Vrijdag 18 septemberNaar Moremi Game Reserves - 114 km
‘s Morgens nemen we een laatste douche op de camping.
Alle spullen worden op een hoop gezet. Alle flessen water, cola en bier staan op een kleed. Wat een hoeveelheid! Carlo is op het lumineuze idee gekomen om alle flessen en blikjes te merken, zodat er later geen misverstanden over kunnen ontstaan.
We gaan verder met de open truck en er is een aparte wagen voor de bagage. De auto waar we in zitten, is een open auto met dak. Er zitten geen deuren in en er zijn instapjes waar precies een voet inpast, zodat je jezelf omhoog kunt hijsen.
Op de camping zitten veel vogels, waaronder een gele neushoornvogel en een withelmklauwier.
We rijden vandaag naar Moreni Game Reserve.
Moremi Wildreservaat: Dit beslaat ongeveer 3000 km² en ligt in het noordoostelijke deel van de Okavango Delta. Moremi bestaat uit moerasachtige waterlandschappen en droog savanneterrein met een dichte begroeiing van acacia's. Dit laatste deel grenst aan het ten noorden ervan gelegen Chobe National Park. Omdat de grenzen met de Okavango Delta en het Chobe National Park niet omheind zijn, kan het wild zich vrijelijk verplaatsen.
Al snel houdt het asfalt op en we moeten een bril opzetten tegen de wind. Via de South-gate rijden we het park in. We gaan eerst lunchen, want hier mag dat nog. Eenmaal in het park, mag je de auto niet uit, alleen op de campingplaatsen is dat toegestaan. Hier komen de gele en grijze neushoornvogels op onze lunch af. Ook grijze gespikkelde vogels. Als we verder rijden naar het de campingplaats zien we wat zebra’s en een paar overstekende wrattenzwijnen. Verder niet zoveel.
We maken een kamp op een ‘camping’. Voor ons ziet het er gewoon uit als een open plek zoals er wel meer zijn. We zetten de tenten op in een kringetje op een stukje schaduw. Het bier en de wijn zetten we koud in de koelbox. De waterfles stoppen we in een natte sok en zetten die in de wind. Dat koelt ook lekker.
Om 16:30 uur gaan we gamedriven. We zien niet zoveel: een giraf, ver weg een paar hippo’s, een krokodil nog verder weg, een olifant, een paar zebra’s erg dichtbij en honderden impala’s.
Het bier is koud genoeg en glijdt makkelijk onze stoffige kelen in. Ook de rode wijn smaakt prima. Zeker voor dat geld: € 12 voor vijf liter. We eten een kudu-stoofpot met rijst. Erg lekker.
We moeten ‘s nachts de tenten helemaal afsluiten, alleen het muskietennet boven mag open blijven. Het is niet veilig ‘s nachts. Alle wilde dieren kunnen zo tussen de tenten lopen.
Zaterdag 19 septemberMoremi Game Reserve
Net voor het licht wordt, staan we op. Het water voor de koffie en thee is al warm en we eten er een sopkoekje bij. Het is frisjes, bewolkt en we trekken wat aan tegen de kilte. We gaan vier uur wild bekijken en in de open truck is een trui wel lekker.
We zien veel impala’s, een paar zadelbekooievaars, een gier, wat arenden, zebra’s, een olifant en een giraf. We rijden door de North-gate het park uit en komen in een kleine nederzetting. Maar al snel is het weer alleen wildernis wat we zien. We volgen leeuwensporen, maar die verdwijnen de bosjes in. Toch zien we even later drie leeuwinnen lekker liggen uit te buiken. Dat denken we tenminste, want die ene heeft wel een heel erg bebloede bek. We kunnen heel dicht bij ze komen en mooi fotograferen. Prachtige koppen hebben ze. We bekijken ze een poosje en ze worden ons beu. Ze staan op en lopen vlak voor de auto langs de bosjes in. Prachtig. We zien een krokodil met open bek, wat apen, een ijsvogel en een eenzame hippo. Even verderop liggen vier leeuwinnen met een leeuw. Die is helemaal gaaf. Wat een geweldige kop haren heeft hij. Dat is goed te zien, want hij ligt op slechts een paar meter van de auto. Ze liggen te rusten, maar houden ons wel in de gaten. Ze dreigen telkens in slaap te sukkelen, maar ze proberen zich wakker te houden. Prachtig zo’n kop met manen. Die zit wel vol met vliegen, maar daar schijnt hij geen last van te hebben. We kijken een hele tijd. Geweldig! Het schijnt trouwens dat er hier meer luipaarden zijn dan leeuwen. Leeuwen worden hier niet zo vaak gespot.
