordt 'The road that couldn't be build' genoemd. Tot 1947 waren er geen wegen op Saba, alleen paden waar ezels als vervoermiddel werden gebruikt. Een timmerman heeft er vijftien jaar over gedaan om de weg aan te leggen. We zijn net op weg als een auto ons voorbij rijdt, stopt en een arm uit het zijraam begint te zwaaien. Het is de mevrouw die gisteren bij Brigadoon werkte. Ze weet precies waar wij naar toe gaan en biedt ons aan met de auto bij het beginpunt af te zetten. Daar zeggen wij geen nee tegen. De grote weg is saai en bovendien loopt die alleen omhoog. Iedereen groet hier, iedere automobilist zwaait naar je, iedereen is erg vriendelijk.
Het is een mooie wandeling, wat omhoog en weer naar beneden; soms wat steile stukken. Veel grote olifantsbladeren, bromelia's, mossen en ander groen. Weinig vogels. Alleen een kolibrie krijgen we te zien. Later zien we twee ongevaarlijke Racer-slangetjes van zo'n zestig centimeter. Die hebben zo'n schutkleur, dat je ze alleen maar ziet als ze bewegen. Zitten ze stil, dan vallen ze helemaal tegen de ondergrond weg. Soms hebben we mooi uitzicht op het vliegveld. We lopen lekker in de schaduw van de bomen. Het pad is goed, aangeveegd en van wortels ontdaan.
Het pad is goed aangegeven. Veel paden zijn er trouwens niet, maar op splitsingen staan overal borden.
Scenery - Saba, Caraïben Het gaat goed tot het eindpunt. Daarna moeten we de Bottom Mountain Trail en de Mas'Cahone's Hill volgen om weer in Windwardside te komen. Het eerste stuk gaat goed, daar missen we waarschijnlijk een afslag. Het pad ligt vol bladeren waardoor je, als je niet goed uitkijkt, zo maar een paar meter weg kunt glijden. Een steil stuk is voorzien van touwen. We lopen een heel stuk om, zien in de verte The Bottom liggen, en komen uiteindelijk op de grote weg terecht. Dat was niet helemaal de bedoeling, maar nu weten we tenminste weer waar we zijn en hoe we terug moeten.
In Windwardside drinken we op het eerste de beste terras een overheerlijk koud biertje. Oh, die eerste slok...., wat is die lekker.
We willen een snorkeltocht regelen. Je kunt hier op Saba alleen snorkelen vanuit een boot, vanaf de kant is dat niet mogelijk. Maar bij het boekingskantoor wordt verteld, dat het weer niet goed is. Vanuit Amerika is er een stroming gekomen, die het snorkelen verpest. Waarschijnlijk is dat ook de reden geweest van het slechte snorkelen op Saint Martin. Jammer, maar niets aan te doen. Ze kunnen het beter vooraf eerlijk vertellen, dan uitvaren, veel geld betalen en dan niets zien.
We bespreken het eten voor vanavond bij Swinging Doors en lopen terug naar het hotel. Op de kamer spoelen we het zweet uit de kleren en van onze lijven.
Tijd voor siësta.
Om acht uur zijn we bij Swinging Doors. Dat bestaat uit twee delen: een om te drinken en buiten, onder een afdak, om te eten. Voor plaatselijke begrippen zijn we laat; zelfs de laatsten die aan tafel gaan. Onze tafel is nog niet klaar en we wachten in het drinkgedeelte met een Presidente. Buiten staan grote tafels waar je aan kunt schuiven. Er zitten verschillende groepjes plaatselijke bewoners, veel dikke Amerikanen, die elkaar allemaal kennen en het zo typische knauwerige Amerikaanse Engels praten. Qua eten konden we kiezen tussen kip en ribs of een combinatie daarvan. We hebben het laatste genomen en krijgen een groot bord vol met vlees, salade, bruine bonen, aardappelsalade en rijst met pindasaus. Het kost € 15,60 per persoon. Je kunt het ook als 'take away' nemen en dan kost het € 15.
Met de wandelkilometers nog in de kuiten, wandelen we de steile weg omhoog terug naar het hotel.
We slapen hier vroeg en lang.

Zaterdag 31 januariSaba
We maken er vandaag een rustige dag van. Bij Dizzy's B drinken we buiten op het terras koffie. Alles is klein op het eiland, zo ook het terras. Een stuk of zes tafeltjes; dat is het wel. Dit is zo'n beetje het middelpunt van het dorp en we genieten van alle mensen die hier zitten en rond lopen. Iedereen kent elkaar. Niemand loopt zo maar door; overal wordt gezwaaid en worden praatjes gemaakt.
Vanochtend is de Hell's Gate triatlon gehouden hier op het eiland. Met maar liefst 91 deelnemers uit o.a. Sint Maarten en Sint Eustatius hebben ze gezwommen, gefietst en gelopen. Geen hele triatlon, denken we, want zoveel wegen zijn hier niet om te fietsen. Het lopen ging over smalle bospaadjes in de schaduw. Desondanks denken we dat het een heel zwaar parcours is met de steile wegen en paadjes en de hoge temperatuur. Na afloop zien we verschillende mensen met een T-shirt van de triatlon lopen.
De taxi's en de schoolbus blijven maar af en aan rijden. Ze hebben het maar druk. Er is geen openbaar vervoer op het eiland.
We zitten uiterst relaxed op het terras en drinken nog een koffie. We zijn hier twee uur zoet mee.
Bij Swinging Doors drinken we aan het eind van de middag wat. Een gezellige kroeg met veel nummerplaten uit allerlei landen aan de muur. De wijnlijst hangt aan de muur: '1. Rode wijn, 2. Witte wijn, Please order by number'. Wijnkaart - Saba, Caraïben Je kunt hier maar drie avonden per week eten en daarom gaan we weer naar Brigadoon, wat ons vorige keer goed is bevallen. Diezelfde overdreven vriendelijke Amerikaanse mevrouw bedient er weer en na afloop wil ze ons naar ons hotel brengen, maar we lopen wel.

Zondag 1 februariSaba
Een ouderwetse zondag met gesloten winkels en terrassen. De kerk is natuurlijk wel open. We maken weer een wandeling op de vulkaanhelling om onze stramme spieren los te maken. Mooi uitzicht op het dorp. Dat hebben wij ook van af onze kamer, maar nu zien we het van de andere kant. Veel gekleurde bloemen en groene planten zien we. Geen vogels. Windwardside - Saba, Caraïben We zijn net terug in Windwardside, en drinken op het enige open terras cola en verse citroenlimonade, als het begint te regenen. Eerst zachtjes, maar even later een echte bui. Gelukkig van korte duur. De rest van de dag is droog, maar niet zonnig en vrij fris met een stevige wind. De mensen op het eiland zijn blij met de regen. Alles dat naar beneden komt, wordt opgevangen in cisternen. Als die leeg zijn, moet men de waterwagen laten komen en dat doen ze natuurlijk liever niet, want dat kost geld.
Bij Swinging Doors hebben ze vanavond steaks. Drie keer per week kun je hier eten: op dinsdag en vrijdag kip en ribbetjes, op zondag steak. De barman staat achter een enorme bbq met deksel. Het is er weer vol. Als wij aan de beurt zijn, komt hij langs met een bak en laat de nog rauwe steaks zien: of we honger hebben. Sjonge, wat een steaks. Denk aan de grootste die je ooit hebt gegeten, maak hem twee keer zo groot en twee keer zo dik; dat is hoe ze er uit zien. Wat een lappen vlees! Het enige dat gevraagd wordt, is hoe je je steak wilt. En zo komen ze ook op tafel. Hij weet precies wat hij doet, port en duwt in het vlees, maakt er soms een sneetje in om te keuren. Ze zijn perfect! Ze smelten op je tong. Lia eet alleen vlees, de gepofte aardappel, de salade en de worteltjes blijven liggen. We buiken uit met een extra biertje. De steak kost maar € 17. Een aanrader!


Maandag 2 februariNaar Sint Eustatius
Sint Eustatius is voor ons het laatste overzeese eiland van de Nederlandse Antillen. Dan hebben we ze allemaal bezocht.
We pakken onze spullen in en om 9:15 uur rijdt Billies Taxi voor. Om 10:15 uur vertrekken we eerst naar Sint Maarten, een vlucht van een kwartiertje. We stappen daar over in een ander vliegtuigje voor de twintig minuten naar Sint Eustatius. Op het strand van Sint Maarten staat nog niemand te kijken naar de laag overvliegende vliegtuigen. Bij Sint Eustatius hebben we mooi uitzicht over het eiland.
Helaas is onze bagage er niet en bij de balie beloven ze, dat deze met de vlucht van 14:30 uur mee zal komen.
We worden opgehaald door de man van het appartement, dat een kwartiertje lopen van het strand ligt. Goed te doen dus. De weg terug loopt wel wat omhoog, maar is lang niet zo steil als op Saba.
We lopen Oranjestad in, de enige plaats op het eiland. Aan het eind van de 18e eeuw schreef Statia geschiedenis. Oranjestad - Sint Austatius, Caraïben Tijdens de opstand in de Britse koloniën in Noord-Amerika, werd het gezag van de Britten ernstig ondermijnd vanaf Statia. In de haven leverde de verkoop van wapens goud op. Alle zeevarende naties bemoeiden zich met het conflict. Door van twee walletjes te snoepen – vriend en vijand bevoorraden – steeg de welvaart tot ongekende hoogte. Statia, zoals Sint Eustatius ook wel genoemd wordt, was het middelpunt van de handel. Tabak, suiker, wapens, rum, katoen en slaven werden er verhandeld. Sinds 1816 is Statia definitief Nederlands grondgebied.
Nu wonen er bijna 4.000 inwoners en is het eiland 21 km² groot. De oude pakhuizen zijn redelijk vervallen en vergane glorie. Fort Oranje dateert uit 1636 en is volledig gerestaureerd. De gewone huizen zijn niet al te best onderhouden, een heel verschil met Saba. Her en der zie je wel huizen met Nederlandse invloeden.
Verder is er niet veel te beleven. Een paar bars/restaurants die nu (nog?) leeg zijn. Er zijn veel Nederlandse straatnamen, hoewel sommige wel een beetje vreemd zijn: 'Queen Beatrix weg' bijvoorbeeld. Waarom niet helemaal Nederlands of helemaal Engels?
Om 14:30 uur blijkt onze bagage er nog niet te zijn. Ze bellen en zeggen, dat deze vanavond mee zal komen.
De man van het appartement kan dan niet en we besluiten om de spullen morgenochtend op te gaan halen. Het enige wat we echt missen is een tandenborstel.
's Middags hebben we een aardige kroeg, CoolCorner, gezien en die blijkt aan het eind van de middag aardig gevuld. Hij ziet er een beetje uit als een bruin café en wordt uitgebaat door Chinezen. De meeste klanten zijn Nederlanders. Ze hebben een gezellige ronde bar en twee aparte tafeltjes. Je kunt er ook een hapje Chinees eten. Zoals bij elke Chinees is er een uitgebreide kaart wat de keuze moeilijk maakt. We eten er overheerlijk. Weer eens wat anders dan die grote lappen vlees. Het eten en drinken is hier wat goedkoper dan op Saba. We zijn samen, incl. zes flesjes bier, € 45 kwijt. Bier drinkt iedereen hier uit het flesje.

