Egypte
28 september t/m 19 oktober 1986
EGYPTE heeft circa 43 miljoen inwoners en het land is bijna dertig keer zo groot als Nederland. Doordat de bevolking met zo'n 2% per jaar toeneemt, stijgt het inwonertal snel. De bevolking is mohammedaans. Een minderheid bestaat uit 14% kopten en verder wat katholieken, protestanten en joden.
Doordat er in de vruchtbare Nijldelta alleen maar plaats is voor landbouw, moeten de steden in de woestijn worden gebouwd.
Dit is onze eerste trip naar een 'ver' land en we moeten maar afwachten of het zal bevallen. We hebben geboekt bij een klein reisbureautje in Amsterdam genaamd Transglobal. Na lang wikken en wegen hebben we gekozen voor een kampeerreis. De overwegingen waren vooral: de hotels zijn smerig, van het eten daar wordt je ziek en dan kun je beter met een eigen kok op reis gaan in een eigen tent.
Zondag 28 septemberNaar Caïro
We vliegen met Singapore Airlines van Amsterdam naar Caïro. Het begint al aardig als we in Amsterdam een vertraging van acht uur hebben doordat er eerder op de vlucht een bommelding is geweest. Daarom komen we midden in de nacht in Caïro aan.
Onze groep bestaat uit Phil, onze reisleider, met onvervalste Engelse humor, Ali, onze chauffeur, Hassan, ons kokkie en negentien andere reisgenoten.
Maandag 29 septemberCaïro
Caïro, de grootste stad van Afrika heeft circa 15 miljoen inwoners.
Het is er erg smerig: iedereen gooit alles achter zich op straat. Het verkeer is een grote chaos. We weten nog steeds niet of het verkeer van rechts of van links voorrang heeft. Men rijdt door rode stoplichten en agenten worden genegeerd. Een straat oversteken is iedere keer echt een gevaar voor eigen leven. De meeste mensen hebben geen rijbewijs, maar toch gebeuren er weinig ongelukken. Gebeurt het wel, dan wordt er vriendelijk naar elkaar gezwaaid en wordt er gewoon verder gereden. De auto's zien er dan ook allemaal uit alsof ze ieder moment in elkaar kunnen zakken. Het belangrijkste van een auto is echter de claxon: degene die het eerst, het hardst of het langst toetert heeft voorrang. Bovendien hebben ze ook nog een radio met maar één stand: oerend hard! De Egyptenaren zelf proberen dit nog te overstemmen. Een herrie!!!
We overnachten in het Indiana hotel en gebruiken de eerste dag om de stad zelf te bekijken. Later na de rondreis door het land komen we terug voor de piramides.
In het 'Egyptian Museum' liggen o.a. de schatten van Toetanchamon die men uit zijn graf in Thebe heeft gehaald. Toegang kost 500 piaster (ƒ 0,75).
Begraafplaatsen in Caïro hebben complete huizen staan zodat de 'ka' van de dode terug kan keren. Deze huizen bevatten alle voorwerpen uit het gewone dagelijkse leven.
Bij het binnengaan van een moskee moet je of je schoenen uit doen, of je krijgt een paar sloffen, die je over je schoenen kunt aantrekken. De Moskee van Mohammed Ali is in 1857 voltooid. In het midden staat een achthoekige fontein voor het wassen van gezicht, handen en voeten. Men moet immers zuiver voor Allah verschijnen. De vloer van de moskee zelf is belegd met rode tapijten, de muren en zuilen zijn van marmer. Aan ijzeren kettingen hangen honderden glazen lampen. In iedere moskee is een nis die de richting van Mekka aangeeft. Op de moskee staan minaretten die wel vierentachtig meter hoog zijn. De moskee staat ook afgebeeld op een van de munten (evenals de piramides).
