Woensdag 30 januariSamburu N.P.

Goed zes uur gaan we weer gamedriven. We zien niet zo heel veel: één olifant, apen in het water, waterbokken, impala's, dikdiks, maraboe, roofvogels, kleine gekleurde vogeltjes, parelhoenders mooi in de zon, een ijsvogel, arenden, een zwarte ooievaar, een neushoornvogel en een groene ibis.
Daarna gaan we terug naar de camping die mooi aan de rand van de rivier ligt. Je mag het terrein niet af, alleen mag je naar een lodge lopen die erg dichtbij ligt. Het wild kan zo over de camping lopen. We genieten van een zeer uitgebreide brunch die door ingehuurde kok is klaar gemaakt. Hij mag blijven, want het smaakt zeer goed. Somalische struisvogelTot drie uur lummelen we rond. We willen wat lezen, maar krijgen daar de kans niet voor. Aan de overkant drinken olifanten in de rivier en als die weg zijn, komen de antilopen. Er zijn veel gekleurde bijeters die telkens op dezelfde tak gaan zitten. Ook zitten er eksters met rode koppen en blauwe spreeuwen. Een olifant zit heel dicht bij de camping en loopt op slechts een paar meter voorbij.
GerenukOp de avondgamedrive zien we meer: neushoornvogels, vorkstaartscharrelaars, rollers, heel, heel veel olifanten, wrattenzwijnen, een grote kudde gemsbokken, drie cheeta's (wel ver weg, maar het zijn er wél drie en ze zijn hier zeldzaam), Grants gazelles, impala's, gerenuks (girafgazelle), bavianen die op een kluitje langs de waterkant staan en dan ineens met z'n allen oversteken, netgiraffen, gewone en Somalische struisvogels, een struisvogelechtpaar dat met hun veren loopt te wapperen als teken dat ze een plek zoeken om eieren te leggen, parelhoenders, frankolijn (soort kwartel), jakhals, nog een grote groep olifanten die de weg oversteekt.
Tegen de avond zien we de lucht donker worden van de regenwolken. Af en toe komt de zon er door heen, wat een heel mooi gezicht is. Gelukkig blijft het bij ons droog.
Terug op de camping loopt tussen de tenten een genetkat.
Het is een hele mooie dag en we hebben heel veel wild gezien.

Donderdag 31 januariNaar Mount Kenya – 151 km

Het is vannacht droog gebleven, maar het waterpeil in de rivier is wel gestegen en we horen het nu ruisen.
We vertrekken al weer vroeg en op weg naar de uitgang van het park zien we een netgiraf net naast de weg die ongestoord staat te eten. We zien nog meer olifanten die allemaal op weg zijn naar de rivier.
Weer buiten het park zitten we al snel op de asfaltweg naar Mount Kenya. We stijgen langzaam naar 2500 meter en we rijden langs graanvelden, kassen en zonnebloemvelden. Als je niet beter wist, zou het ook Zuid-Limburg kunnen zijn. Het asfalt is niet zo snel als je denkt: bij ieder dorp zitten drempels in de weg en er zijn regelmatig controles. Daar mogen we wel zo doorrijden, maar het houdt toch op.
We komen een andere overlandtruck van Dragoman tegen en de bemanning maakt even een praatje. Juan en Nico maken van de gelegenheid gebruik om hen hun Soedanese geld te verkopen, want die anderen gaan die kant op.
Even verderop passeren we de evenaar. Er staat een bord en een man laat zien, dat water in een putje op de verschillende halfronden andersom weg loopt. We controleren de plaats van het bord met de GPS en constateren, dat het ongeveer twintig meter teveel naar het zuiden staat.
We kamperen op een mooie camping bij een lodge. De gebruikelijke kliek gaat (alweer) voor een kamer; de diehards zetten gewoon de tent op. Ook de buitentent gebruiken we en dat is nodig, want even later regent het wat. Niet veel, maar later op de middag valt er nog een bui. De tent moeten we goed afsluiten, want al heel snel zien we een enorme baviaan over het kamp struinen.
We gaan in de bar zitten, drinken bier, laden alle apparatuur op, maken ons verhaal en zitten gezellig te kletsen.
Het is afgekoeld en het blijft verder droog.