Dinsdag 3 februariSint Eustatius
Om 9:30 uur wordt een auto gebracht, die we gisteren bij de hoteleigenaar hebben besteld. Zeelandia - Sint Austatius, Caraïben Zowel het hotel als de auto moet contant betaald worden. Een borg voor de auto is niet nodig. De man is vergeten de benzinestand te checken en gelooft gewoon, dat het allemaal wel goed komt.
We rijden eerst naar het vliegveld waar zowaar onze bagage is aangekomen. Die brengen we naar de kamer en dan gaan we het eiland over rijden. Eerst rijden we naar de supermarkt voor water en dan door naar Zeelandia. De wegen zijn ooit asfalt geweest, sommige stukken nog steeds, en er zijn veel gaten in de weg. Die is bovendien vrij smal, zodat je nooit hard kunt rijden.
We lopen een stuk het zwarte strand op. De branding en stroming zijn hier zo sterk, dat je aan deze kant van het eiland niet mag zwemmen. We zien wat heuvels liggen met de namen 'Boven' en 'Bergje'. De laatste natuurlijk het laagst van die twee. Een aantal maanden per jaar leggen hier drie soorten schilpadden eieren, maar nu niet. En dus is er niet meer te zien dan alleen maar strand. En natuurlijk de Quill, de 600 meter hoge slapende vulkaan op het eiland. Die zie je altijd overal.
We rijden in Oranjestad naar de haven. Dat kan maar over één weg. Er staan een paar (lege) restaurantjes en een barretje. Bij de laatste zit een hele dikke mevrouw met heel erg dikke kuiten buiten. We drinken er een cola. Aan de ene kant van het gebouw is een soort snackbar waar je binnen kunt en waar een toonbank met hapjes staat en een grote koelkast met frisdrank. Aan de andere kant is een bar, die je niet in kunt. Een kant is open waar je drankjes kunt halen. Je moet buiten gaan zitten. Grappig.
De mensen die we zien, hangen op stoelen. Er wordt niet veel gewerkt. Geen wonder dat iedereen dan ook zo dik is. Wel zwaait iedereen en is iedereen erg vriendelijk.
We rijden naar het meest oostelijke punt, waar Fort de Windt staat. Daar heb je mooi uitzicht op Saint Kitts & Nevis (het volgende land op onze tocht). Fort de Windt - Sint Austatius, Caraïben Het is genoemd naar commandeur Jan de Windt. Het fort dateert uit 1753 en werd in 1982 grondig gerestaureerd.
Het is warm en we zijn het zat en besluiten terug te gaan naar ons appartement. Een afslag naar zee om te gaan snorkelen vinden we niet. Een grote leguaan loopt over de weg. Als wij stoppen, loopt hij snel de bosjes is, maar blijft daar zitten, zodat we mooi foto's kunnen maken. Op een telefoondraad hoog in de lucht zit een vogel. Als we goed kijken, blijkt het een gewone kip te zijn. Wel enigszins gestoord natuurlijk, want wie gaat daar nou zitten.
We hebben zo'n beetje alle wegen op het eiland gehad en de kilometerteller zegt, dat we 37 kilometer hebben gereden. Met een benzineprijs van € 0,90 kost ons dat geen kapitaal.
Er zitten hier muggen. Tot nu toe hebben we daar geen last van gehad.
We bekijken Fort Oranje, dat midden in Oranjestad ligt. Dit is mooi gerestaureerd en lijkt altijd open.
Leguaan - Sint Eustatius, Caraïben We drinken wat in de CoolCorner en gaan dan bij Ocean View eten. Een blanke Hollander zwaait daar de scepter. Ook hier eten we prima met o.a. ossenstaart en een grote T-bonesteak. De grootte haalt het bijna bij die in Swinging Doors op Saba, de smaak wat minder. Maar wel lekker.

Woensdag 4 februariSint Eustatius
We maken ons klaar om de vulkaan Quill te bedwingen. Omdat we toch een auto hebben, rijden tot het einde van Rosemary Lane en parkeren daar. Scheelt toch een stukje (omhoog) lopen. Daar blijkt, dat we eigenlijk een toegangbewijs zouden moeten hebben en dat hebben we niet. We hebben geen zin om helemaal terug naar het centrum te gaan, een kaartje te kopen en dan weer terug te komen. We zien wel.
Het pad is heel goed begaanbaar. Wel smal, het stijgt niet sterk, maar gaat langzaam maar gestaag omhoog.
Heremietkreeft - Sint Eustatius, Caraïben We zien veel heremietkreeften. Die hadden we niet echt op de berg verwacht, maar dichter bij het water. Regelmatig horen we geritsel, dan trekt zo'n kreeftje z'n poten in, heeft daardoor geen grip op de aflopende kant en rolt daardoor naar beneden. Gewoon voor onze voeten. Grappig.
Eenmaal boven hadden we wat meer uitzicht verwacht. We kijken de krater in, maar we zien alleen maar meer groen. De kippen, of liever gezegd, de hanen die hier boven zitten zijn grappig. Zodra ze een ritssluiting horen, rennen ze op ons af. Waarschijnlijk worden ze regelmatig gevoerd. Vandaag hebben ze pech.
De terugweg is, uiteraard, nog makkelijker. Een groenzwarte kolibrie bromt een hele tijd om ons heen. Soms maar op een meter afstand. We zien dan pas dat hij een helroze borst heeft. Mooi.
We lopen ongeveer 2,5 uur.
In Oranjestad gaan we even zwemmen. Er is verder niemand en we kleden ons op het strand om. Het water is heerlijk. We koelen er lekker van af. Er zijn geen vissen te zien.
We gaan bij de Informatiedienst om het kaartje van de vulkaan te betalen. Dat vinden ze maar raar: we zijn toch al geweest, dan ga je toch niet nu betalen?
Het museum is erg interessant met hun tekeningen en verhalen over de geschiedenis.
We gaan weer naar CoolCorner, het gezelligste café van de plaats, volgens ons. Ze kennen ons al en we hoeven niet meer te bestellen. Elke onbekende klant krijgt meteen de menukaart, maar bij ons doen ze dat niet meer. Later op de avond eten we hier ook.


Donderdag 5 februariNaar Saint Kitts & Nevis
Via Sint Maarten vliegen we naar Saint Kitts & Nevis. Op Sint Maarten hebben we ruim de tijd. We kunnen gelukkig meteen inchecken voor de vlucht naar Nevis later in de middag, zodat we onze rugzakken kwijt zijn. Net voor ons is een vlucht uit Panama geland, waarvan bij iedereen bij de uitgang de bagage wordt doorzocht. Wij blijven in een paar stoeltjes zitten en kijken hoe de lange rij erg langzaam opschuift. Op een gegeven moment zijn de beveiligers het blijkbaar beu en mag iedereen doorlopen.
Wij wandelen naar Maho, het stukje strand waar de vliegtuigen laag over komen vliegen. Het is vandaag erg druk en zo'n beetje iedereen die hier is, komt uit een van de cruiseschepen die in de haven liggen. Op dit moment zijn dat er vijf. Een passagier vertelt ons, dat er schepen zijn waar 6.000 mensen op kunnen. We moeten er niet aan denken. We vinden een plaatsje aan de bar, uit de zon, en kijken om ons heen. Het is druk en er staan twee vrouwen achter de bar, die drie, vier mensen tegelijkertijd bedienen. Sint Maarten / Saint Martin, Caraïben Ze werken zich een slag in de rondte en het gaat zeer efficiënt. Tjonge, wat een routine. Er wordt veel corona, carib-bier en cocktails gedronken. Ze hebben speciale mandjes waar zes flesjes bier in kunnen en dat wordt opgevuld met ijs. Ziet er erg grappig uit.
Af en toe komt een vliegtuig over, waarbij de grotere het spectaculairst zijn, want die vliegen het laagst. Bij de grootste van vandaag, de Air France, moet je uitkijken, dat, als je recht onder de vliegroute staat, je niet van het strand geblazen wordt. Borden waarschuwen hier ook voor.
Om 18:00 uur vertrekt het kleine vliegtuig naar Saint Kitts om daarna door te vliegen naar Nevis. De vliegtuigjes waar we hier mee vliegen, zijn klein. Er kunnen, met een beetje proppen, twintig personen in. Meestal zijn dat er tussen de tien en vijftien. In de haven van Philipsburg zien we de grote cruiseschepen onder ons vertrekken naar hun volgende bestemming.
We bedenken net, dat we wel nooit meer in Sint Maarten zullen komen, in ieder geval voorlopig niet, als we na een kwartier, we zijn op de helft van de vlucht, een grote bocht maken en terug vliegen naar waar we vandaag kwamen. Welkom op Sint Maarten! Wat blijkt: iemand heeft iets in zijn ruimbagage zitten, dat erg ruikt. De piloot heeft het geroken; wij ruiken niks. Wij denken, dat je dan net zo goed kunt door vliegen, omdat we al op de helft zijn, maar het blijkt, dat de regels zijn, dat we terug moeten. Veiligheid voor alles. We moeten het vliegtuig uit en er wordt een koffer uitgehaald. De eigenaresse maakt de tas open en er komt een aantal grote flessen met paars spul uit. Ze moet een grote zak met spullen inleveren en een papier tekenen. De regels zijn vervolgens, dat de passagiers naar de luchthaven moeten en dat het vliegtuig opnieuw gecontroleerd moet worden. Enfin, met een uur vertraging vliegen we weer. Nu gaat alles goed en na een half uur landen we op Saint Kitts. Mensen stappen uit, koffers gaan er uit, mensen komen er bij, koffers komen er bij en binnen een kwartier zijn we weer in de lucht. Het kan wel snel. Het is een kippeneindje naar Nevis, net vijf minuten vliegen. Gelukkig wacht Elton, de huiseigenaar ons nog op voor de rit naar het appartement in Charlestown. Dit is dan wel een internationaal vliegveld, maar er is verder niks. Zelfs de ATM werkt niet. Elton rijdt eerst langs een ATM waar we Oost-Caribische dollars (XCD) pinnen. De koers is ongeveer een derde van de euro, wat gemakkelijk rekent. Zowel hier als op Antigua en Dominica hebben ze deze dollars.
Saint Kitts & Nevis, officieel de Federatie van Saint Christopher (Kitts) en Nevis, worden door de ongeveer drie kilometer brede zeestraat The Narrows van elkaar gescheiden. De eilanden zijn niet groot, samen 260 km² en er wonen ruim 50.000 mensen. De hoofdstad is Basseterre.
Elton rijdt ons naar een restaurant waar je ook kunt karaoken, Double Deuce. Er zijn zowaar redelijk veel mensen die zich daaraan wagen. Sommige kunnen heel aardig zingen; anderen kunnen dat beter laten. Op zich is het wel gezellig, want regelmatig zit iedereen mee te zingen.
Het prijsniveau is ongeveer hetzelfde als tot nu toe: voor € 15 heb je een hoofdmaaltijd. Ze hebben hier ook Presidente-bier, maar wel in een hele grote fles, die in een ijskoeler op tafel wordt gezet. Sinds tijden drinken we weer bier uit een glas.

