Zondag 16 februariAccra
Om 10:00 uur hebben we een kennismakingsbijeenkomst voor de rest van onze reis: met een truck van Dragoman naar Ivoorkust, Guinee en Sierra Leone. De crew, tevens chauffeur, bestaat uit twee vrouwen: Engelse Liz en Finse Tanja, en er zijn dertien reizigers, vijf mannen en acht vrouwen. Ze komen uit 3x Groot-Brittannië, 3x Verenigde Staten, 4x Australië en 1x Zwitserland.
We moeten hier meteen cfa’s voor Ivoorkust kopen, want dat schijnt daar niet altijd te lukken. Aan de grens kun je sowieso niet wisselen. Cfa’s komen hier niet uit de automaat, maar Liz heeft geregeld, dat er vanmiddag iemand komt om te wisselen. We geven het bedrag op, dat we willen en gaan cedi’s pinnen om ze te betalen. We slaan ruim in ondanks het feit, dat je ze in Guinee niet kunt omruilen voor Guinea franken. Hebben we over, dan krijgt de crew ze bij de fooi.
Wat is dat toch met die handdoeken hier in Afrika. We krijgen er telkens maar eentje. We hadden er gisteren eentje bij gevraagd; nu hebben ze net de kamer gedaan, twee handdoeken meegenomen en er eentje terug gehangen. Wie het begrijpt, mag het zeggen.
De rest van de dag doen we rustig aan.
Aan het eind van de middag drinken we nog wat op het dakterras. Het is er druk. Er zijn meerdere Afrikaanse vrouwen met nepwimpers, -lippen, -tieten, centimeters lange opgeplakte nagels en vreselijk overdreven opgemaakt. Ze lopen alleen maar selfies van zichzelf te maken. Zelf vinden ze ongetwijfeld, dat ze erom fantastisch uitzien. Wij vinden ze afschuwelijk lelijk.
We gaan met de groep uit eten. Gezellig en erg lekker. Daarna drinken we nog een fles bij de Purple Pub.
Maandag 17 februariNaar Kumasi
De truck heet Sura en de kluis daarin noemen we Pub.
Voor we om 9:00 uur vertrekken, krijgen we een uitleg over de truck.
Als wij tweeën naast elkaar op één bankje zitten, dan heeft de rest een bankje voor zich. We denken echter, dat één Engelsman maar een paar dagen mee gaat, zodat we nog meer ruimte krijgen.
De ramen staan wagenwijd open, zodat het lekker doorwaait. Geen airco in de truck. Het is warm buiten wat je goed voelt als je stil staat. Genoeg water blijven drinken.
We rijden vandaag naar Kumasi en we doen er een stuk langer over dan met Sanny. Zo’n grote truck gaat nu eenmaal niet zo snel.
Ook nu bij de verkeerslichten lopen veel verkopers. Als we de stad uit zijn, zien we wel veel troep in de berm. Accra wordt goed schoon gehouden.
Bij de meeste politiecontroles mogen we zo doorrijden, maar er is er natuurlijk altijd eentje, die op zijn strepen gaat staan. Gelukkig blijft onze crew rustig lachen en komen we weg zonder iets te betalen. Soms is het pure belangstelling en willen ze zo’n truck wel eens zien. Nu is het weer een poging tot omkoping: het stuur zit aan de rechterkant en dat is niet geregistreerd. Dat klopt, want dat hoeft helemaal niet.
We hebben veel bekijks onderweg. Veel mensen staan Sura met grote ogen te bekijken.
Een van onze medepassagiers heeft vandaag niets van de omgeving gezien. Of ze sliep of ze zat met haar neus in de telefoon; oordopjes in. Dat zal de rest van de reis zo blijven. Kun je volgens ons net zo goed thuis blijven.
In Kumasi zitten we in een lodge bij de Presbyterianen, een of ander geloof waarbij geen alcohol gedronken wordt. Het ligt een stuk dichter bij het centrum dan het vorige hotel. Een prima hotel met fan, airco en warm water als je tenminste de schakelaar omzet. Eén iemand wist dat niet en bovendien was die schakelaar verstopt achter de koelkast.
