Zondag 9 maartBwindi
Op zoek naar de gorilla's. Het is vannacht droog gebleven, denken we. We hebben verhalen gehoord over glibberige, steile paden, regen, uren banjeren en rennen dwars door de bush over een 'pad' dat net gekapt is. We hebben mazzel, het is droog, bewolkt en ook het pad is droog en goed te belopen. En de gorilla's zitten dicht in de buurt. En dat is te merken aan het tempo. Wij zitten in de HB-groep samen met Willem en Michael. Deze groep is nog niet zo lang gelden afgesplitst van een andere groep en er mogen maar vier mensen bij. De anderen gaan naar de A-groep en er is nog een groep Amerikanen voor de andere groep. We nemen allebei een porter voor 5000 shilling (€ 2,50). Lia omdat ze een zware tas heeft en Martijn omdat hij vindt dat de mensen hier nog wat kunnen verdienen. Verder lopen er nog een gids en wat bewakers met geweren mee. We wandelen niet al te snel de berg op (van 1.470 meter naar 1.865 meter) en blijven regelmatig stil staan om naar vergezichten, neushoornvogels en planten te kijken. We hoeven niet te rennen gelukkig. En nog steeds over een pad. Na anderhalf uur zijn we op de eerste top. Hier achter zijn de gorilla's gisteren gezien, dus we zijn benieuwd. Er zijn al twee stafmensen met geweren en kapmessen vooruitgegaan. Onze gidsen hebben contact met hen en zij vertellen dat ze de gorilla's al gezien hebben. In de volgende bocht zien we die twee mannen en nog geen tien passen verderop zit onze eerste gorilla in de bosjes. Het is een vrouwtje en ze zit lekker blaadjes van de bomen te eten. Ze zit slechts op een paar meter afstand. De gidsen hakken nog wat takken en bladeren weg, zodat wij ze wat beter kunnen zien. Dat vindt ze niet zo leuk en slaat terug alsof ze wil zeggen: die zijn van mij, afblijven. Voor de rest blijft ze rustig zitten. Er zit ook een kleintje in de bosjes, maar die is niet zo goed te zien. Als mevrouw weg gaat, gaan wij haar achterna de bosjes in. Er wordt een paadje gehakt en niet veel later zien we de zilverrug, het dominante mannetje van de groep. We zien hem zitten en hij lijkt net een grote plompe zak. Pas als hij gaat lopen, zien we hoe enorm groot hij is. Wat een dier. Geweldig!. Hij trekt echter verder. De hele groep (zo'n tien stuks) zit te eten en een paar vrouwtjes en kleintjes zitten vlakbij. Voor we de zilverrug kunnen volgen, moeten eerst de andere weg zijn. Even later verdwijnen ze en kunnen wij erachteraan. We zien de zilverrug lekker in het gras liggen en een vrouwtje zit een kleine te vlooien. We zien ook nog een vrouwtje die een hele kleine draagt. Als we weer vertrekken, je mag er maar een uur blijven, zit er nog een kleintje op het pad. Er komt er nog een bij en ze zitten even lekker te rollebollen. Pas als even later de zilverrug passeert, realiseren we ons pas hoe klein die kleine eigenlijk zijn. En ze zijn best nog wel groot. We lopen rechtsaf naar een swamp. Lia en Michael en de gids lopen voorop, maar ze rennen meteen terug: bijen. Lia wordt twee keer gestoken en Michael vier keer. Gelukkig zijn het geen killerbees.
De andere groep heeft een grotere groep gorilla's gezien, ook van dichtbij. Iedereen is 's middags dan ook zeer tevreden. Onze reis is geslaagd.
's Middags is er een optreden van kinderen uit de buurt. Er werd hier nogal gebedeld; nu treden ze op en het geld dat ze ophalen komt bij de hele groep terecht. Daarnaast hebben alle kinderen wat gemaakt: houten gorilla's, tekeningen, mandjes, dienbladen, giraffen. Als je die koopt, dan komt dat direct aan de familie. We kopen verschillende dingen en doneren ook wat. Het dansen is erg leuk, een van de betere die we ooit gezien hebben. Het is een vrij grote groep en iedereen is heel enthousiast. Jammer, dat het halverwege goed begint te regenen. Iedereen vlucht naar binnen en een half uurtje later maken ze het gewoon af. We kopen een T-shirt voor 15000 shilling.
Maandag 10 maartNaar Kisoro
We moeten vroeg op want Loek moet in Kabale de bus halen naar Kampala. Hij gaat een paar dagen werken en sluit zich later weer bij ons aan.
In Kabale kopen we allemaal een T-shirt waarbij we de kleur en de opdruk zelf kunnen kiezen. Als we over een paar dagen terugkomen, zullen ze klaar zijn.
De rit naar Kisoro gaat helemaal over onverharde wegen. Door de buien van de afgelopen dagen is het aanzienlijk minder stoffig. De weg is mooi met veel uitzichten en akkertjes. Af en toe wat roofvogels, kroonkraanvogels en bavianen. Het is half bewolkt, half zonnig en niet zo warm. Bij Kisoro zien we de Sabyinyo-vulkaan liggen, die drie pieken achter elkaar heeft. Het is niet zo helder dus zien we ze niet zo goed.