Dinsdag 30 septemberNaar El Fajoem, woestijnkamp
Vanuit Caïro rijden we door de woestijn naar de oase van El Fajoem. Dit is een kunstmatige oase, die vanuit de Nijl bevloeid wordt via een driehonderd kilometer lang kanaal. Het kanaal is circa 2000 voor Christus gegraven. Onderweg zie overal bouwwerken staan waarin duiven worden gehouden. Als de jongen groot genoeg zijn om voor zichzelf te zorgen, worden de ouders opgegeten.
De Piramide van Meidoem, nu nog veertig meter hoge, een onvoltooide piramide, werd een mislukking doordat men probeerde hem onder een hoek van 75º te bouwen. In de piramide zelf is niets te zien. Je moet door smalle gangetjes kruipen tot je in een kamer komt. Het is er bloedheet, omdat er nooit verse lucht komt. De muren zijn kaal en niet beschilderd. Het enige wat er te zien is, zijn de vleermuizen.
Dan slaan we ons eerste kamp in de woestijn op, vlakbij het plaatsje El Ashmünein. Terwijl een groep de aardappels staat te schillen, komt er een soldaat op ons af. We mogen hier niet staan; de soldaten zijn bang voor Libische terroristen. Als er wat met ons gebeurt, dan zouden de soldaten de schuld krijgen. We worden verplicht om bij hen in het kamp onze tenten op te zetten. Zo zetten we voor het eerst (en dan nog wel in het donker (17:15 uur)) onze tentjes op. Overal lopen van die grote torren (scarabeeën) rond. Er wordt verteld dat, als je er een dood maakt, het gaat regenen. Dat gebeurt dus niet. Hier in de woestijn kun je 's nachts een schitterende sterrenhemel zien. Dit komt omdat er verder geen steden in de omgeving zijn die veel licht geven. Later steekt er een enorme storm op, maar het tentje houdt het goed.
Woensdag 1 oktoberNaar Luxor
De eerste van de vele tempels die we zullen bezoeken, is de dodentempel van Seti I; zijn echte graf is in Thebe. In deze tempel zijn nog prachtige kleurrijke reliëfs te zien. In het plafond zitten wat gaten, waar licht door naar binnen schijnt. Onze gidsen schijnen met spiegeltjes op de bezienswaardigheden. Zo kun je nog wat fotograferen. De toegangsprijs voor de meeste tempels is 1 pond (ƒ 1,50).
Op de huidige plaats van Luxor lag vroeger de rijke stad Thebe, ooit de hoofdstad van Egypte. De tempels van Luxor en Karnak waren vroeger met elkaar verbonden door een drie kilometer lange sfinxenlaan. Ramses II heeft deze aan laten leggen. De tempels (en piramiden) werden waarschijnlijk als volgt gebouwd: als de eerste laag was gelegd, werd er met zand en stenen een oprit gemaakt. Daaroverheen werden de steenblokken omhoog gesjouwd en dan weer neergelegd op specie. Weer een nieuwe oprit werd gemaakt, wat langer, want de hellingshoek mocht niet te groot worden. Als men helemaal bovenaan was gekomen, zat de tempel helemaal in zand en stenen. De tweede fase verliep van boven naar beneden: de zand en steenlaag werd verwijderd en op de muren werd kalksteen aangebracht die weer helemaal gebeeldhouwd werd.In diverse tempels zijn lichaamsdelen van bepaalde goden of farao's helemaal weggebeiteld. Je ziet ook grote matrices, waarin de landen en de voorwerpen tegen elkaar zijn uitgezet, zodat de aantallen kunnen worden afgelezen die de farao had gekregen of buitgemaakt.
Bij de tempel van Luxor staat aan de sfinxenlaan nog maar één obelisk. De andere is door Napoleon mee naar Frankrijk genomen en staat in Parijs op de Place de la Concorde.