Dichtbij horen we geblaas en we zien een mangoest uit een termietenheuvel klimmen en in onze richting blazen. Hij hoopt ons daardoor weg te jagen, wat natuurlijk niet lukt. Hetzelfde proberen de eekhoorns op de camping en het duurt lang voordat ze door hebben, dat wij niet van plan zijn om weg te gaan.
We lunchen uitgebreid met gebakken ei, bonenprutje, pastasalade en guacamole. De zon komt pas heel laat door. Daarvoor is het vrij ‘frisjes’. Als hij eenmaal schijnt, is het meteen bloedje heet.
Daarna is het rusten en we douchen in de douchetent waar een emmer water boven hangt.
Om 16:00 uur maken we weer een gamedrive die echter vrij teleurstellend is. We zien alleen wrattenzwijnen van dichtbij, een zadelbekooievaar, een visarend, wat zebra’, een gewone roller. En impala’s natuurlijk. Ook het afgekloven karkas met gieren. We zien amper andere toeristen. Af en toe een auto. Als we die zien, informeert men elkaar wat er waar gezien is.
Terug bij het kamp brandt het kampvuur al. De stoeltjes staan er in een halve kring omheen. Jeff en Brian, de gids, maken het eten, terwijl wij een biertje drinken. We hebben gelukkig nog geen mug gezien. Wel een schorpioen die ons in het kamp komt bezoeken.
Zondag 20 septemberNaar Savuti - 177 km
Vandaag rijden we naar Savuti dat in het Chobe NP ligt. Een tocht van 177 km waar we gemiddeld 25,6 km/uur over rijden.
Chobe National Park: Dit park is een beschermd natuurgebied van 11.700 km². Er is veel wild in dit park en er zijn grote kudden olifanten. Het interessantste stuk is het 50 kilometer lange, uitgestrekte gebied langs de rivier voorbij Kasane. De Chobe-rivier is ook de natuurlijke grens met Namibië. Veel dieren komen naar de rivier om te drinken, vooral in het droge seizoen. Chobe is het meest wildrijke park van Botswana. Het heeft een savannelandschap afgewisseld door bossen. Dit reservaat heeft alles te bieden op het gebied van het wildleven. Er is uitstekend grasland en er zijn waterdrinkplaatsen langs het Savuti Channel en de Linyanti-rivier.
´s Nachts worden we wakker van het hyenagehuil en een olifant die dichtbij in de bosjes boompjes loopt te kraken.
Hem bevallen de tentjes blijkbaar zo goed, dat hij tijdens het ontbijt met vier maten op de koffie komt. Machtig gezicht die olifanten op de kampplaats.
We staan op voordat het licht is om 5:00 uur, want de staf wil om 7:00 uur vertrekken. We ontbijten en maken een lunchpakket voor onderweg.
We rijden eerst naar de Mababe-gate van het Chobe Park, zo’n 125 kilometer verderop. Daarna is het nog 50 kilometer naar het kamp, dat ons is toegewezen. Dat heb je niet voor het uitkiezen, dat wordt voor je bepaald. We zijn op tijd weg en we maken er een grote gamedrive van. We zien veel bosjes en bomen met witte en paarse bloemen. We zien meer dan gisterenavond. Soms hoor je binnen de minuut: links olifant, rechts twee giraffen, links waterbokken, zes olifanten met kleintje, gnoes, wrattenzwijn. Ook zien we vijf wilde honden met een mooie vacht. Verderop ligt hun kluitje kleintjes. Verder een eenzame giraf onder een acaciaboom: het ultieme Afrikaanplaatje.
Het landschap verandert in bosjes in herfstkleuren met veel afgevallen blad, en dat terwijl het hier lente is.
We zien zwijnen, giraffen, kori bustards, gnoes, grondneushoornvogels en een groep van zo’n twintig mannetjesolifanten. Dat is uitzonderlijk, want gewoonlijk leven die in groepjes van vijf of zes samen. Het lijkt wel de gayparade. Ook is er een duidelijk hiërarchie. Sommige olifanten mogen wel drinken, anderen moeten wachten. In een poeltje verderop ligt een eenzaam nijlpaard, die net op tijd zijn bek opendoet voor de foto.
