Maandag 8 aprilNaar Erg Chebbi
Na het ontbijt gaan we met Karin het dorp in. Eerst naar de bank en de wasserette en dan op zoek naar Madeleine Laurent, waarvan we beschilderde kaarten in het hotel in Midelt hebben gezien. We hebben het adres maar dat blijkt niet te kloppen. Een meneer is zo vriendelijk om ons naar het juiste huis te brengen. Men zegt dat ze er niet is, maar even later komt ze toch te voorschijn. We spreken Duits en dat is weer even wennen. Ze heeft verschillende aquarellen hangen, wat reproducties en kaarten, gedrukte en met de hand ingekleurde. We kopen een reproductie van een ksar die erg veel lijkt op de ksar die we gisteren gezien hebben.
Op de markt kopen we voor de lunch voor 6 drh tomaten, ui en komkommer en we krijgen er een citroen bij cadeau. We pakken een tas in voor één nacht en laten de rest achter in een kamer van het hotel. Bij het zwembad gaan we liggen lezen totdat we tegen drieën worden opgehaald met drie jeeps. We rijden naar de zandduinen van Erg Chebbi bij Merzouga, een stenen woestijn waar veel fossielen worden gevonden, die dan ook overal aangeboden worden. Sommige delen zijn zand, soms een enkele boom, een enkel huis. Als in de verte de duinen opdoemen, maken we een stop, maar het begint te waaien en ze zijn nog maar amper te zien. Het zand kruipt overal in en we eten het zelfs. Het opstuivende zand is wel een mooi gezicht. We scheuren af en toe hard over het zand en overal zien we landrovers een eigen weg zoeken.
De auberge ligt tegenover wat lage duinen. We zitten er uit de wind naar te kijken. Het is nog een beetje zonnig, maar de lucht vult zich snel met zand. Een paar mensen gaan wat wandelen maar die worden zowat gezandstraald.
Er wordt wat getrommeld op de djembé's en het klinkt wel aardig. Het is grappig om te zien hoe snel kinderen dat oppikken. We krijgen in een grote zaal een standaard menu: olijven vooraf, tajines met couscous met kip en kalia met groente. We kunnen kiezen waar we slapen: op het dak (te koud), in een tent (mm) of in een slaapzaal. Wij kiezen voor dat laatste. Het ziet er wel grappig uit: een enorme ruimte met (goede) bedden langs de kant die netjes opgemaakt worden. Er slapen hier zowat dertig mensen.
Dinsdag 9 aprilNaar Gorges du Todra
We staan vroeg op om de duinen in te lopen. Het gebied is een stuk uitgebreider dan dat we gisteren vermoedden. We zien de zon opkomen van achter de duinen en we krijgen een prachtig schouwspel te zien van grillige gevormde duinen, deels zonnig, deels in de schaduw. Langzamerhand ontstaan er steeds meer mooie effecten met af en toe een kameel tussen de duinen. Schitterend. Om 8:00 uur zitten we bij de auberge nog even in de zon en rijden dan met de landrovers door de woestijn naar Rissani. Hier is een grote souk en we zien in dit gebied veel vrouwen helemaal in het zwart met soms alleen één oog zichtbaar. Hoewel er wel vaak gekleurde stiksels en banden op het zwart genaaid zijn, blijven het vormeloze zakken. We dwalen wat over de markt met huishoudelijke artikelen, groente, schapen, ezels, kruiden en potjes aardewerk. Op de terugweg naar Erfoud stoppen we bij een fossielenfabriek waar ze fossielen uithakken en polijsten en gaan dan weer naar het hotel. Hier eten we een broodje bij het zwembad en constateren dat ze vandaag 30 drh kosten tegen 50 gisteren.
's Middags rijden we naar de Gorges du Todra. Onderweg zien we mooie lemen dorpjes liggen tussen de groene oases. Sommige dorpjes zie je amper liggen tegen de berghellingen. Af en toe stuift het ontzettend en is het zicht amper honderd meter. Hele zandduinen zijn de weg opgeblazen.
Ons hotel is het laatste in de kloof, waarvan de wanden honderden meters loodrecht omhoog steken. We leggen de spullen op onze kamer en gaan nog een stukje wandelen. Op het smalste stuk is de kloof niet breder dan zo'n vijftien meter. De zon gaat langzamerhand onder en kleuren de bergen mooi rood.