Donderdag 2 oktober en vrijdag 3 oktoberDal der Koningen
's Morgens om 7:00 uur zitten we al op ezeltjes. Eerst de Nijl over, want de dodenstad ligt op de westoever, de oever van de doden, waar de zon ondergaat. De farao's lieten hun graven in het diepste geheim in de rotsen uithakken. Schuin naar beneden lopende gangen van tientallen meters lengte, schijndeuren en kamers, valkuilen e.d. moesten de mummie een ongestoorde rust bezorgen. Helaas is dat niet gelukt. In tegenstelling tot de piramiden zijn de rotsgraven van binnen helemaal gebeeldhouwd en beschilderd. De kleuren zijn buitengewoon goed bewaard gebleven.
Het graf van Toetanchamon is een van de kleinste graven. Het is het eerste graf dat intact is gevonden. De derde mummiekist en de mummie liggen hier nog in de open sarcofaag. De rest van de spullen staat in Caïro in het museum. Nu pas zie je dat het hier werkelijk propvol moet hebben gestaan met allerlei voorwerpen. In Caïro staat zoveel en hier is maar weinig ruimte.
We hebben een dagkaart voor alle tempels in de dodenvallei die 5 pond kost (ƒ 7,50).
Vanaf deze kant zie je mooi hoe de Nijl de levensader van Egypte is. Als een streep zie je de afscheiding tussen het groene bevloeide deel en de woestijn.
Zaterdag 4 oktoberNaar Assoean
In Assoean ligt de onvoltooide obelisk. De obelisk was al aan drie kanten los toen hij scheurde. Het zou een stuk graniet geweest zijn van ongeveer 1 100 ton. In de granietgroeve hakte men blokken graniet die in heel Egypte gebruikt werden. Ze transporteerden ze naar de piramiden, die negenhonderd kilometer noordelijker liggen.
In 1970 is hier een stuwdam door de Russen voltooid. Aan de ene kant ligt de Nijl, aan de andere kant, zestig meter hoger, ligt het Nassermeer. De dam maakte een eind aan de jaarlijkse overstromingen van de Nijl en zorgt voor een constant niveau van de rivier. De landbouw ondervindt echter nadelige gevolgen doordat er veel minder vruchtbare slib op de oevers wordt afgezet. Ook Nubië is door de bouw van de dam verdwenen. Hiermee is een eind gekomen aan een eeuwenoude unieke wooncultuur. De donkere Nubiërs werden naar de hoger gelegen kale rotsen verdreven en gedwongen in de stad te gaan werken. Hun eigen taal, zeden en eeuwenoude gewoonten verdwenen.
Op de markt van Assoean kijk je je ogen uit. De mensen zijn hier ontzettend vriendelijk! Dit in tegenstelling tot sommige andere plaatsen in Egypte. Misschien komt het doordat er hier minder toeristen zijn. Of zijn het de Afrikaanse invloeden? De straatjes zijn erg smal en alles ligt gewoon op straat; in het zand dus. Brood is moeilijk te krijgen; er is een tekort aan meel. Vlees is maar twee dagen per week te koop; de kippen worden geslacht waar je bij staat.
Naast Kitchener's Island, een eiland vol met planten uit de hele wereld, bijeengebracht door de heer Kitchener (uiteraard), brengen we ook nog een bezoek aan het eiland Philae. Door de aanleg van de dam heeft ook deze tempel lang onder water gestaan. Later heeft men hem naar een hoger gelegen eiland verplaatst.
Zondag 5 oktoberNaar Abu Simbel
Abu Simbel ligt helemaal in het zuiden, vijfendertig kilometer van Soedan. Door de bouw van de Assoean dam en het daardoor ontstane Nassermeer, zou deze tempel onder water verdwenen zijn. Er werd een reddingsactie ondernomen, die ruim vier jaar zou duren. De hele tempel werd in blokken van drie tot dertig ton gezaagd en op een rotsplateau zestig meter hoger en tweehonderd meter landinwaarts weer neergezet.