Vrijdag 6 februariSaint Kitts & Nevis
Meisje - Nevis, Caraïben De eigenaars zijn zo vriendelijk geweest om boodschappen voor ons te doen. Water, een paar flesjes bier en een grote mand met fruit krijgen we cadeau. Het brood, eieren, tomaat, ui en jus d'orange moeten we gewoon betalen. Logisch natuurlijk. Wij vinden het wel erg gemakkelijk. We maken een omelet die wonderwel lukt zonder enige vorm van vet te gebruiken.
We wandelen Charlestown in, een half uurtje lopen. We gaan bij de haven op een bankje in de schaduw zitten en kijken naar alle mensen. Vanaf hier vertrekken boten naar Saint Kitts. Er zijn verschillende loketten van verschillende bootmaatschappijen en je hebt wel even nodig om te zien welke boot nou precies vaart. Ieder heeft z'n eigen schema die allemaal op verschillende plekken hangen. Als je een kaartje hebt gekocht, dan moet je naar een ander loket om de Port Facility Fee van ECD 1 (€ 0,30) te betalen. Goed voor de werkverschaffing.
We dwalen wat door de straten, over de markt, zien de verkiezingstalletjes (binnenkort verkiezingen dus), de winkels. Er zijn verschillende supermarkten, maar die hebben niet allemaal hetzelfde. Vaak moet je als bewoner langs meerdere zaken om alles te kunnen kopen.
We lopen over het strand naar Pinney's Beach, het strand van Charlestown. Bij waterplassen zien we groene en roze libellen en boven zee vliegen pelikanen, sternen en fregatvogels. Het strand is verlaten.
Strand - Nevis, Caraïben Een stuk verderop staat een café/restaurant en daar staan op het strand strandstoelen en liggen er mensen, de meesten met een fles bier in de hand. Sommige nemen die zelfs mee het water in. Nog verder ligt een luxe resort met natuurlijk mooiere stoelen en personeel die de gasten bedient. De meeste toeristen zijn Amerikanen en de overige zijn Frans; en wij dan. De mensen kennen Nederland wel. Als een inwoner hoort, dat wij daar vandaag komen, weet hij te vertellen, dat wij veel goede kazen maken. Grappig. Voor de kust liggen zeilboten in het water en landinwaarts ligt de Nevis Peak van 985 meter hoog. Om de top zitten meestal wat wolkjes.
Ze hebben hier geen Presidente-bier, maar Carib-bier. Dat hadden ze op de vorige eilanden ook. Daar spraken ze het uit als karíeb-bier, dus met de klemtoon op rieb, hier zeggen ze kérrib-bier, met de klemtoon op ker. We eten er twee voorgerechtjes bij: gemarineerde kippenvleugeltjes en gefrituurde visstengels met een sausje. Lekker. We lopen terug naar het appartement, wat altijd tegenvalt, omdat de weg lichtelijk omhoog loopt.
's Avonds eten we bij Riviere House, een wat chiquere tent. Ook lekker. Wat eten betreft, is het wel makkelijk, dat wij (bijna) altijd alles lusten en zelden last krijgen van onze magen. Op de terugweg liggen ezels midden op de weg, die snel opstaan en weglopen als ze ons zien.
Alle huizen hebben hekken tegen de ezels en geiten. Die eten namelijk anders alle bloemen op. De vele apen op het eiland zijn een probleem, want die eten al het fruit op. Hier in de tuin hangt nog een vuistgrote passievrucht die al wel een beetje aangevreten is, maar waarschijnlijk nog niet helemaal rijp is.

Zaterdag 7 februariNevis, Saint Kitts
Vandaag gaan we voor een dagje naar Saint Kitts, dat moeten we toch ook gezien hebben. In de haven wachten we op de boot en kopen een kaartje voor XCD 25. Er ligt een schriftje waar we zelf de passagierslijst moeten invullen. Er is iemand die de Fee-kaartjes inneemt en iemand die de bootkaartjes wil hebben. We varen met een passagiersboot in 45 minuten naar Basseterre, de hoofdstad van het land. Stel je er niet te veel van voor. Ook hier is markt met vooral groente en fruit. Ze hebben niet veel producten die wij niet kennen. Toch blijft het altijd leuk. We wandelen door de straten en zien zowaar een grote Anglicaanse kerk.
Basseterre - Saint Kitts, Caraïben In het Nationaal Museum lezen we, dat voor de onafhankelijkheid, deze eilanden Brits waren. Ze waren in felle strijd gewikkeld met Fransen, maar bij de Vrede van Utrecht is bepaald, dat het gebied Engels werd. De eilanden zijn pas sinds 1983 onafhankelijk, maar horen nog wel bij het Britse Gemenebest. Het museum is erg interessant met verhalen, foto's en tekeningen over de onafhankelijkheidsstrijd, de suikerindustrie, de traditionele kleding, natuur, (voor hen) bekende mensen met o.a. de sportmensen die aan de Olympische Spelen in Beijing hebben meegedaan.
Een deel van het havengebied bestaat uit luxere winkels, voor de Amerikanen die hier met van die grote cruiseboten aankomen. Vandaag is er geen boot en is het hele gebied verlaten. Dat ziet er maar troosteloos uit. We kopen een cap voor Martijn; zijn vorige is versleten en hij is hard toe aan een nieuwe. In de eerste winkel kost zoiets maar liefst € 17,50; de volgende heeft reëlere prijzen van € 7.
Het bier is goedkoper hoe verder je van dit centrum af komt. Hier kost het twee flesjes voor US$ 5 – € 2,20, twee straten verder drie flesjes voor US$ 5 - € 1,47 en dichter bij de markt, waar de lokale mensen zitten, betalen we voor twee flesje 8 XCD – € 1,30 per stuk. Hier gaan we dus wat drinken en wachten we op de boot om terug te gaan naar Nevis.
We kijken naar de mensen en zien vrij veel dikkerds. Niet zulke hele dikke als in Australië, maar het komt in de buurt. Opvallende zijn de dikke konten. De kapsels van de vrouwen zijn zeer divers. Veel dragen vlechtjes, bosjes, knotjes, lintjes en of kralen in het haar.
We eten weer bij Double Deuce, wat je vooraf moet reserveren. Niet omdat het te vol is, maar juist omdat het te leeg is. Als er niemand reserveert, kunnen ze zomaar de tent dichtgooien. We laten ons brengen en halen door Elton, de huiseigenaar. We genieten van een T-bone, spareribs en twee enorme flessen Presidente.

Zondag 8 februariNevis
Snorkelen - Nevis, Caraïben Elton brengt ons naar Penney-strand om te snorkelen. Net in zee liggen wat rotspartijen waar redelijk wat vis zit. De pelikanen en sternen vliegen niet voor ons weg als wij heel dichtbij met onze hoofden boven water komen. Grappig. Misschien zien ze ons voor hele grote vissen aan. Er zitten allerlei verschillende kleuren vissen waaronder een soort sidderaal, een hele grote groep blauwe, een lange dunne gele, een soort rechtopstaand zeepaard en een zeeduivel. Vooral die laatste is erg mooi. Het valt niet tegen.
Op het strand huren we twee bedjes en een parasol. Het is bijna helemaal leeg. Maar binnen een mum van tijd stikt het van de Amerikanen. Waarschijnlijk zijn die met een boot aangekomen en brengen ze hier wat uren door.
Avondrood - Nevis, Caraïben Ze hebben een eigen standje met drankjes en je kunt aan de handdoeken zien wie bij welke groep hoort. Sommige hebben ook nog allemaal dezelfde tassen. Brrr. Zouden ze nou niks anders doen dan alleen naar het strand gaan?
Zowel Double Deuce als Riviere House zijn vanavond gesloten, zodat we wat anders moeten zien te vinden. Als we worden opgehaald, zien we in een strandtent, dat er podia worden opgebouwd en dat er muziekinstrumenten worden klaargezet. Dat tentje blijft vanavond open en we gaan daar om 18:00 uur naar toe. Het ziet er hartstikke gezellig uit. De tafels, stoelen en kussens zijn allemaal in de kleuren van de vlag: rood, geel, zwart, groen. Het is er vrij druk. Op het strand staan schommels voor de kinderen en de muziek speelt aardige muziek. Ook is er nog een mooie oranje zonsondergang. Er zitten zowel blanke als bruine mensen. De laatste, ook hier, vrij dik. Niet allemaal, maar ze hebben wel allemaal een grote, uitstekende kont. Ze zitten op tafels te drinken en te eten en sommige, zo dik als ze zijn, staan te swingen. En dat kunnen zij veel beter dan wij. Wat zijn deze mensen toch soepel. De kinderen blijven allemaal laat op, zoals dat hier gebruikelijk is. Ze zeggen, dat als ze slaap krijgen, ze vanzelf ergens gaan slapen.
Vandaag eten we ribbetjes en kreeft.