Woensdag 10 aprilNaar Dadès-vallei
We zetten de bagage bij de bus en lopen alvast een stukje vooruit. We genieten van de enorme rotsformaties en verbazen ons over al dat water, dat hier gewoon uit de grond komt. Niet een beetje, maar een hele rivier. De bus pikt ons op en we rijden naar een volgend dorp, vanwaar we gaan wandelen. We lopen door de palmoase over soms wel heel erg smalle dijkjes. Het groen steekt erg mooi af tegen de roodbruine bergen en de blauwe lucht. Sommige dorpjes lijken tegen de heuvels aangeplakt te zitten en sommige dorpen zijn verlaten en zijn de mensen verhuisd naar de nieuwe stad. We lopen over een vlak pad door dorpjes en langs akkers waar veel mensen aan het werk zijn. De gids met puntmuts (kabouter Plop) gaat voorop en wijst ons allerlei planten en groente aan zoals stambonen, aardappels, kruiden, druiven, olijven, abrikozen, appels. Bij de gids thuis drinken we thee met koekjes en nootjes en eten we lekkere couscous met vlees en groente en sinaasappel toe. En dan weer thee natuurlijk. Hij heeft een groot huis met een nog grotere tuin met een eigen waterput, veel planten en wat vee (koe, kippen, ezel, schapen). We lopen nog een stukje door naar Tineghir waar de bus op ons staat te wachten. Het is een korte rit naar de vallei van de Dadès. Hier zien we nog kleurigere bergen en erg vreemd gevormde rotspartijen. En natuurlijk ook het groen van de oases met veel water. Het ziet er schitterend uit. De kloof zelf is breder dan de Todra-kloof.
's Avonds hebben we geen lopend buffet, maar een zittend buffet. We zitten aan een lange tafel bij het open haardvuur. Eerst krijgen we soep waar een kilo zout bij moet om hem enigszins te laten smaken. Vervolgens salade met tomaat, ui, paprika, olijven, wortel, bieten. En dan nog het hoofdgerecht: kalia, couscous met kip en rundvlees met groenten. En alweer sinaasappel met kaneel na.
Donderdag 11 aprilDadès-vallei
Het heeft vannacht geregend, maar na het ontbijt is het deels zonnig, deels bewolkt. Met z'n achten gaan we een wandeling maken van zes uur. Het begint goed met lekker wandelweer en we gaan de kant van de blauwe lucht op. We lopen eerst door de kloof door de rivierbedding die vol met stenen ligt. Darna gaan we omhoog van 1.700 meter naar 2.050 meter. Het waait flink hard en dit stuk is bewolkt en geeft prachtige vergezichten. De rotsen zijn aardig rood gekleurd, er staan soms wat struikjes, maar er zijn vooral veel stenen. Dan begint het te regenen en wordt het koud. Wij zijn hier op voorbereid met regenjacks en regenhoezen voor de rugzakjes, maar de plaatselijke gids loopt op blote voeten in zijn sandalen en heeft geen regenkleding. Iemand van de groep heeft nog een geel plastic geval over waar hij erg blij mee is. We lopen gewoon verder en zijn blij dat het niet mistig is, zodat we in ieder geval nog uitzicht hebben. Halverwege heeft Martijn weer verbinding met z'n mobieltje en krijgt via sms de Nederlandse voetbaluitslagen door van een collega. Grappig zo op 2.000 meter hoogte in de 'middle of nowhere'.
Als het even later begint te hagelen, vinden we het toch minder worden. We komen een kudde schapen tegen en zien we nomaden die in een grot wonen. De gids heeft ondertussen zijn sandaal gebroken die we provisorisch repareren met enkeltape. Het pad gaat lichtelijk op en neer en de vergezichten zouden prachtig zijn geweest als de zon had geschenen. Het laatste stuk dalen we af naar de weg over een berg vol met rotsen. Over een brug bereiken we de weg waar een hotelletje is. We rennen naar binnen waar de kachel lekker brandt. En jawel, prompt begint de zon te schijnen. We bestellen koffie en thee en eten ons lunchpakket op: brood met omelet en kaas en natuurlijk sinaasappels. We gaan naar buiten en hangen alle natte spullen in de zon en warmen onszelf. Als het weer begint te dreigen, stappen we op en lopen het laatste stuk over de asfaltweg. Geen probleem want er is amper verkeer. We hebben geweldig uitzicht over de kloof met beneden wat water en de rode grillig gevormde rotsen. Het begint te rommelen, maar deze bui krijgen we gelukkig niet. Soms is het zonnig, er is veel wind, maar het blijft droog. Als we bij het hotel aankomen, is het voor het hotel heerlijk: we zitten in de zon en uit de wind. Dat hadden we vanochtend niet verwacht.
Het licht in het hotel doet het niet tegen de avond: het gaat even aan, maar dan weer uit. Bij het licht van onze waxinelichtjes kunnen we nog een beetje lezen en schrijven. Telkens gaat het licht even aan en uit en kunnen we een regel lezen.
's Avonds is de wedstrijd Feijenoord-Inter Milaan live op de tv. We zien alleen de eerste helft; de tweede helft zitten we te eten en we horen de uitslag over de wereldradio (Feijenoord heeft de finale bereikt).