De grote tempel is drieëndertig meter hoog en achtendertig meter breed. Alleen de voorkant van de tempel is verplaatst. Je kunt de berg binnengaan, waar je het geweldige kunstmatige gewelf van beton kunt bekijken.
De binnenkant van de tempel is drieënzestig meter in de rotsen uitgehakt. De tempel is zo gebouwd dat twee keer per jaar, op 21 februari en 21 oktober, de zon op het heilige altaar schijnt. Dit staat helemaal achter in de tempel. Verder komt er helemaal geen licht naar binnen. Het is er aardedonker.
De toegangsprijs is 3 pond + 2 pond voor de kleine tempel en 1 pond voor een gids. Totaal ƒ 9.
Ramses II liet deze tempel bouwen. Hij hield niet alleen van bouwen, maar ook van vrouwen. Hij is er met drieënveertig getrouwd; deze hadden zevenenzestig dochters en honderdelf zonen.
Maandag 6 oktober t/m donderdag 9 oktoberFelluka-tocht, naar Luxor, Dendera, Safaga
's Morgens om 7:00 uur zitten we al op ezeltjes. Eerst de Nijl over, want de dodenstad ligt op de westoever, de oever van de doden, waar de zon ondergaat. De farao's lieten hun graven in het diepste geheim in de rotsen uithakken. Schuin naar beneden lopende gangen van tientallen meters lengte, schijndeuren en kamers, valkuilen e.d. moesten de mummie een ongestoorde rust bezorgen. Helaas is dat niet gelukt. In tegenstelling tot de piramiden zijn de rotsgraven van binnen helemaal gebeeldhouwd en beschilderd. De kleuren zijn buitengewoon goed bewaard gebleven.
Na een vermoeiende week van veel reizen, veel zien, veel indrukken, krijgen we een paar dagen rust. We zakken op een felluka de Nijl af. Heerlijk ontspannend. Wij liggen lekker in de zon te bakken, terwijl de boten worden gezeild door een paar Nubiërs. 's Avonds leggen we aan op een eilandje, waar ook een groep Zwitsers is. Een van de Nubiërs heeft een tamtam bij zich, die 's avonds bij het kampvuur voortdurend gebruikt wordt. Wat kunnen die Nubiërs goed zingen en dansen. Gelukkig dat het 's nachts een heel klein beetje waait, anders zouden we opgegeten worden door muskieten. Wel zit er 's morgens een grote kakkerlak van tien centimeter op een andere boot.
We slapen gewoon aan dek; een andere mogelijkheid is er niet. 's Morgens om halfzes wordt het alweer licht en om halfzeven liggen we alweer in de zon.
Voor de vakantie waren we door iedereen gewaarschuwd om niet in de Nijl te zwemmen, vanwege de bilharziabacterie. We hebben dat dan ook niet gedaan, maar als je ziet hoe het eten klaar gemaakt wordt, vraag je je toch af. Het theewater wordt uit de Nijl gehaald, de aardappels worden er in gekookt, de tomaten worden erin gewassen en de vaat wordt erin gedaan. Het brood wordt op de loopplank gesneden. Dat we niet ziek zijn geworden!De tweede dag staat er niet genoeg wind om het eiland te bereiken waar we zullen overnachten. Als het donker wordt, verdwijnt ook het laatste restje wind, zodat de zeilen gestreken worden. Om niet te veel van elkaar af te drijven, worden de drie boten aan elkaar gebonden en zakken we heel langzaam dobberend de Nijl af, in het donker, want er zijn geen lampen aan boord. Af en toe komen we van die grote cruiseschepen tegen en we zijn blij dat we niet overvaren worden. Om een uur of tien steekt de wind weer op, de zeilen worden gehesen en na een uurtje komen we op de plaats van bestemming.
In Edfu bezoeken we de tempel van Horus. Ook hier zijn weer vele reliëfs verwijderd. De god Horus staat hier als een blauwgrijze granieten valk.