Maandag 9 februariNaar Antigua & Barbuda
Op het vliegveld loopt zowaar een drugshond rond. Om hem alert te houden, is er ergens wat verstopt en dat wordt ook gevonden. We vliegen zowaar met een 'echt' vliegtuig waar wel 70 mensen in kunnen en die voor tweederde vol is. Met Liat-air reizen we naar Antigua & Barbuda in een klein half uur. Het is bewolkt onderweg, maar boven Antigua is het grotendeels helder.
Antigua & Barbuda bestaat uit de eilanden Antigua, Barbuda en het onbewoonde Redonda. Totaal hebben ze een oppervlakte van 440 km² en meer dan 80.000 inwoners.
Het is voor ons het 100ste land, dat wij bezoeken. Een mijlpaal!
We worden verwacht en een taxi brengt ons naar ons appartement in Falmouth Harbour, dicht bij English Harbour aan de zuidkant van het eiland. We zijn in het noorden geland en het is een half uurtje rijden. Het appartement is volgens afspraak open en de sleutels liggen op tafel.
Vanaf Saba zijn de eilanden die wij bezoeken steeds groter geworden en ook het aantal inwoners stijgt. Ze hebben hier zelfs een officiële busroute met echte bushaltes. En er zijn verkeerslichten op het eiland. Na die ene niet werkende op Sint Maarten hebben we er geen meer gezien.
Het appartement is het kleinste tot nu toe, maar nog altijd ruim vijf bij vijf meter. Falmouth Harbour - Antigua, CaraïbenWel is er een ruim balkon met het mooiste uitzicht tot nu toe. We kijken uit op de haven waar heel veel boten liggen. De een nog groter dan de ander. Enorme grote luxe schepen. Wat moet je daar mee, behalve een ander de ogen uitsteken. Hoeveel ruimte heb je nodig.
We verkennen de omgeving en op afstand van twee minuten lopen zitten een supermarkt, cafés en een tiental restaurants. En op tien minuten lopen ligt een mooi rustig strand. Genoeg dus om ons komende dagen bezig te houden.
We strijken neer op een terras bij de Marina en bestellen bier. Op Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius was het plaatselijke bier Presidente, op Saint Kitts & Nevis Carib, hier is het Wadadli. Nooit van gehoord, maar het smaakt prima. Straks op Dominica gaan we aan de Kubuli en op Martinique wordt het Lorraine. Allemaal bier dus.
De prijs van de drankjes is hier wat hoger, dan we gewend zijn, het eten is ongeveer hetzelfde.
Ze kunnen hier niet rekenen: 55 plus 35 tellen ze verkeerd op en we krijgen teveel wisselgeld terug.

Dinsdag 10 februariAntigua
Bij de supermarkt doen we eerst wat boodschappen voor het ontbijt. Ze hebben lekkere Franse stokbroden. Heerlijk met kaas, ham, tomaat en ui. Kleine vogeltjes, zwarte met rode bef, geelzwarte en bruine vinkjes zitten op de reling te wachten tot we klaar zijn, zodat zij de broodkruimpjes op kunnen eten.
Daarna zoeken we in een winkeltje Choy, eigenaresse van het appartement, die we nog niet ontmoet hadden.
We wandelen een stukje over het schiereiland bij English Harbour en komen terecht bij Nelson's Dockyard. Er staan talloze busjes met grote groepen toeristen. Nelson's Dockyard, CaraïbenAllemaal afkomstig uit die grote cruiseboten en die een tocht over het eiland maken. Per ongeluk lopen wij via de uitgang naar binnen en worden staande gehouden. Ze vragen waar wij logeren en als dat niet op zo'n boot blijkt te zijn, mogen we gratis naar binnen. Er staan natuurlijk overal stalletjes met souvenirs en er is ook een ATM waar wij meteen maar gebruik van maken. Ook hier gebruikt men de Oost-Caribische dollar, maar kun je overal betalen met de Amerikaanse.
We lopen er een poosje rond en drinken een cola op een terras. Niet de goedkoopste, maar ja, wat wil je anders met al die Amerikanen.
Bij Titi regelen we een auto voor de komende drie dagen. We moeten voor de bestuurder een rijbewijs kopen, dat alleen hier geldig is en € 20 kost. De auto kost incl. de rijbewijs € 135 voor drie dagen en we kunnen hem bij het vliegveld achterlaten. Dat scheelt een taxi van € 30.
Bij de Mad Mongoose gaan we borrelen. Buiten staan grote picknicktafels en wij schuiven bij een paar Canadezen aan. Van vijf tot zeven is het bier goedkoper en betalen we voor een flesje Presidente 8 XCD in plaats van 10. Net voor zevenen halen we er nog maar een paar, terwijl de anderen pas half leeg zijn. De Canadezen zijn nog erger en bestellen twee cocktails per persoon. We eten bij Club Sushi met een loveboat vol met sushi's, tempura vis en garnalen, zalm en tonijn. Het is best veel, maar alles gaat natuurlijk schoon op.

Woensdag 11 februariAntigua
Na het ontbijt halen we de auto op. We krijgen een Suzuki Swift, een grotere dan we besteld hebben (voor de prijs van een kleinere). Een pittig zwart autootje. Op elke (ei)land hier in de Caraïben hebben ze eigen rijbewijzen, die elke buitenlandse bestuurder aan moet schaffen. Een leuk melkkoetje: iedereen betaalt hier geld voor, waar je eigenlijk niets voor terug krijgt.
Hier moeten we, in tegenstelling tot de Nederlandse en Franse Antillen, links rijden. Weer even wennen.
We pakken zwem- en snorkelspullen in en rijden, naar de noordkant van het eiland. Denken we. Niet dus. Er is een controlepost die ons aanhoudt en vraagt waar wij verblijven. Ook hier mogen wij gratis door, terwijl de cruisepassagiers moeten betalen. Die moeten werkelijk overal voor betalen. De man vertelt, dat we bij Shirley Heights zijn, ten zuidoosten van ons appartement. Ergens hebben we de verkeerde afslag genomen. Nou is het eiland niet groot, 25 bij 30 km, dus veel extra kilometers zijn we niet kwijt. Omdat we nu toch hier zijn, gaan we maar van het uitzicht genieten. Er staan een heleboel busjes met cruisemensen te kijken naar Indian Creek Point en Standfast Point. Er is nog een andere weg en daar zien we de English en Falmouth Harbour in hun volle glorie liggen. Shirley Heights - Antigua, CaraïbenPrachtig gezicht dat blauwgroene water, de fjorden, de (zeil)boten. We vangen een blik op van een mangoest die de weg over schiet.
Daarna rijden we echt naar het noorden. Een stuk goede witte weg op de kaart blijkt niet geschikt voor onze auto en we draaien om om een kleine zwarte weg te nemen. Die blijkt prima. Beetje vreemd. De wegen zijn sowieso niet zo best. Ze zitten vol gaten en kuilen waardoor je erg uit moet kijken. De mensen rijden wel netjes en niet zo hard.
Na een half uurtje komen we bij Seaton, een plaatsje waar je met roggen zou moeten kunnen snorkelen. Het is er druk, want spoedig zullen de bootjes vertrekken. We reserveren voor vrijdagochtend negen uur. Volgens de mevrouw de rustigste dag. Dan is er maar één cruiseboot, terwijl er morgen maar liefst vijf verwacht worden. We rijden door naar Devil's Point waar een natuurlijke brug ligt, waardoor een blowhole is ontstaan. Door de golven wordt het water in dat gat gestuwd, dat daardoor meters omhoog spettert. Mooi.
Bij Long Bay gaan we snorkelen. We hadden een leeg strand verwacht, maar het is vrij druk. Er blijken hier wat resorts in de buurt te staan en iedereen ligt op het strand in van die strandstoelen. Wij gooien onze spullen neer en gaan het water in. De bewoners vinden het water op dit moment te koud. 's Zomers is het een stuk warmer; de luchttemperatuur is dan ook hoger en bovendien waait het dan niet. Wij vinden het water heerlijk. Vissen in allerlei kleuren zitten er. Soms fel gekleurd, soms zo geschubd, dat je ze amper ziet. Een paar vissen van een kleine meter hebben een ruitpatroon in de kleur van de omgeving en ook zij zijn moeilijk te onderscheiden. De een is banger voor ons, dan de ander. Geelzwart-witte zijn niet zo schuw en kleine zwarte komen zelfs nieuwsgierig naar ons toe zwemmen. Het water is erg helder en met de zon erop, lijkt het een groot aquarium. Prachtig.
We gaan terug naar 'huis', zien onderweg een leguaan de weg oversteken, douchen en wassen het zout van de snorkel- en zwemspullen. We zitten lekker op ons terras en kijken naar het reilen en zeilen op het water in de haven. Een grote boot komt aanvaren en die wil aanleggen tussen andere grote boten. En dat is niet zomaar gebeurt; ze zijn er een hele tijd mee bezig. Het gaat langzaam en voorzichtig om maar niets te beschadigen.
Op het ons ondertussen welbekende terras van de Mad Mongoose schuiven we weer op de banken van de picknicktafels. Er zijn zoals altijd andere toeristen, maar na Sint Eustatius hebben we geen Nederlanders meer gezien. Die andere vinden onze manier van reizen en de lengte van de reis maar erg vreemd. Hagedis - Antigua, CaraïbenOf men komt per (zeil)boot of per cruiseboot. Die cruisers doen een tripje van tien dagen, waarbij ze er vijf kwijt zijn aan de oversteek van Amerika en terug, en de overige vijf dagen liggen ze voor anker op drie of vier eilanden. Sommige mensen weten alleen de naam van het land waar ze zijn, maar hebben geen idee waar dat ergens in de Caraïben ligt. Er zijn hier opvallend veel Britse toeristen, wat natuurlijk met hun verleden te maken heeft.
Tegen de avond rijden we terug naar Shirley Heights voor de zonsondergang. Valt tegen. De zon zakt wel mooi in het water, maar de lucht kleurt niet.
Ook hier op het eiland krijgen we geen glazen bij het bier en drinken we uit de flesjes. Van het wadadli-bier zijn we overgestapt op Presidente, omdat die flesjes groter zijn. Veel smaakverschil is er niet tussen die twee soorten. We eten ribbetjes en een plaatselijke, stevige witvis, waarvan we de naam vergeten zijn. De mevrouw van de bediening spreekt ons alleen aan met 'darlings'. Maar dat zijn wij natuurlijk ook.