Eenmaal in Savuti is er veel geel gras met hele dorre boompjes, sommige met nog wat bruine bladeren. Er staat een enkel groen boompje tussen. Een wat sombere aanblik. Om 16:00 uur komen we bij het kamp aan. Ook vandaag geen camping, maar wild kamperen. Wel op speciaal daarvoor gereserveerde plekken, maar er is geen enkele voorziening. Het ligt aan een poel waar hippo’s wonen en met heel weinig schaduw. We hebben net de tent opgezet als een kudde olifanten komt drinken. Die hippopoel met de olifanten op de voorgrond is een prachtig gezicht. We moeten voorzichtig zijn, want aan de overkant staan wat buffels tussen de bosjes.
We gaan snel douchen, koud weliswaar, maar we knappen er lekker van op. We gaan nog even gamedriven en zien meerdere nijlpaarden met open bek. Een kudde van negen olifanten komt drinken.
Op het kamp wordt het vlees op het kampvuur gelegd en we drinken een koud biertje. We eten sjaslicks en grote worsten, salade en in de schil gekookte aardappel. Een andere kudde olifanten komt drinken. We zitten hier prachtig. We genieten.
Maandag 21 septemberSavuti 130 km
We staan weer vroeg op. Na het ontbijt vertrekken we voor een daglange gamedrive. We hijsen ons de auto in en rijden naar het centrale deel waar meer wild zit. Darvoor moeten we eerst 50 kilometer terug rijden, over dezelfde weg als gisteren en waar niet veel te zien is. Dat is niet zo leuk, want vanmiddag moeten we ook dezelfde weg terug. Zoveel wegen zijn hier niet. Die wegen zijn trouwens alleen te berijden met 4WD aangedreven wagens. Veel auto’s, campers, bussen en grote trucks kunnen hier niet komen. Het is frisjes vanochtend en tot 11:00 uur zitten we met jacks aan.
We zien o.a. een steenbok, een secretarisvogel, baltsende kori bustards, een kudde buffels en drie leeuwinnen. Het zijn grote vrouwtjes met prachtige koppen. De gewone rollers zijn schitterend blauw gekleurd als ze vliegen. Alleen zijn ze zo, zo moeilijk te fotograferen.
We stoppen bij een rotstekening die lastig te bereiken is. We moeten hoge steile rotsblokken beklimmen en er is dan een kleine tekening te zien. We zien een struisvogel wegrennen gevolgd door drie kleintjes. Verderop staan wat impala’s, giraffen en de nodige olifanten. De groep mannetjesolifanten staat weer (of nog steeds) in dezelfde poel te drinken en te poedelen. We zien veel olifanten vandaag.
Het landschap wisselt nogal, soms uitgestrekte grasvlakte, soms kale dorre boompjes, soms bloeiende witte en paarse bomen.
Om 15:00 uur zijn we terug in het kamp en hebben dan 130 kilometer gereden. Het kamp ligt er mooi bij. Veel gras, een paar bomen, struiken op de achtergrond en de hippopoel.
Het water voor de douche is op de bon. We slaan het maar een keertje over. Later wordt er nog een laatste emmertje uitgeperst, waarmee nog drie mensen het stof van zich af kunnen wassen.
Er komen vier olifanten aan waarvan twee kleintjes. In onze poel wonen vijf nijlpaarden: vier volwassenen en een jong. Die zien we duidelijk als we laat in de middag nog een gamedrive maken. Verder zien we wat vogeltjes die niet blijven zitten voor de foto. Het kamp ligt werkelijk geweldig. Het enige jammere is, is dat de lucht niet helemaal helder is. Er is een klein sikkeltje maan en dan zou de sterrenhemel geweldig zijn geweest door het weidse uitzicht dat we hier hebben.
We zitten ‘s avonds altijd om het kampvuur. Niet omdat het koud is, want we zitten gewoon in korte broek en T-shirt en er zijn geen muggen. Het eten smaakt zoals iedere avond uitstekend. Dat komt natuurlijk ook doordat we de hele dag in de buitenlucht zijn. We zijn net klaar met eten als we de hippo’s horen. Eerst een hoop gespetter in het water. Dat zouden ook olifanten kunnen zijn, maar even later horen we gegraas. Heel dichtbij. Onze zaklampen zijn niet sterk genoeg om wat te zien, maar de truck wordt in de goede positie gereden en zet zijn koplampen aan. Dan zien we het kleintje vrolijk ronddarren. Geweldig! Moeders zien we er een beetje achter staan. Die vindt het licht waarschijnlijk maar niets en begint het kind te roepen en even later zijn ze verdwenen.
Zoals iedere avond gaan we vroeg naar bed, want tenslotte moeten we ook vroeg op.