In Luxor hebben we een rustdag. In het vijfsterren Etap hotel gaan we lekker zwemmen. Het museum van Luxor is klein maar de moeite waard.
Iedereen wil gaan fietsen; deze worden gebracht op de camping. Dat gaat als volgt: er komt een man op een fiets met een fiets aan de hand en een om zijn nek. Zo worden er dus twee fietsen afgeleverd, want hij gaat zelf op zijn fiets terug om de volgende lading te halen. Er moeten tweeëntwintig fietsen komen, dus even geduld.
Dendera, de laatste tempel van deze reis, is in de eerste eeuw voor onze jaartelling door de Ptolemaeën gebouwd en later door de Romeinen uitgebreid en verfraaid. Zelfs op het dak staan enkele tempeltjes. Van hier af zie je beneden een kleine oase liggen. Het vroegere zwembad van Cleopatra!? Beneden in de oase zien we een vos lopen.
Door de woestijn reizen we van Dendera naar Safaga. Onderweg komen we verschillende bedoeïenen tegen. Deze mensen leven in de bergen en hebben het vreselijk arm. Het enige wat ze hebben, zijn een paar vodden waar een 'hutje' van gemaakt is. Ze hebben een kleine veestapel. Is het geld op dan wordt een geitje op de markt verkocht, waar ze dan weer een tijdje van kunnen leven.
Vrijdag 10 oktoberNaar Hurghada
Onze camping in Safaga ligt op het strand aan de Rode Zee.
's Middags en de volgende ochtend kunnen we een beetje oefenen met snorkelen. Zodra je je hoofd onder water hebt, waan je jezelf in een andere wereld. Net alsof je in een groot aquarium zwemt. Het water in de Rode Zee is vrij zout, het waait erg hard, zodat je veel zand over je heen krijgt. De douches doen het niet, zodat je je al vrij snel smerig voelt.
's Middags rijden we naar Hurghada. Hier overnachten we in 'luxe' bungalows met een eigen warme douche. De Rode Zee is hier schitterend, met alle kleuren blauw.
Zaterdag 11 oktoberHurghada
's Ochtends gaan we met een motorboot de Rode Zee op. We blijven aan het snorkelen. Vergeleken met wat we in Safaga hebben gezien, is hier het paradijs! Tussendoor wordt er voor ons een maaltijd bereid met geroosterde haai. Heel erg lekker!
Zondag 12 oktober t/m dinsdag 14 oktoberNaar Sinaïwoestijn
Bij het Suez-kanaal zien we nog een aantal herinneringen aan de oorlog uit 1967 (kapot geschoten huizen). Via een tunnel rijden we de Sinaï in. Op diverse plaatsen zien we overblijfselen van stellingen uit de oorlog. Er wordt gewaarschuwd niet van de weg te gaan in verband met mijnen.Na een kamp in de bush komen we bij het Catherinaklooster. Hier wonen momenteel nog zeventien Griekse monniken. Het klooster is geheel ommuurd ter bescherming tegen nomadenaanvallen. Hier ligt de Mozesberg. Volgens de overlevering heeft Mozes hier de tien geboden ontvangen. 's Morgens staan we om 2:45 uur op. We willen de zonsopkomst boven op de berg gaan zien (om 5:30 uur). Het is twee uur klimmen en met een half uur speling moet het lukken. Het begint met een pad dat vrij steil is, hierna komen nog tweehonderd treden. Druk dat het is! Veel oudere mensen, het is een soort bedevaartsplaats. Het is wel een schitterend gezicht, al die kleine lichtjes van zaklantaarns die omhoog klimmen. Boven is het behoorlijk fris (10º), maar dat duurt niet lang, want als de zon opkomt, wordt het snel warm. Als de zon over de granieten rotsen schijnt, krijg je een onwerkelijk panorama.
