Zondag 10 februari Naar Queen Elizabeth N.P. – 145 km

Bij het ontbijt zitten twee reuzenneushoornvogels in de bomen. Ze zijn zeker 75 cm groot. Prachtig. In het eerste dorpje onderweg worden er boodschappen gedaan en wij maken van de gelegenheid gebruik om voor de komende dagen een pak wijn van vijf liter te kopen. We zitten dan in de bush en daar is niets te krijgen. Op de evenaar maken we een groepsfoto. Tien jaar geleden zijn we hier ook geweest. Thuis gaan we kijken hoeveel letters van het woord Uganda er toen opstonden. Nu zijn het er nog vier. Het landschap is niet bijzonder en best wel saai. Wel komen er steeds minder dorpen en huizen. Het wordt ook kaler, meer savannes en af en toe loopt er zelfs een olifant. In een meer zitten een boel buffels. We rijden naar Queen Elizabeth N.P. Eenmaal in het park zien we meer olifanten en wrattenzwijnen. Al gamedrivend gaan we richting onze camping. Dat blijkt exact dezelfde plek als tien jaar geleden te zijn. We herkennen de open hut langs de rivier. De tenten worden in twee rijen tegenover elkaar gezet, zodat het wild er niet door kan lopen. Dat loopt hier vrij rond. Volgens Juan, de toerleider, moet je 's nachts als je je tent uit gaat, eerst met een zaklamp schijnen en als je geen oogjes ziet, pal naast de tent gaan plassen. Els vertaalt dit, met de mededeling dat niemand z'n tent uit mag en een plastic fles mee moet nemen om daar op te plassen.

Camping, Oeganda

Dat doen we dus niet. Olifanten staan in de berm en bestuiven zich met zand. Een baviaan rent bang weg. Twee enorme wrattenzwijnen staan ons vanaf een afstandje aan te kijken. Ze zijn wel erg groot! Honderden impala's staan overal; zowel veraf als dichtbij. Sommige poseren ze mooi voor de foto. We zien verder waterbokken, parelhoenders, maraboes, ibissen, een grote groep buffels met een hoop witte reigers. Niet echt spectaculair. Terug op de camping is het eten klaar, is het kampvuur aangemaakt en maken we ons pak wijn open. Er zijn meerdere verschillende soorten en we doen een vergelijkend warenonderzoek. Het maakt allemaal niet zoveel uit. We willen een mooie sterrenhemel zien, het is immers nieuwe maan, maar het is ook bewolkt en zien dus niet veel.