In het Traveller Rest runt sinds een paar dagen een Nederlandse de tent. De kamers liggen om een tuin heen en wij hebben een soort suite met een eigen zitkamer. Als wij even later op het terras zitten met een koud biertje, denken we wel dat we het hier een paar dagen kunnen uithouden. Bovendien schijnt net even de zon en is die niet te heet. Kunnen we even bij bruinen. We zitten op 1.900 meter hoogte.Zo zit je te bakken in de zon en zo regent het. Na een uurtje zien we de bui aankomen. We zetten snel de tafels en stoelen onder het afdak, zodat we droog buiten kunnen blijven zitten. Miriam komt aanlopen met een tak waarin een kleine kameleon zit (drie centimeter). Als je hem op je vinger neemt, zie je goed hoe klein die is. Even later is het weer droog en helder. We eten spaghetti met gehaktsaus en kaas en frietjes met mayo en salade. Fruit toe. Het smaakt allemaal uitstekend. Hoewel we op 1.900 meter zitten, horen we 's nachts teveel gezoem van muggen om lekker te slapen. Pas als we ons muskietennet hebben opgehangen, dromen we weg.
Dinsdag 11 maartKisoro
Ontbijt met Spaanse omelet en dezelfde lekkere kaas als gisterenavond. Bij de kaas ligt een kaasschaaf, maar de Afrikanen hebben geen idee hoe daar mee om te gaan: men probeert er mee te snijden.
"We lopen het dorp in, maar er is alleen op maandag markt. Die zag er gisteren, toen we er langs reden, erg kleurrijk uit. Jammer.
We wandelen zo'n twee uur en iedereen zegt vriendelijk gedag en roept mzungu (blanken). Iedereen kijkt ons na en zegt wel wat. Er wordt veel gefietst. Veel fietsen hebben een bagagerek met daarop een kussen vastgemaakt. Het zijn de plaatselijke taxi's. We zien verschillende mannen aan het werk in timmermansfabriekjes. Normaal doet men niet zoveel. Als we al die dorpjes doorrijden, is er nooit enige activiteit. Iedereen zit altijd maar te zitten. Als er wat gebeurt, is het tempo erg laag.
Het is half zonnig, half bewolkt. We lunchen met frietjes, worstjes, salade en fruit. 's Middags zitten we in de tuin te lezen. Er komen allerhande vogels aanvliegen: kraaien, reigers, ooievaars, habada-ibissen, kwikstaartjes, bijeneters, kolibries, lijsters/tapuiten, zonnevogels, kraanvogels. Het blijft zonnig en we kleuren aardig bij.
Woensdag 12 maartKisoro
Met Peter en Hans gaan we naar de Sabinyo Gorge in Mahinga Park. Er staat een gids klaar met geweer en wij gokken hoeveel soldaten er mee zullen gaan. We houden het op drie. En dat blijkt goed: alleen wij dachten drie man voor ons vieren, maar het is drie man per persoon. Allemaal in uniform en met geweer.
Weinig hoogteverschil staat er overal. Maar wij vinden vierhonderd meter omhoog toch wat anders dan een vlakke tocht. Dat valt tegen. Er staat ook dat het een van de beste locaties is voor vogelliefhebbers. We hebben ze wel gehoord, maar niet gezien. Het landschap is verder wel mooi. Op de terugweg krijgen we een kleine Hollandse bui op ons hoofd. Terug op Travellers Rest krijgen we gebakken vis, friet en salade. We groeien hier nog eens dicht.
Om 16:00 uur Afrikaanse tijd (16:45 uur voor ons) treedt er in de tuin van het hotel een groep pygmeeën op. Mooi gekleurde vrouwtjes, de mannen zien er maar sjofel uit en de kinderen vies. De pygmeeën zijn de eigenlijke bewoners van deze streek en zijn verjaagd. Nu leven ze in een kamp. Ze willen niet werken, de kinderen gaan niet naar school (geen enkele pygmee heeft dat ooit gedaan) en leven van het bedelen. De mannen en vrouwen dansen en aan de zijkant doen de kinderen mee. Vooral die laatste zijn erg enthousiast. Er is een hele kleine die nog maar net kan lopen en die is allerleukst aan het proberen om mee te dansen. Er is veel aanloop van plaatselijke mensen die de pygmeeën eigenlijk maar niets vinden. Ze trekken er hun neus voor op. We doneren weer wat en ze zijn ook erg blij met een aantal lege plastic flessen en wat kleding.
's Avonds is er een barbecue. Ze hebben zich vreselijk uitgesloofd. Soep vooraf met knoflookbrood, aardappel- en wortelsalade, pinda- en knoflooksaus en een spies (een echte boomtak) met vlees, uit, wortel en paprika, en een ribbetje, dat een stuk groter is als bij ons, zeker drie keer zo groot. Het smaakt heerlijk. Als toetjes krijgen we gebakken ananas en geflambeerde banaan.
Donderdag 13 maartNaar Kampala
Vertrek om 6:50 uur naar Kampala. Het wordt een lange rijdag. Het eerste stuk tot Kabale is onverhard, daarna asfalt. Zoals gewoonlijk wordt er erg hard gereden. Daar gebeuren dan ook de meeste ongelukken mee. We hebben al een paar keer vrachtwagens in de greppel zien staan. We halen onze voorgedrukte T-shirts op (Ush 11.000 per stuk). We lunchen met broodjes en yoghurt langs de kant van de weg. Onderweg kopen Miriam en Fred grote trossen bananen voor hun familie die op het dak van de bus gebonden worden. We pikken Loek weer op bij de kassen en komen rond 17:00 uur bij het hotel van Bart in Kampala aan, waar we wat boven op het terras drinken.
Met z'n allen gaan we bij Le Petit Bistro wat eten, waar wij al eerder met Bart zijn geweest. We hebben nu meer tijd en kiezen ook een voorafje: gerookte plaatselijk vis en salade niçoise en daarna dezelfde steaks als de vorige keer. Smaakt weer erg goed. Dat geldt ook voor de whisky die we later op het terras drinken.