Aan het eind van de middag gaan we op zoek naar een restaurantje, dat Liz heeft genoemd. Het is eigenlijk een bar, want later blijkt, dat ze geen eten verkopen. Er is alleen een terras buiten en we gaan aan een tafeltje dicht bij de weg zitten, zodat we goed uitzicht hebben op alle mensen die langs komen. We drinken wat en zien even later Rod voorbij komen. Hij zit een poosje bij ons en gaat dan op zoek naar een tentje om wat te eten. Wij zien in de tussentijd een bbq opgebouwd worden pal naast het terras. Als Rod weer voorbij komt en niets heeft gevonden om te eten, wijzen wij hem de bbq en hij koopt wat. Hij wil vroeg eten en naar bed vanwege zijn jetlag. Een deel van de groep komt langs op weg naar een andere tent. Adèl haakt af en komt bij ons zitten. We nemen nog wat te drinken en halen ook wat te eten. Even later komt Tanja langs met een doosje pasta en schuift bij ons aan. Een gezellige avond volgt. Een grote fles bier kost hier 6 cedi en ons eten kost 12 cedi voor ons samen. 6 cedi is ongeveer € 1. Hier worden we niet arm van.
Dinsdag 18 februariKumasi
Het ontbijt is inbegrepen, was ons verteld, maar als wij in het restaurant zitten, probeert de serveerster ons wijs te maken, dat dat maar voor één ontbijt per kamer geldt. Overal altijd maar één handdoek samen en nu ook maar één ontbijt? Het moet niet gekker worden.
Met Gail gaan we naar Kejetia, de grootste markt in West-Afrika. Er is een heel groot gebouw met allemaal winkeltjes, maar de meeste zijn gesloten. Op straat is veel meer te zien. Overal liggen handeltjes: prachtig gekleurde lappen, zeep, schoenen, tassen, kleding, noem maar op. De mensen zijn erg vriendelijk, maar willen niet gefotografeerd worden.
Bij het nationale culturele centrum kopen we een grote fles water en gaan in de schaduw op een bank zitten. Gewoon niets doen, net als de Afrikanen.
We verbazen ons, dat er dicht bij het hotel bonnen uitschreven worden voor foutparkeerders.
‘s Middags koelen we eerst op de kamer af, houden siësta en lezen daarna buiten in de schaduw wat. Na 15:00 uur werkt ineens de internetverbinding en lezen we, dat onze familie gisteren is uitgebreid met neefje Julian.
Met Adèl en Michelle gaan we weer naar dezelfde tent als gisteren. Het restaurant bij het hotel sluit vandaag om 17:00 uur en dus eten we wat van de straatstalletjes.
Woensdag 19 februariNaar Kakum N.P.
De truck wordt ingeladen, we ontbijten en vertrekken naar Elmina aan de kust.
Een lange tocht, over dezelfde weg als vorige week.
We lunchen onderweg. Op een stille plek worden uit de truck allerlei spullen geladen: tafels, stoelen, borden, bestek en eten. Er staan bakjes voor het wassen van de handen vooraf en het afwassen van gebruikte spullen achteraf. Er is brood, tomaat, kaas, ui, wortel, komkommer, paprika, tonijn, olijven, koekjes. Het smaakt prima.
’s Middags regent het zowaar even. De grond wordt er niet echt nat van.
In Cape Coast bezoeken we het fort. Het is wat groter dan Elmina, maar het verhaal is hetzelfde.
De lucht wordt erg donker en binnen een paar minuten wordt het stukken koeler. Het blijft droog.
We rijden naar het Kakum N.P. waar we vannacht blijven. We slapen hier in een boomhut op een slaapzaal (dit in tegenstelling van het programma waarin stond, dat we zouden kamperen). Martijn weigert de achterdeur open te maken waar alle koffers liggen (hij is van het in- en uitpakken van de bagage). We moesten allemaal een tasje pakken voor één nacht, zodat die deur niet open zou hoeven en nu wil het merendeel er toch nog wat uithalen. Martijn vindt, dat ze dat zelf maar moeten doen.
Het eten voor vanavond hebben we een paar dagen geleden al besteld en dat smaakt prima. Jammer, dat er geen lichtje boven de tafel hangt, om 20:00 uur maken we een nachtwandeling met een gids. Het enige wat we zien, is een muis. En grote stekende zwarte mieren, die we vooral voelen. De gids stopt precies op een plek waar het er van krioelt. Niet echt handig. We spuiten onze schoenen en sokken in met insectenspul, wat goed helpt. De gids laat nog wel wat planten zien, maar dat kun je beter overdag in het licht doen. Het is droog, maar wel heel vochtig. We zijn een beetje doorweekt en de stoom komt van ons af.