Donderdag 12 februariAntigua
Na een broodje met lekkere tonijnsalade op ons terras van het appartement stappen we in de auto en rijden naar St. John's, de hoofdstad van Antigua. Gisteren is ons verteld, dat er vandaag vijf cruiseboten zouden liggen en daar gaan we naar kijken. Het is druk in de stad (of is het een dorp?) en het is lastig om een parkeerplaatsje te vinden. We rijden wat verder van het centrum weg en parkeren daar. De plaats is niet groot en binnen een paar minuten wandelen, staan we al aan de haven. De boten zijn enorm. Echt reusachtig. Vier liggen er pal aan de kade, de vijfde ligt iets verder weg. Het is er, uiteraard, hartstikke druk met mensen. Een speciale boulevard met allerlei winkels is voor hen aangelegd. Veel zitten er te eten en te drinken en ook de juwelierszaken zijn aardig bezet. Ook het casino wordt druk bezocht. Zouden die mensen nou helemaal niks anders doen? Een enkeling vraagt de weg naar het strand, maar dat is drie kwartier lopen. Een taxi brengt voor hen uitkomst. Als wij later bij het strand komen, zitten de meesten daar in de bar. Daarnaast kunnen ze nog een tocht over het eiland maken in een soort open busje.
We bekijken de markt, maar dat is niet zoveel. Er zijn wat kraampjes met groente en fruit; het grootste deel staat leeg.
Het is vandaag overwegend bewolkt. Dat is voor het eerst. Meestal is het overwegend zonnig. Er hangt een best donkere lucht en het regent zelfs even. Nelson, CaraïbenVijf druppels weliswaar, maar toch. We rijden hele stukken langs de kust en zien een aantal stranden. De een drukker dan de ander. Vooraf thuis hadden we bij Jolly Harbour ook naar een appartement zitten kijken en daarom gaan we daar een cola drinken. We zijn blij, dat het daar niets geworden is. Een heel groot resort, waar helemaal niets te beleven is. Je kunt beter in Falmouth Harbour zitten. Dat is, tot nu toe, de gezelligste plek volgens ons.
We willen Monks Hill bekijken, dat zo te zien op een plek ligt waar je mooi uitzicht over Falmouth Harbour zou kunnen hebben. Volgens de kaart zou dat een goede weg moeten zijn, maar als wij daar aankomen, draaien we meteen weer om. Hier hebt je een echte terreinwagen voor nodig. Jammer.
Bij de Mad Mongoose proberen we allebei een cocktail uit die er beter uitzien dan ze smaken. Nou zijn ze ook niet duur en aan de hoeveelheid alcohol ligt het ook niet, maar ze zijn niet helemaal onze smaak. Kan gebeuren natuurlijk. Na die ene stappen we over op het bier.
Op de grote boten in de haven brandt veel licht en je kunt zo binnen kijken in de verlichte salons. Er is helemaal niemand te zien.

Vrijdag 13 februariAntigua
Vandaag gaan we snorkelen tussen de roggen bij Seaton. Op de folder ziet het er mooi uit, maar je moet altijd weer afwachten. Toen we eergisteren reserveerden, stond er een man of vijftig te wachten. Nu zijn het er maar acht. Gelukkig is het weer overwegend zonnig (dit in tegenstelling tot de weersverwachting, die alleen bewolking voorzag). Op de wal staat een aantal kooien met tropische vogels en leguanen. Daartussen zitten hele kleine hagedissen waarvan de oranjekleur erg opvalt. Mooi.
Het is een paar minuten varen, de open zee op, naar een platform waar de boot aanlegt. Er is een soortement zandbank waar het water ongeveer een meter diep is, zodat je overal kunt staan. Overal in het water zien we grote donkere plekken: de roggen. Rog bij Seaton - Antigua, CaraïbenZe zijn een stuk groter dan we verwacht hadden. Inclusief staart zijn ze ongeveer twee meter lang en anderhalve meter breed. Ze zwemmen erg dichtbij, soms tegen je aan of gewoon over je heen. Dat is even schrikken, maar ze bijten niet. Het zijn geen agressieve dieren. Erg indrukwekkend. We mogen ze even vasthouden, kleine inktvisjes voeren en ze knuffelen. Een uur lang blijven we in het water en we verbazen ons over de hoeveelheid roggen die er zit. Wij vinden het erg imponerend.
Na afloop kunnen we douchen en een glas fruit- of rumpunch krijgen.
Betty's Hope is een oude suikerplantage waar een museumpje is ingericht. Een molen is gerestaureerd en staat er mooi bij.
Dan rijden we naar de kust naar Half Moon Bay, een van de mooiste stranden volgens de folders. We nemen een liftster mee, die in Freetown moet zijn. Betty's Hope, CaraïbenWe rijden een paar honderd meter om om haar voor haar deur af te zetten. Half Moon Bay is prachtig. Mooi blauwgroen water in allerlei tinten en een wit strand met palmbomen. Barretje er bij waar we een cola drinken. Je moet hier wel zonnig weer hebben, anders kleurt het water niet en is er niks te zien.
Het links rijden gaat Martijn heel gemakkelijk af. Als je dat blijkbaar maar regelmatig doet, geeft dat geen problemen. De wegen in Antigua zijn slecht. Er zitten veel verkeersdrempels die aangegeven worden met witte strepen op de weg, maar de vele, soms diepe gaten zijn niet altijd even goed zichtbaar. Van richting aangeven hebben ze hier blijkbaar nog niet gehoord en velen zouden hun remlichten wel eens mogen controleren. Toch gebeuren er, zo te zien, weinig ongelukken.
Er is een mooie zonsondergang. De zeilschepen liggen op de voorgrond voor een kleurige lucht. Dat duurt weliswaar niet lang, maar toch. Het is mooi.
Bij het eten drinken we een witte wijn, een Chileense Sauvignon blanc. Die staat in een koeler op onze tafel en omdat de bediening de vrij grote glazen heel erg vol schenkt, is de wijn snel warm. Uit de koeler vissen we klontjes ijs die we bij de wijn doen. Onder het genot van muziek van de Doors en de Rolling Stones genieten we van ribs en nachos.
Overdag is het rond de 30° en 's nachts is het nooit koeler dan 25°. Lekker dat je altijd naar buiten kunt zonder aan een jas of trui te hoeven denken. Ook prettig, dat er overal wifi is.


Zaterdag 14 februariNaar Dominica
Om 6:30 uur horen we een goede regenbui vallen. De eerste echte serieuze regen deze vakantie. Als we opstaan is bijna alles al weer opgedroogd.
Vandaag vliegen we naar Dominica, wat 750 km² groot is en waar 75.000 mensen wonen. Het is heuvelachtig en om het vliegveld te bereiken vliegen we door een dal. Aan weerszijden zien we beboste hellingen.
Een taxi brengt ons in een kleine anderhalf uur naar ons appartement. De wegen zijn uitstekend. Het land is erg groen en heuvelachtig. Er zitten veel bochten in de weg.
Het laatste stuk moeten we door Roseau, de hoofdstad van het land. Hier is het erg druk en zijn de wegen vol. Onze chauffeur kent de weg en via allerlei kleine straatjes waar we maar net door passen, bereiken we Titiwi in Citronier, iets ten zuiden van de stad aan de kust. Roseau - Dominica, CaraïbenWe hebben een klein appartement en kunnen alleen bij het zwembad buiten zitten. We maken een praatje met de eigenaars en krijgen een kubuli, een plaatselijk biertje aanboden. Nieuw land, nieuw bier. Ook dit smaakt goed.
Bij Anchorage Hotel bestellen we een walvistocht voor morgen en lopen daarna naar Roseau in twintig minuten. Er rijden een hoop busjes, die je aan kunt houden en voor 1,75 XCD kun je dan mee.
Het is lawaaiig in de stad. Uit sommige cafés komt zulke harde muziek, dat wij elkaar op vijftig meter afstand daarvan niet kunnen verstaan. Men is bezig met de voorbereidingen van het carnaval van a.s. maandag en dinsdag.
We moeten nog een kaartje voor de boot naar Martinique kopen voor vrijdag, maar dat kan pas woensdag, ná de carnaval. Tot die tijd is het kantoor gesloten. We zien wel.
In de haven ligt één cruiseboot, niet zo'n hele grote. Het lijkt er op, dat deze snel zal vertrekken en wij zakken op een terrasje er tegenover neer om alles gade te slaan. Met een kubuli, uiteraard. Ze hebben hier echter zo'n slechte omrekenkoers, dat we met US$ betalen. Het eigenlijke geld is de Oost-Caribische dollar, maar voor alle toeristen van de boten, staan alle prijzen in US$ vermeld. Een biertje kost hier US$ 3 en omgerekend zou dat XCD 8 moeten zijn; zij rekenen echter XCD 10. Dat is wel heel makkelijk verdiend.
We wandelen door de straatjes en zien veel kleurige huizen. Overal tussen de huizen en de straten staan kraampjes met parasols er boven en verkoopt men van alles en nog wat. En zoals al eerder gezegd: veel herrie.
's Avonds warm eten wil hier wel wat problemen geven. Lunchen is geen enkel probleem en dan is er volop keus, maar 's avonds zijn de meeste tentjes dicht.
We gaan terug naar het appartement en doen onderweg boodschappen voor het ontbijt. Even later zien we een mooie zonsondergang. Het regent soms heel lichtjes. Het is niet voor niets een heel groen eiland en er valt veel regen. Cocktails - Dominica, CaraïbenDichtbij vinden we verschillende open restaurantjes en we kiezen een taverne. Er komen redelijk wat mensen eten. Het is vandaag Valentijnsdag en daarom is er een speciaal menu voor twee. Je kunt het ook alleen eten, maar dan is het duurder dan de helft. Het kaarsje op tafel is een hartje en na afloop krijgen we mierzoete harten in een zakje mee. Die gaan we tijdens de carnaval wel weggeven.

Zondag 15 februariDominica
Na het ontbijt lopen we naar Roseau om nog meer boodschappen te doen en te pinnen. Aan de haven is volgens ons een soort pre-carnaval gaande. 's Morgens om tien uur blèrt de muziek over de straten en ziet iedereen (wij niet) al aan het bier.
We snorkelen voor de deur van het appartement. Er zitten wel wat vissen, maar niets bijzonders.
's Middags maken we een tocht met een grote catamaran en gaan we op zoek naar walvissen, maar meer dan tientallen dolfijnen zien we niet. Geen walvissen. Jammer. Een lekkere ontspannen tocht behalve dan die paar dronken toeristen die teveel rumpunch drinken.
We eten in het Anchorage Hotel waar we de keuze hebben uit vis, kip of vegetarisch.