Maandag 11 februari Queen Elizabeth N.P. – 77 km

's Nachts valt er een bui. We hadden de overtent er wel om heen gezet, maar voor een deel teruggeslagen, omdat het vrij warm is. Lia gaat er uit om hem helemaal dicht te maken. Snel ligt ze er weer in en als het harder begint te regenen, horen we meer ritsen. Om 6:00 uur vertrekken we in het donker voor een nieuwe gamedrive. Dit keer zit het erg mee: een luipaard, vier leeuwen, een hyena. Zelden wordt er hier een luipaard gezien en zeker nooit op dezelfde dag ook nog leeuwen. De hele big five hebben we nu gezien. Vooral het luipaard is heel erg mooi. Het loopt een beetje op twintig meter van ons af. Luipaard, OegandaPrachtig. De leeuwen zijn een leeuwin met drie jongen. Volgens ons is ze op jacht; ze loopt spiedend rond en gaat zelfs op een rots zitten. Mooier kun je het niet hebben. Op de camping lopen wat mongoesten rond en er valt een buitje. 's Middags relaxen we op een nabij gelegen resort. We zitten in lekkere luie stoelen naar de natuur te kijken. Bosjes en velden strekken zich uit langs het meer. Er zitten vooral veel vogels in allerlei kleuren, zoals een blauwgroene kolibrie, gele wevers, mousebirds, een groene salamander, verschillende libelles, mooie bloemen. We drinken er een biertje bij terwijl Martijn het fotokaartje van Harry weet te herstellen. We lazen een paar dagen geleden, dat de koningin af gaat treden en nu ook de paus. Het moet niet gekker worden. Beneden bij de lodge vertrekt een boot voor een rondvaart over het meer. We gaan eerst onderin zitten, maar al snel vertrekken we naar het bovendek. De zon schijnt niet, anders zou het te warm zijn. We hebben prachtig zicht op alle dieren die we zien. Vooral heel veel nijlpaarden met kleintjes. Sommige met de bek wijd open. De boot komt een beetje te dicht naar hun zin bij een groep in het water en met z'n allen stuiven ze de kant op. Mooi gezicht. Verder zien we een paar krokodillen, buffels, een olifant, een leguaan, een watermonitor, hamerkoppen, ibissen, pelikanen, sternen, aalscholvers, ooievaars, jacana's, arenden, en veel, heel veel bonte ijsvogels. Ze zitten in groepjes in de struiken en sommige hebben visjes in hun bek. Er zitten ook blauwgele ijsvogels, maar door hun kleuren vallen ze bijna niet op. Als je er echter op gaat letten, zie je ze ook zitten. Terug bij het kamp zitten een paar maraboes bij de afvalbakken. Eentje met een ouwe zak is zo lelijk, dat hij eigenlijk weer mooi is. We eten vroeg, als het nog licht is. Gisteren kwamen er duizenden insecten op de lampen af en daar hebben we nu geen last van. We maken een kampvuur en de mannen dragen enorme boomstammen aan. Het onweert in de verte, het licht en dondert, maar het blijft droog. Als het al een poosje donker is, komen ineens de insecten. Het ene moment is er niets, het andere stikt het er van. Iedereen maakt alle wijn op en wij verdelen ons laatste restje onder de liefhebbers.

Dinsdag 12 februari Naar Lake Bunyoni – 222 km

Het opbreken van de tenten gaat steeds sneller en we vertrekken zowaar een kwartier voor de afgesproken tijd. Het is vannacht droog gebleven. Op weg naar de uitgang van het park zien we geen wild. Als we er net buiten zijn, zit er een groepje olifanten in de berm. Een kleintje is lekker aan het poedelen en schurkt heerlijk door de modder. Als de groep vertrekt, moet zij er snel achteraan. We rijden eerst naar Kabale om boodschappen voor de komende drie dagen te doen. Martijn zit in de kookgroep en doet inkopen in de supermarkt. Daar is echter weinig groente en fruit en we moeten naar de markt. Die is te ver weg om te lopen en er worden drie brommertjes gecharterd. Omdat de andere mensen van de kookgroep nog lopen de sjouwen, springt Lia ook achterop samen met Martijn en Denford, de kok. Bij allerlei verschillende kraampjes wordt wat gekocht. De kok kent iedereen en wil op deze manier iedereen te vriend houden. Bij de slager wordt een geitenpoot gekocht. Hij wordt gewogen en de prijs wordt overeengekomen. Blijkbaar redelijk, want de kok wil de andere bout ook hebben. Die krijgt hij echter niet, want daar hangt de rest van de geit aan. Pas als dat verkocht is, is die bout als laatste aan de beurt. Volgeladen met tassen komen we terug bij de truck en wordt alles opgeborgen. We rijden een klein half uur door naar Lake Bunyonyi waar een mooi grasveld aan het water ligt, waar we de tenten opzetten. Wij zitten naast de douche die we meteen uitproberen. Ze zijn koud, maar Lia staat er langer onder, omdat ze meteen wat kleren uitwast, en dan wordt hij zowaar warm. Heet zelfs. Martijn doucht nog even na, zodat hij warm wordt. We drinken biertjes op het terras met uitzicht op het meer. Wat wil een mens nog meer.