Vrijdag 1 februariNaar Nairobi – 185 km

Om zeven uur maken we met z'n zessen en een gids een wandeling naar de Mau Mau-grotten en de waterval. Het is ongeveer zes kilometer lopen over een licht glooiend terrein. We zien onderweg colobus-apen en bij de waterval zitten Sykes-apen in de bomen. Sykes-apenDie hebben mooie koppies en witte bontkraag. Ook zien we mooi gekleurde vlinders en een stelletje neushoornvogels met dubbele tok die naar elkaar zitten te roepen. Ze zijn zeker 50-60 centimeter groot. Het zijn andere neushoornvogels dan we tot nu toe gezien hebben. Helaas zien we Mount Kenia niet; die zit in de wolken. Het is 'fris', maar wel droog. Lekker wandelweer.
Om half twaalf vertrekken we voor het laatste stuk van dit deel van de reis naar Nairobi over een goede asfaltweg. Hoewel er een doorgetrokken streep tussen de rijbanen zit, houdt niemand zich daar aan. Men rijdt vrij hard en er gebeuren nogal wat bijna-ongelukken. Er staat regelmatig een auto stil midden op de weg. Niemand trekt zich daar wat van aan en men rijdt er gewoon omheen.
Totaal hebben we 1870 kilometer in Ethiopië en 1300 kilometer in Kenia gereden.
In een dorpje onderweg proberen we te pinnen en dat lukt uiteindelijk bij de derde bank, de Barclays. Dankbaar maken ook andere mensen van de groep daar gebruik van.
In Nairobi zitten we in een mooi hotel in een schone, lichte kamer met warme douche en een zitje op het balkon en een bedenkelijk krakende lift. In de tuin ligt een groot zwembad met een tuin er om heen. Dat is wel erg lekker, want we zitten hier drie nachten en veel zin om Nairobi in te gaan hebben we niet. Het is niet een van de prettigste steden.
We drinken een biertje, dat tijdens de happy hour 150 shilling kost en daarna 200 shilling. Zeer redelijke prijzen voor dit hotel. Bij Mount Kenia was alles veel duurder. We gaan lekker samen eten en ook dat is niet zo duur: € 6 voor een hoofdmaaltijd.

Zaterdag 2 februariNairobi

Martijn heeft 's nachts last van zijn maag en heeft meer op de wc gezeten dan in bed gelegen.
Juan is jarig en heeft een paar sandalen van autobanden gekregen. Deze zijn met kraaltjes bewerkt en heeft grappige uitstekende deeltjes.
We gaan bij het zwembad zitten en proberen te internetten, alleen werkt Tele-2 niet mee, zodat we onze mailtjes niet kunnen lezen. We doen een wasje, laden batterijen op, werken het verhaal bij en lezen wat. Lekker ontspannen. Dat is wel fijn, want dan zijn we uitgerust voor het tweede deel van de reis van Nairobi via Oeganda naar Dar es Salaam in Tanzania.
Het is droog, niet zonnig en een graad of twintig.
We nemen afscheid van de groep van de derde expeditie. Hun vakantie zit er al weer op. Wij zijn nog net niet op de helft. Lekker.

Zondag 3 februariNairobi

Een rustige dag. We ontbijten op ons gemak, lezen wat bij het zwembad. Het weer werkt niet mee. Het is bewolkt en daarom nodigt het zwembad niet uit tot zwemmen. Martijn's maag speelt nog steeds op. Eten we een keer niet op de camping, maar in een restaurant en dan gaat het mis. We lopen een stukje de stad in, kopen een extra videokaartje. Verder is er in Nairobi niet veel te beleven. Veel winkels zijn dicht en het ziet er allemaal niet echt gezellig uit.
De nieuwe groep, het vierde deel van de expeditie komt vanavond rond 23:00 uur aan. Wij wachten daar niet op, want morgen is het weer vroeg dag.

Maandag 4 februariTweede deel van de reis: zie verslag Kenia-Oeganda-Tanzania

Afstanden:
Ethiopië    1870 km
Kenia       1305 km

Hier vind je wat videobeelden.
Hier staan wat extra foto's in de fotogalerij.

Dit was een reis met Baobab (tegenwoordig Sawadee)