Maandag 16 februariDominica
Carnaval - Dominica, CaraïbenHet is carnaval vandaag en morgen. Vandaag meer voor de kinderen, morgen voor de volwassenen. Om 10:00 uur zijn we in Roseau waar het al druk is. Zo vroeg op de dag zijn er al heel veel erg dronken mensen. Het valt ons op, dat altijd iedereen op slippers loopt: 's morgens, 's middags en 's avonds. Vandaag draagt iedereen dichte schoenen.
Veel vrouwen zijn verkleed; velen dragen een heel kort strak broekje met netkousen in allerlei kleuren. Het maakt niet uit of ze slank of dik zijn. De mannen dragen afzakkende broeken. Er wordt veel gedanst. En dat kunnen ze allemaal. Wat zijn wij West-Europeanen toch stijf. Al zouden we net zo dansen als zij, bij ons ziet het er heel anders uit. Wij kunnen niet zo schudden met die billen.
Het centrum is afgezet en er rijden verschillende grote wagens met muziekinstallaties. De keiharde muziek dendert helemaal door ons heen. Om een uur of elf begint de parade. Elf uur wil zeggen: ergens tussen half elf en twaalf uur. Carnaval, CaraïbenEr worden veel maskers gedragen en soms hele warme pakken. Op verschillende punten staan vrachtauto's waaruit iedereen voorzien wordt van drank. Water en natuurlijk ook rum, de nationale drank hier. Veel toeschouwers dragen een klein rugzakje met een drinkriet en wij vermoeden, dat in de meeste geen water zit...
De optocht komt tegen twaalven op gang. Hij is nauwelijks bezig of hij valt stil. Dat duurt wel een half uur. Toch blijven de meeste gewoon dansen. Er zijn veel groepen met kinderen die de naam van de school meedragen en er zijn allemaal thema's. Eigenlijk net als bij ons, maar hier is veel meer hele harde muziek en er wordt veel meer gedanst. Veel kinderen dragen kraaltjes in het haar wat erg leuk staat. Een groep is helemaal zwart gemaakt. Híer is dat geen enkel probleem... Een andere groep loopt op hele hoge stelten, maar dan zonder de handgrepen. Ze zijn zowat anderhalve meter hoger dan de gewone mens. Hun voeten en benen zitten vastgebonden en daarover dragen ze lange broeken en jurken die bijna op de grond komen. Ze dansen de hele tijd en heel erg lenig. Wat moet dat een hoop energie kosten om zo'n parkoers af te leggen. We kunnen ons niet voorstellen, dat dat pijnvrij gaat, maar ze gaan constant breed lachend door.
Ook hier is de moderne techniek doorgedrongen en we zien twee drones boven de parade in de lucht hangen.
Carnaval - Dominica, CaraïbenOveral staan kraampjes waar drank en eten verkocht wordt. Wij beginnen pas om 14:00 uur aan het bier als de tocht voorbij is. We vinden een kleine lokale kroeg annex restaurant waar ze o.a. een enorme fles rum hebben staan (vijf liter of zoiets). Sommige vrouwen dansen af en toe in hun uppie door de ruimte en zowaar doen sommige mannen dat ook.
Al met al is het een gezellige drukte, maar als we terug lopen naar het appartement, zijn we blij, dat we uit de herrie zijn.

Dinsdag 17 februariDominica
Vandaag is het de beurt van de volwassenen. Als we tegen elven in het centrum komen, is de parade net begonnen. We zagen een groot cruiseschip in de haven liggen en zien alle toeristen op straat. Gisteren was het zo lekker rustig.
Ook nu veel harde muziek en veel Caribische dansgroepen. De mensen die in de parade meelopen, zijn verkleed; de kijkers niet. Alle mensen zijn mooi opgemaakt, dragen maskers, veren, netkousen, strakke korte broekjes, hoge hakken. Een paar danseressen zijn helemaal blauw, maar dan ook helemaal. Een mooie felle kleur blauw. Carnaval - Dominica, CaraïbenVerder dragen ze alleen een klein broekje, minieme borststukjes en veren op het hoofd. Prachtig. Op wieltjes rijden grote aangeklede hoepels en in elke hoepel danst een miss: miss Dominica, miss Intelligence, miss Carnaval en zo zijn er nog wel een paar. Allemaal zijn ze even trots en poseren ze graag voor de foto's. Ook vandaag lopen er steltlopers mee. Ze lijken nog langer dan die van gisteren. De tocht is wat langer; zowel wat meelopers als parkoers betreft. Achter elke groep rijdt een vrachtwagen met een grote koelkast waarin flesjes water, fris, bier en rum zit. Dat is ook wel nodige bij deze warmte. Ook een brassband ontbreekt niet. Soms komt uit een zijstraat ineens nog een groep opduiken, die in de parade schuift. De meeste groepen doen twee rondjes, sommige maar eentje.
Veiligheid voor alles en bij de steltlopers en de danseressen lopen mensen met koorden om de hele groep, zodat niemand te dicht bij hen in de buurt kan komen en daardoor de mensen uit balans brengt.
En natuurlijk zijn hier ook weer Japanners die met al die mensen op de foto moeten. En mensen die pal voor je gaan staan als je net een foto aan het maken bent. Als wij dan voor hen gaan staan, worden ze kwaad.
We gaan weer naar dezelfde kroeg als gisteren waar het bier rijkelijk vloeit. We zitten met onze rug tegen de muur en voelen de muziek letterlijk dreunen. Carnaval - Dominica, CaraïbenDe parade komt hier nog een keer langs en bij sommige groepen gaan we nogmaals kijken.
's Avonds zijn twee restaurants waar we willen gaan eten, gesloten. We lopen naar Roseau waar het feest nog in volle gang is. Vrachtwagens met geluidsboxen rijden langzaam door de straten en overal staan dranktentjes langs de kant van de weg. Er is alleen niks te eten, alleen drank. Dan gaan we maar weer terug en naar Hotel Evergreen waar we gisteren ook gegeten hebben. We komen langs de bussenstandplaats en afhankelijk welke richting je uit moet, word je een bus gewezen. Die vertrekken pas als ze vol zijn. Er zit pas één iemand in, maar binnen vijf minuten zijn we met z'n achttienen (het is een gewoon bestelbusje, wel veel kinderen) en kan de negentiende er echt niet meer bij. Binnen de kortste keren zijn we terug voor 2 XCD per persoon.

Woensdag 18 februariDominica
Eerst moeten we de boot boeken voor de tocht naar Martinique op vrijdag. Martijn krijgt € 10 korting omdat hij 60+ is. Mooi meegenomen toch?
We wandelen door de plaats en het stikt van de toeristen van de cruiseboot. Overal rijden busjes met mensen die een tochtje maken. We wandelen naar de Botanische tuin aan de rand van Roseau. Botanische tuin - Dominica, CaraïbenVeel mooie bomen met bloemen in allerlei kleuren en vruchten, zoals de sausage-tree. We lopen een stukje naar boven over een goed pad. Veel mensen komen hier waarschijnlijk niet, want er zitten heel veel hagedissen die alle kanten op rennen als ze ons horen of zien. De meeste zijn klein en zwart, grijs of bruin, maar er zit ook een grote soort die blauw gespikkeld is. Boven kun je ook met de auto komen en al die toeristenbusjes komen hier ook. En overal waar die toeristen komen, staan souvenirstalletjes. We hebben hier namelijk prachtig uitzicht op de stad met z'n veelkleurige daken, het grote stadion en natuurlijk die lelijke cruiseboot.
Het kleine museum brengen we ook nog een bezoek.
Af en toe regent het ietsje vandaag, maar meestal schijnt toch de zon. Altijd is het warm.
Tijd voor siësta.
Om een uur of vijf gaan we bij het zwembad zitten om naar de zonsondergang te kijken. Er lopen zoals overal veel kleine hagedissen rond. Ze zien er vrij gewoontjes uit, totdat er eentje zich op zijn poten verheft, z'n staart de lucht insteekt en een hele dikke nek krijgt. Even later zet hij een grote knalgele keelzak op. Prachtig gewoon. Hagedis - Dominica, CaraïbenHij probeert indruk te maken op de vrouwtjes, maar heeft zo te zien weinig succes. Dit soort hagedissen blijken pas een jaar of tien op Dominica te zitten en men denkt dat ze met Chinese vrachtboten zijn meegelift. Men is er niet blij mee, want ze zijn agressief. Zeggen ze. Hoe kan zo'n beestje van 18 centimeter nou boosaardig overkomen? Hoe dan ook, met zo'n keelzak vinden wij ze mooi.
De soort die hier sinds jaar en dag voorkomt, zijn de doorzichtige hagedisjes die we ook wel hebben gezien.
We eten 's avonds bij de Mexicaan en moeten XCD 10 p.p. toegang betalen, omdat er een liveband optreedt. Dat doen we en we hopen, dat de muziek niet al te hard zal staan. Het loopt aardig vol met verrassend veel mensen met kleine kinderen en wat blijkt: iedereen kent iedereen. Alleen twee mannen en wij hebben niets met de rest te maken. Een gitaarspelende man zingt samen met een vrouw leuke liedjes. Niet te hard en fijne muziek.
Als afsluiting drinken we, voor de verandering, een mojito en een margarita.