Woensdag 13 februari Lake Bunyoni, Bwindi N.P. – 144 km

Vandaag gaan we naar de berggorilla's. Die zitten in Bwindi N.P. wat vijftig kilometer verderop ligt. We vertrekken om 5:00 uur en over die vijftig kilometer doen we 2,5 uur. We krijgen een briefing met een man of vijfentwintig, die overal vandaan komen. Er zit ook een familie Belgen, vader, moeder en twee tienerdochters. En die dragen allemaal exact dezelfde lichte safarikleren. Ze zien er belachelijk uit. Onze groep wordt gesplitst en met z'n zessen rijden we eerst met een auto vijftien kilometer verderop. Er zijn meer groepen die hier beginnen, maar na een stukje gaat elke groep naar een andere groep gorilla's. Het is droog en de zon schijnt niet. Gorilla, OegandaLekker weer om te lopen. We huren een porter in om ons rugzakje te dragen met ons water en eten. Het eerste stuk gaat langzaam omhoog en een stuk grasland volgt. Het is erg groen en het uitzicht is erg mooi. Langzaam lopen het bos is over een smal pad, dat langzaam omhoog gaat. Het is niet erg steil en het loop makkelijk. We zijn wel blij met een stok voor wat extra grip. We moeten af en toe een poosje wachten, omdat onze groep gorilla's nog niet precies gelokaliseerd is. Na drie uur kunnen we er eindelijk op af. Dwars door het struikgewas lopen we vrij steil naar beneden. Nu is de stok (en het handje van de porter) erg handig. Na een half uurtje ploeteren bereiken we een grassig en waterig dal. We geven de stokken aan de porters, want gorilla's schijnen daar niet van te houden, en lopen het veld op. Goed opletten op alle grote gaten en plassen water. Meteen zien we een grote zilverrug zitten. Hij zit op z'n gemak eten te zoeken en te eten. Hij trekt zich helemaal niets van ons aan en gaan rustig verder. Hij zit op ieder stukje een poosje en trekt dan een paar meter verder. Wij volgen hem op een paar meter afstand. Gorilla, OegandaDeze groep bestaat verder uit negen andere gorilla's, vrouwtjes en een paar kleintjes. Een zo'n kleine zit lekker op de rug van de moeder als die het struikgewas uitloopt. Prachtig gezicht. Andere kleintjes zijn lekker aan het spelen tussen de bomen en ze slingeren zich om een boomstam. We blijven de zilverrug volgen die het hele uur, dat we bij de groep mogen blijven, prachtig in beeld is. We genieten. Na een uur vertrekken we weer, maar een vrouwtje zit precies op ons pad. Ze loopt weg, maar volgt wel het pad waar wij over moeten. Dat houdt op, want ondertussen zit ze te eten. Ze wordt ons beu, gooit een stuk hout naar de gids en verdwijnt dan de bosjes is. We moeten weer een half uur omhoog lopen door de struiken en het begint te regenen. Het wordt lekker glibberig en het gaat niet zo snel. Bovenaan zijn de smalle paadjes erg modderig geworden, maar ze lopen wel makkelijk. Het gaat voornamelijk licht naar beneden en is goed te doen. Door de regen is wel iedereen doorweekt. De schoenen en broekspijpen zien er niet uit. Er zitten bijtende mieren. De porter vraagt ons niet of ze bijten, maar of ze ons eten. We hebben totaal ongeveer tien kilometer gelopen. We krijgen een oorkonde en vertrekken weer naar Lake Bunyonyi. Pas tegen zevenen komen we aan en dan is het 'first things first'. Lia zit vandaag in de kookgroep en heeft een makkie. Gisterenavond heeft iedereen lunchpakketjes gemaakt en de kok heeft om 5:00 uur het ontbijt al klaar. 's Avonds mogen we niet meehelpen, we zijn moe volgens de kok, en na het eten hoeven we alleen af te wassen. Soms zit het mee.