Donderdag 20 februariNaar Elmina
De rest van de groep vertrekt in het donker. Eerst voor een rondwandeling en gezien het weinige, dat we gisterenavond hebben gezien, verbaast het ons, dat er nog mensen mee gaan. Daarna maken ze de canopy-wandeling, die wij vorige week hebben gedaan. Wij kunnen dus wat uitslapen.
Vandaag gaan we naar Elmina aan de kust.
Eerst ontbijten we in het restaurant, wat anderhalf uur duurt. We hebben gezelschap van een heleboel hagedissen. Als we vertrekken, is het al hartstikke druk met dagjesmensen.
Lunch in Cape Castle bij Baobab Restaurant. We nemen alleen lekkere verse sapjes en water.
Daarna kunnen we kiezen tussen batikken en een kookcursus. Wij kiezen samen met Rod en Adèl voor koken. We maken een typisch gerecht van de streek, red red met gebakken platain, bakbanaan, en yam met Palava-saus. Je moet het met de handen eten. Het smaakt meer dan prima en het is gezellig.
We hebben het verschrikkelijk warm vandaag. Morgen maar het Indiaanse haarbandje meenemen, dat opzwelt als je het in water legt en dan heerlijk verkoelend is. Ze zeggen, dat het alleen maar warmer gaat worden.
Dan rijden we door naar de campingplaats. We krijgen uitleg over het opzetten van de tent. De haringen zitten in een algemene zak en dat gaat nooit goed. Zeker als er niet genoeg zijn. Hoe moeilijk kan dit nou toch zijn? Je geeft iedereen een zakje met het tentnummer er op, stopt daar de haringen in en voor de rest van de vakantie zijn die voor jou. We gaan klagen, want met wat er nu nog is, krijgen we geen tent opgezet. We krijgen er een paar en we besluiten om ze bij ons te houden en niet in de algemene zak te doen.
We staan pal aan zee. Jammer, dat er geen mooie ondergaande zon te zien is.
Martijn heeft kookbeurt, hoewel hij net als de anderen van de kookcursus niet meer hoeft te eten. Ondertussen richt Lia de tent in en gaat douchen. Martijn maakt een overheerlijke sweet-and-sour-saus. Iedereen is enthousiast.
Vrijdag 21 februariElmina
Vandaag staat in het teken van vrijwilligerswerk. Met de hele groep gaan we naar een school om een klaslokaal te verven. We worden enthousiast ontvangen door zowel leerkrachten als leerlingen. Eerst een praatje, iedereen voorstellen, en een dansje door kinderen. Ze zijn dan heel verlegen, maar zodra ze door de deur verdwijnen, hoor je ze joelen.
Ondertussen zijn de schilderspullen klaar gezet en kunnen we beginnen. De kleuren blijven hetzelfde als het was: geel voor de muren en bruin voor de ramen en deuren. Lia heeft een hulpje, een leerling, die de emmer met verf voor haar ophoudt, zodat ze niet telkens de trap op en af hoeft. Eerst een jochie, later een meisje. Als we klaar zijn, wordt ze helemaal door haar gecontroleerd op verfspatters. De rest van de school wordt van de zomer gedaan door andere vrijwilligers.
We maken een foto van een groepje kinderen en drukken die af met een klein printertje. Dat vinden ze prachtig. We geven hem aan een leerkracht.
Lia is hartstikke verkouden. Het eten en zelfs het bier smaakt niet.
Er zitten een paar vrouwen in onze groep, die de godganse dag lopen te kakelen. Ze houden geen moment hun mond. We worden daar heel moe van. De anderen zijn gewoon gezellig.
Bij terugkomst drinken we eerst een grote fles bier. Later gaan we naar een nabij gelegen resort, dat een zwembad heeft en een groot terras.
Zaterdag 22 februariElmina
Rustdag. Laat ontbijt. Liquid lunch. Dutje. Boekje lezen. En dit alles bij de buren, het Lemon Beach Resort.