Donderdag 19 februariDominica
We nemen een busje naar Champagne Beach. Zo'n busje heeft een vaste route en ergens op die route moet je dan gaan staan en je hand opsteken als een busje langs komt. Alle busjes zijn bestelwagens, maar niet alle bestelwagens zijn busjes. Dus de één zwaait vriendelijk en rijdt verder; de ander stopt en afhankelijk van je bestemming kun je mee. Er zijn geen tijden bekent; je moet gewoon wachten tot er wat langs komt. Je betaalt bij het verlaten van de bus. Ons is vertelt wat zo'n busje ongeveer moet kosten en gisterenavond klopte dat. Dus als deze chauffeur ons na dit korte ritje 10 XCD vraagt, lachen wij hem uit en geven XCD 5. Nog iets te veel, maar a la. De chauffeur vloekt en scheldt ons stijf, maar wij zijn niet onder de indruk en meer krijgt hij niet. Als we de prijs van de andere ritjes in de loop van de dag bekijken, mag hij niet mopperen met die XCD 5 Die chauffeur probeert duidelijk toeristen op te lichten. Gelukkig zijn wij niet gek. Het is op zich geen groot bedrag, maar het gaat om het principe, vinden wij.
Scotts Head - Dominica, CaraïbenBij Champagne Beach is een keienstrand met een aardige branding. Er ligt een soort zwarte rubberen loper waarover je de zee in kunt lopen, maar dan wel als er net een grote golf is geweest. Het water wordt hier zo genoemd, omdat het op een stukje borrelende vulkaan ligt. Overal in het water stijgen belletjes naar boven. Geen ronde bellen, maar afgeplatte. Het lijkt alsof we in een groot glas champagne aan het snorkelen zijn. Heel apart. Daarnaast zitten er ook nog een hoop vrij grote vissen in allerlei kleuren. Prachtig. Gelukkig schijnt de zon wat alles extra mooi maakt.
Als we na afloop een cola zitten te drinken, ontdekken we in een naastgelegen boom leguanen. Je moet erg goed kijken om te zien, want ze zijn allemaal groen en de boombladeren zijn ook groen. We zien er wel een stuk of tien zitten. De één hangt lekker onderuitgezakt, de ander zit aan knoppen te eten. We hadden ze hier niet verwacht. De groene zijn de jonkies en worden bruin als ze ouder worden.
Een volgend busje brengt ons naar Scotts Head, het uiterste zuidwest puntje van het land. We lopen het laatste stukje naar Fort Cachacou dat op een schiereiland ligt en waar we geweldig uitzicht hebben over het dorpje en de baai. Aan de ene kant zien we de Caribische Zee, aan de andere kant de Atlantische Oceaan.
Ondergaande zon - Dominica, CaraïbenMet weer een ander busje gaan we naar Soufrière, wat men op z'n Engels uitspreekt: Sofrier. Ook hier is water wat van nature bubbelt. Wij genieten alleen van het uitzicht op Scotts Head. We missen bijna een passagier, die de chauffeur te laat opmerkt. Op één plaats wordt een gevulde plastic zak aan de chauffeur overhandigd, die hij in een volgend dorp aflevert. Het laatste busje brengt ons in twintig minuten naar Roseau. We komen langs ons appartement, maar gaan eerst nog naar de 'stad' om geld te pinnen en een biertje te drinken. Vandaag ligt er een nog grotere boot in de haven. Het wordt onze laatste kubuli in PJ's Bar, want morgen gaan we weer verder.
We lopen terug naar het appartement, want dat is wel gezellig. Overal zitten mensen buiten op stoelen en iedereen groet ons en sommige maken een praatje. Men leeft hier duidelijk op straat.
De temperatuur is altijd goed. Soms regent het, maar eigenlijk alleen 's nachts. Goed tegen het stof, denken we maar.


Vrijdag 20 februariNaar Martinique
Dat van die regen had ik niet moeten schrijven, want prompt regent het ook overdag. Nou is dat vandaag niet erg, want we hebben een reisdag: we gaan naar Martinique. De eigenaar van het appartement brengt ons naar de boot waar we vroeg aankomen. Men had gezegd, dat we twee uur van te voren aanwezig zouden moeten zijn, maar dan is er nog niets open. Even later komt er beweging en wordt er verteld, dat we tax moeten betalen. Ook dat loket is nog niet open. Maar goed, uiteindelijk gaat alles open: het taxbureau, de kaartjescontrole, de immigratie, de bagagecontrole. Daarna is het wachten op de boot. Wij zitten bij de uitgang naar de boot en een kwartier voordat die komt, drommen de mensen al naar voren, om vooral als eerste de boot op te komen. Als de boot er echt is, wordt er gedrongen en gedraagt men zich erg onbeschoft. Waarom er zo gedrongen wordt, is niet duidelijk. De boot is lang niet vol en er zijn vrije plaatsen te over. Er zijn ook niet echt aparte, mooie plaatsen of zo, alle stoelen zijn hetzelfde.
De bijna twee uur durende overtocht naar Fort-de-France, de hoofdstad, is een beetje ruig. Er zijn vrij hoge golven en soms regent het.
Martinique is van noordwest naar zuidoost ongeveer 60 kilometer lang, 1.100 km² groot en heeft ruim 400.000 inwoners. Het hoogste punt is de vulkaan Mont Pelée (1397 meter). Het is een Frans overzees departement (nummer 972).
We hebben hotel Savane geboekt en dat ligt op loopafstand in het centrum van de stad. We krijgen een mooie ruime kamer met een grote stortdouche in de badkamer (speciaal voor Martijn). Larraine-bier - Martinique, CaraïbenWe zijn te vroeg om in te checken, maar we kunnen de bagage achterlaten en gaan in een dichtbij gelegen café een biertje drinken. Het plaatselijke bier is Lorraine wat we in flesjes krijgen, maar ook krijgen we er glazen bij. Dat is weer even geleden. Meestal moesten we het doen met flesjes. We doen wat boodschappen: echt Frans met o.a. camembert, gerookte ham en sapjes. De koelkast op de kamer staat vol. Alleen het water, de thee en de koffie zijn gratis. De rest, waaronder champagne, moet je betalen. De drank is hier op het eiland wat duurder dan op de andere, het eten ongeveer hetzelfde.
Het is weer even wennen aan het eiland. Dit is een grote stad (de grootste van de Franse Antillen), men rijdt rechts, gebruikt de euro en de voertaal is Frans. Men spreekt verrassend weinig tot geen Engels. Ons Frans is beter dan hun Engels. En dat wil wat zeggen. Het is ook druk, er zijn verkeerslichten en als wij 'bonjour' roepen, steekt men de hand op. Niet om te groeten, maar om te bedelen.
Aan het eind van de middag lopen we wat rond door de straatjes, maar heel veel is gesloten en ziet er uit alsof dat al lang zo is.
Dichtbij het hotel zit Black Pearl en die heeft zowaar tapbier. Dat is voor het eerst tijdens deze reis. We eten hier binnen met o.a. entrecote met roquefortsaus. Smaakt prima. Na achten wordt het drukker in het restaurant en even later loopt het zelfs aardig vol. Als we later nog een rondje door de stad maken, blijken er toch maar weinig open restaurants te zijn. Er ligt in de haven wel een grote cruiseboot, maar die mensen eten waarschijnlijk allemaal op de boot. Als wij gaan slapen, zien we de boot nog liggen, 's morgens is hij verdwenen.

Zaterdag 21 februariMartinique
Schoelcher bibliotheek - Martinique, CaraïbenWe halen een lekker knapperig stokbrood en laten het ons samen met de camembert en ham goed smaken. Er staat een koffiecupjes-apparaat met helaas maar twee cupjes die wij lekker vinden. Maar die ene kop koffie bevalt ons wel weer.
We gaan vandaag de stad verkennen. We lopen naar de Schoelcher bibliotheek die in 1889 voor de wereldtentoonstelling in Parijs werd ontworpen door Henri Pick. Het gebouw werd daarna overgebracht naar Martinique en huisvest o.a. de bibliotheek van de beroemde Frans-Antilliaanse Victor Schoelcher (1804-1893), een staatsman die zich altijd hard had gemaakt voor de afschaffing van de slavernij, en deze bibliotheek moest zijn 10.000 boeken herbergen, die bestemd waren voor de opvoeding van de voormalige slaven. Zowel de buiten- als de binnenkant zijn prachtig om te zien. De bibliotheek is gewoon in gebruik.
Zowel de toeristinformatie als het Fort Saint-Louis zijn vandaag gesloten. We komen er niet achter waarom. Misschien omdat er vandaag geen grote cruiseboot in de haven ligt? Daarom dwalen we door de straten op zoek naar een autoverhuurbedrijf, dat volgens het personeel van het hotel in een bepaalde straat zou moeten zitten (het zou ook vandaag gesloten zijn), maar dat we niet kunnen vinden. De winkels en markten zijn open, de straatjes zijn smal en het ziet er allemaal gezellig uit. We lopen een stukje naar boven om mooi uitzicht over de plaats te krijgen.
Na drie uur slenteren zijn we toe aan een tapbiertje.
's Avonds eten we bij de Mexicaan. Iedereen drinkt hier cocktails. De een ziet er nog mooier uit dan de ander. We eten lekker ribbetjes en nachos met een biertje. Als afzakkertje nemen we een mojito XL. Die krijgen we in een grote jampot waarvan de draairand er gewoon op zit. Twee rietjes erbij en lekker drinken. Smaakt heerlijk.

Zondag 22 februariMartinique
Fort Saint-Louis is weer open en kan alleen bezocht worden met een tour met een gids. Er ligt een cruiseboot in de haven en daarom zijn er volop toeristen. Alleen is er hier vandaag helemaal niets te beleven. Het fort is het enige dat open is. De winkels zijn gesloten, de musea zijn gesloten, de autoverhuurbedrijven zijn gesloten, de bibliotheek is gesloten.
We schrijven ons in voor het fort Saint-Louis, dat in de 17e eeuw werd gebouwd. In 1674 probeerde de Hollandse admiraal Michiel Adriaanszoon de Ruyter het eiland Martinique te veroveren op de Fransen, maar hij werd verslagen vanuit dit fort. Martinique leek onoverwinnelijk te zijn.
De tour zou een uur duren, maar de gids gaat er snel doorheen. Fort Saint-Louis - Martinique, CaraïbenHet dreigt n.l. te gaan regenen en hij wil ons in ieder geval het uitzicht laten zien terwijl het nog droog is. Mooi uitzicht, wat ook meteen het enige interessante is. Er is niet veel meer te zien en de gids vertelt weinig. Het begint te gieten en worden doorweekt. Daarna heeft de gids er helemaal geen zin meer in en worden we na drie kwartier al bij de uitgang gedropt. En dat terwijl we de helft van de tijd binnen hebben geschuild. Zonde van de € 8 p.p.
We dwalen nog wat door de straten, maar alles ziet er troosteloos uit, omdat alles dicht is. De zon is wel weer gaan schijnen, maar er is werkelijk helemaal niets te beleven op zondag.
Dan maar weer een Lorraine van de tap. Daarna checken we in voor de vlucht van morgen naar huis.
's Avonds blijkt zelfs de helft van de restaurants die gisteren open waren, vandaag gesloten. Zo blijft er wel heel weinig keus over. We gaan naar Black Pearl die wel open is. Het menu is alleen in het Frans, wat we grotendeels begrijpen, maar een paar woorden niet. De gerant spreekt amper Engels en vertaalt 'boudin' in kip. Het blijken loempia's gevuld met kaas en worst. Ook lekker.
Wijn kun je kopen per 0,125 liter, per 0,25 liter, per 0,5 liter of per 0,75 (fles). Als je 0,5 liter + 0,25 liter koopt, ben je goedkoper uit dan per fles. Het is dezelfde wijn die uit de fles in de diverse karafjes wordt gegoten.