Terug naar beneden gaan we via een andere weg. Via 2.000 treden lopen we helemaal terug naar het klooster. En wat voor treden: kleine, grote, hoge, lage, brede, smalle. Beneden aangekomen, voelen we onze knieën wel. Blij dat we deze route niet omhoog genomen hebben.
Na terugkomst bezoeken we het klooster. We krijgen een rondleiding van de abt zelf. Binnen staan schitterende gouden en zilveren dekenkisten. Daarnaast zijn er hele oude iconen. In het klooster staat ook een (de?) braambos. De skeletten van de mensen liggen keurig opgestapeld. Op de 'nieuwste' zie je nog haren zitten.
Woensdag 15 oktoberNaar Sakkarah
Vandaag Sakkarah.
In het Serapeüm is de rustplaats van de heilige stieren. Deze stieren werden vereerd in Memphis. De rotsgangen zijn driehonderd meter lang, drie meter breed en vijfenhalve meter hoog. Aan weerszijden ervan liggen de acht meter hoge vertrekken, waarin een granieten sarcofaag staat. Er zijn er nog vierentwintig over. Een sarcofaag werd gekapt uit een blok van vijfenzestig ton en komt uit Assoean. Alle sarcofagen zijn geplunderd.
De piramide van Djoser werd omstreeks 2750 voor Christus gebouwd door Imhotep. Het is een van de oudste stenen gebouwen ter wereld en de oudste piramide van Egypte. Omdat de piramide zo bouwvallig is, mag je er niet naar binnen. Hij is, in tegenstelling tot de bekendere piramiden, gebouwd met kleine stenen.
Donderdag 16 oktober t/m zondag 19 oktober Naar Caïro, Gizeh
Vandaag nogmaals Caïro met Gizeh. Vroeger lagen de piramiden helemaal in de woestijn, maar nu staan ze aan de rand van de stad.
De grootste van deze piramides is die van Cheops en is zevenenveertig eeuwen geleden gebouwd. Dat heeft drieëentwintig jaar geduurd. Hij is nu nog honderdzevenendertig meter hoog. Hij bestaat uit 2.300.000 steenblokken, die een gewicht hebben van 2.500 kilo. Er zijn echter ook blokken van vijftien ton verwerkt. De diagonaal van de piramiden van Cheops en Chefren liggen in elkaars verlengde, die van Mykerinos loopt er evenwijdig mee. De basislijnen wijzen precies naar de vier windstreken.
De piramide van Cheops is van binnen volkomen leeg. Er is ook nooit iets van de inhoud teruggevonden. De gangen naar de grafkamers zijn slechts een meter hoog, dat betekent dus op je hurken naar binnen. En dat honderdzesennegentig meter schuin omhoog; om het warm van te krijgen. Je staat dan in de grafkamer, tweeënveertig meter boven de grond. De granietblokken zijn zo gepolijst, dat je haast geen voegen ziet. Het is er geweldig heet en benauwd. We zijn blij als we weer buiten staan.
De beroemde sfinx staat bij de piramide van Chefren. Hij is twintig meter hoog en zeventig meter lang. Hij is aardig vervallen, maar wordt momenteel gerestaureerd.
Het puntje van de piramide van Chefren laat zien hoe de piramides er vroeger uit gezien moeten hebben. De buitenste laag is er afgehaald en weer gebruikt om andere gebouwen mee te bouwen.
Natuurlijk hoort een ritje op een kameel er ook bij. Je houdt er wel een pijnlijk achterwerk aan over. Maar ja, wat wil je als ze af en toe hard gaan lopen (en dat gaat knap hard!). Zo hebben we twee uur rondgehobbeld.
Als avondeten staat er een schaap op het menu, welke we 's middags op de markt hebben gekocht.
We brengen nog een bezoek aan de kamelenmarkt, waar ze ons ook nog wel een kind willen verkopen, en de dierentuin, wat een aanrader is, omdat de dieren allemaal in beweging zijn.
Dit was een Transglobal reis.
Hier staan wat extra foto's in de fotogalerij.