Maandag 23 februariMartinique, naar huis (dachten we)
Vanavond om 19:30 uur vertrekt de vlucht naar huis. Om deze laatste dag door te komen, willen we een auto huren. In het centrum zit wel een bedrijf, maar die heeft geen auto's vrij. We laten ons met een taxi naar het vliegveld brengen (dat is de enige mogelijkheid, er rijden geen bussen of zo) en daar zijn verschillende maatschappijen die auto's verhuren. Een aantal heeft er geen te huur, maar Budget Cars wel. Deze kost € 62 + € 6 vliegveldkosten. Volgens ons is dat samen € 68, maar die mevrouw telt het op en komt op € 126. Wij zijn toch niet gek, of wel? Wij gaan naar een volgende balie: Hertz. Vaak duurder dan anderen, maar ze hebben een auto voor € 71 + € 6 (opgeteld € 77). Met een busje worden we naar de parkeerplaats gereden, waar het eigenlijk verhuurkantoor staat. Er zijn mensen voor ons, anderen dringen voor, een mevrouw is een stapel papieren van links naar rechts, van rechts naar links en weer terug aan het schuiven. Blijkbaar heeft men geen zin om ons te helpen. Sacré Coeur - Martinique, CaraïbenZe zoeken het maar uit; wij houden het snel voor gezien. Tien meter verderop zit Avis en daar hebben we binnen een minuut een auto geregeld. Daar kun je tenminste wat mee.
We krijgen een landkaart mee en zijn snel op weg. Af en toe regent het, af en toe schijnt de zon. Het is altijd warm. We rijden naar het noorden over de N3 en komen bij de Sacré Coeur. De koepelkerk is geïnspireerd op zijn naamgenoot in Parijs in Montmartre en is in 1923 gebouwd als gedenkteken voor de gevallenen in de Eerste Wereldoorlog.
De Jardin de Balata laten we links liggen, omdat we € 13 te veel vinden voor een tuin. Bovendien regent het en natuur zien we hier overal. De weg is kronkelig en de hellingen staan vol varens, hele hoge bamboe- en regenwoudbomen vol lianen en bromelia's. De Pitons, de bergtoppen, zitten grotendeels in de nevels. We steken door naar de Caribische kust, dwars door bananenplantages en komen in St.-Pierre. Dat was ooit het 'Parijs van de Antillen', totdat in 1902 de Mont Pelée uitbarstte. Er waren twee overlevenden. De huidige bewoners leven tussen de ruïnes van de verwoeste stad.
In Case-Pilote lopen we een rondje door het dorp. Het is er zeer rustig, maar we vinden nog wel een tentje waar we cola kunnen drinken.
We volgen de weg over het schiereiland in het zuidwesten van het land. Mooie wegen en er zouden mooie stranden moeten zijn, maar het weer zit hiervoor niet mee. Geen mens te zien.
We zijn vroeg op het vliegveld en moeten een poos wachten. Vooral omdat onze vlucht twee uur vertraging heeft. We krijgen instapkaarten en kaartjes voor de bus in Parijs. Instapkaarten voor het laatste stuk kan niet. In Parijs moeten we van vliegveld Orly naar Charles de Gaulle, waarvoor we 3u10 de tijd zouden hebben. Nu is dat nog maar 1u20. Mojito XL - Martinique, CaraïbenIn de tijd moeten we onze bagage ophalen, met de bus naar het andere vliegveld en inchecken. De man achter de balie zegt, dat we dat makkelijk redden, maar als je weet, dat zo'n busje er drie kwartier over doet, dan weten wij het wel. We zullen het zien.
We denken, dat het verhaal nu zo'n beetje af is, maar dat krijgt nog een staartje.
Hebben we de aansluitende vlucht gehaald? Ja, maar wel 24 uur later.
Volgens plan vertrekken we om 21:30 uur naar Parijs. Na ruim anderhalf uur zien we op de route-informatie, dat het vliegtuig omkeert. Wij denken, dat iemand aan de knoppen heeft gezeten, maar we gaan echt terug! Het blijkt, dat er iemand dringend medische hulp nodig heeft en Martinique is de dichtstbijzijnde luchthaven. Telkens wordt er wat in het Frans omgeroepen en een heel enkele keer volgt er iets in het Engels. Ik geloof, dat er maar vier niet-Frans sprekende mensen aan boord zijn. Bovendien kent men geen Engels, ook het personeel niet. Onze buurman kan in slecht begrijpbaar Engels wel iets vertalen, zodat wij ook wat weten.

Dinsdag 24 februariNaar huis
Eenmaal terug wordt de patiënt van boord gehaald en wij moeten blijven zitten. Wij denken niet, dat we nogmaals richting Frankrijk gaan, want de piloten mogen niet zo lang achter elkaar vliegen. Dat blijkt ook zo en even later verlaten de mensen met kinderen en de hulpbehoevenden als eersten het vliegtuig. Zij worden waarschijnlijk naar een hotel gebracht, want wij zien die niet meer terug. Dan gaat iedereen er uit en halen we de bagage op. Weer wachten en berichten in het Frans. Even later komen op de lopende band een heleboel opklapbedden en nog wat later een hele stapel dekens. Voor de Martiniquanen worden taxi's naar huis geregeld, de rest zoekt in de aankomsthal een plekje om te slapen. We zetten de bedden in elkaar, zetten het maskertje voor de ogen op, dat we uit het vliegtuig meegenomen hebben, doen oordopjes in en proberen te slapen. Het is ondertussen 3:30 uur in de ochtend. Overnachten op vliegveld - Martinique, CaraïbenMisschien dat we anderhalf, twee uur hebben geslapen. Veel is het niet. De hele nacht zijn de toiletruimtes open gebleven en al heel vroeg worden ze schoon gemaakt. We krijgen bonnen voor ontbijt, eten croissants en drinken koffie en water. Iedereen is op zoek naar een stopcontact om telefoons op te laden. Wij halen onze verloopstekker te verschijn. Dat scheelt weer twee plekken waar gretig gebruik van gemaakt wordt.
Er komen bussen en handdoeken en in groepen van vijftig mensen kan in een sporthal gedoucht worden.
In de tussentijd krijgen we bericht, e-mails en sms'jes dat de vlucht naar Parijs gepland staat voor 17:10 uur, dat we woensdagochtend om 6:10 uur in Parijs aan zullen komen en dat de vlucht naar Amsterdam is overgeboekt naar 11:40 uur. Dezelfde tijd als gisteren.
Dus als het goed is, komen we 24 uur later thuis dan gepland.
Tegen twaalven kunnen we onze bagage inchecken. Er staat natuurlijk een hele rij, want iedereen is hier al en niemand heeft wat anders te doen. Eindelijk zijn wij aan de beurt, terwijl de rij achter ons alleen maar groter wordt. En waarom, waarom, hebben ze niet iedereen dezelfde stoelnummers gegeven als gisteren. Het zijn allemaal dezelfde mensen, geen wijzigingen. Nou krijgen wij dus geen stoel aan het raam. Martijn heeft die nodig, omdat de plaatsen zo krap zijn, dat hij niet onderuit kan zakken en tegen het raam kan hij zijn hoofd kwijt. Wij willen dezelfde plaatsen als gisteren. Het kan niet. Alles is vergeven. En al die mensen achter ons dan? Zit daar dan helemaal niemand van aan het raam? Ze hebben nog wel één plekje, maar dan kunnen we niet bij elkaar zitten. Willen we niet. Wij willen onze oude stoelen. Kan niet. Wij houden onze poot stijf en houden alles op. Tenslotte hebben ze die problemen zelf veroorzaakt door met stoelen te gaan schuiven. Eindelijk wordt er een mevrouw (de baas?) bijgehaald die het ons uitlegt. Wij begrijpen het heel goed en zeggen, dat ze de stoelen van iemand anders dan maar moet wijzigen. Uiteindelijk gebeurt dat. Hé, hé. Was dat nou zo moeilijk.
Op de instapkaarten staan ineens ook de stoelen voor de vlucht van Parijs naar Amsterdam. Gisteren kon dat niet. Maar als we onze buskaartjes voor de reis van vliegveld Orly naar Charles de Gaulle willen wisselen, omdat die verlopen zijn, kan dat weer niet en moeten we dat in Parijs regelen. Gaan we doen.
We krijgen een bon voor een warme lunch, waar een aardige rij staat. Aan de kouwe kant is het rustig. Wij gaan daar allebei een groot stokbrood bestellen, wat mag als we niets van de warme kant nemen. Je kunt er frisdrank bij krijgen, maar wij zijn toe aan een biertje, bestellen dat en zeggen, dat we die wel betalen. De mevrouw aan de kassa knijpt een oogje toe en geeft ze ons gratis mee. Eigenlijk niet gek, want wij zijn zo een stuk voordeliger uit dan aan de warme kant.
De vlucht gaat nu op tijd en ...

Woensdag 25 februariNaar huis
… om 6:30 uur landen we op Parijs Orly. De vlucht naar Amsterdam vertrekt vanaf Charles de Gaulle. We hebben maar liefst 3,5 uur nodig om onze bagage op te pikken, de verlopen buskaart te laten vervangen een nieuwe, met de bus mee, bagage inleveren (we zijn al incheckt). 3,5 uur! Het moet niet gekker worden. We moeten verschillende keren de weg vragen, want alles staat vrij slecht aangegeven. Bij de bagage staan apparaten waar je zelf je label kunt printen, maar dat werkt bij ons niet. Bij niemand zo te zien, want de balie waar je dan je bagage af kunt geven, is helemaal leeg en bij de andere, waar men dat voor je doet, is het hartstikke druk. Wat heb je aan een systeem, dat niet werkt, maar waar wel meerdere mensen niks staan te doen.
Als het ook maar even anders kan, was dit de laatste keer, dat we zo'n vlucht nemen waar je moet reizen tussen de twee vliegvelden van Parijs. Het kost veel te veel tijd en is veel te veel gedoe.
De vlucht gaat op tijd en op Schiphol komt onze bagage snel en vertrekt de trein naar Utrecht binnen een paar minuten en zijn we om 14:30 uur eindelijk thuis.

Hier staan wat extra foto's in de fotogalerij.

De reis hebben we zelf via Internet geregeld.